16 JULI 2004. - Wet houdende het Wetboek van internationaal privaatrecht (1)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Afdeling 1. - Voorafgaande bepaling

Bedoelde aangelegenheid

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet, met uitzondering van de artikelen 5 tot 14, 23, §§ 1 en 2, 27, § 1, vierde lid en § 2, 31, § 1, derde lid, 32, 33, 36, 40, 42, 43, 59, 61, 66, 73, 77, 85, 86, 96, 97, 109, 118, 121, § 4, 123, 126, § 1, 134, 135, 136 en 139, 5° en 8°, die een aangelegenheid regelen als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Afdeling 2. - Onderwerp

Onderwerp

Art. 2. Onder voorbehoud van de toepassing van internationale verdragen, van het recht van de Europese Unie of van bepalingen in bijzondere wetten, regelt deze wet voor internationale gevallen de bevoegdheid van de Belgische rechters, de aanwijzing van het toepasselijk recht en de voorwaarden voor de uitwerking in België van buitenlandse rechterlijke beslissingen en authentieke akten in burgerlijke zaken en in handelszaken.

Afdeling 3. - Vaststelling van de nationaliteit, de woonplaats en de verblijfplaats

Nationaliteit

Art. 3. § 1. De vaststelling of een natuurlijke persoon de nationaliteit van een Staat heeft, wordt beheerst door het recht van de betrokken Staat.

§ 2. De verwijzingen in deze wet naar de nationaliteit van een natuurlijke persoon die twee of meer nationaliteiten heeft, beoogt :

  1. de Belgische nationaliteit, indien zij een van die nationaliteiten is;

  2. in de andere gevallen, de nationaliteit van de Staat waarmee die persoon, alle omstandigheden in acht genomen, de nauwste banden heeft, inzonderheid rekening houdend met zijn gewone verblijfplaats.

    § 3. De verwijzingen in deze wet naar de nationaliteit van een natuurlijke persoon die krachtens de wet of internationale verdragen die België binden de hoedanigheid van staatloze of vluchteling heeft, worden vervangen door een verwijzing naar de gewone verblijfplaats.

    § 4. De verwijzingen in deze wet naar de nationaliteit van een natuurlijke persoon van wie de nationaliteit onmogelijk kan worden vastgesteld, worden vervangen door een verwijzing naar de gewone verblijfplaats.

    Woonplaats en gewone verblijfplaats

    Art. 4. § 1. Voor de toepassing van deze wet wordt onder woonplaats verstaan :

  3. de plaats waar een natuurlijke persoon volgens de bevolkingsregisters, de vreemdelingenregisters of het wachtregister in België zijn hoofdverblijf heeft;

  4. de plaats waar een rechtspersoon in België zijn statutaire zetel heeft.

    § 2. Voor de toepassing van deze wet wordt onder gewone verblijfplaats verstaan :

  5. de plaats waar een natuurlijke persoon zich hoofdzakelijk heeft gevestigd, zelfs bij afwezigheid van registratie en onafhankelijk van een verblijfs- of vestigingsvergunning; om deze plaats te bepalen, wordt met name rekening gehouden met omstandigheden van persoonlijke of professionele aard die duurzame banden met die plaats aantonen of wijzen op de wil om die banden te scheppen;

  6. de plaats waar een rechtspersoon zijn voornaamste vestiging heeft.

    § 3. Voor de toepassing van deze wet wordt de voornaamste vestiging van een rechtspersoon bepaald door in het bijzonder rekening te houden met zijn bestuurscentrum, evenals met zijn zaken- of activiteitencentrum, en in bijkomende orde met zijn statutaire zetel.

    Afdeling 4. - Rechterlijke bevoegdheid

    Internationale bevoegdheid gebaseerd op de woonplaats of verblijfplaats van de verweerder

    Art. 5. § 1. Behalve in de gevallen waar deze wet anders bepaalt, zijn de Belgische rechters bevoegd indien de verweerder bij de inleiding van de vordering zijn woonplaats of gewone verblijfplaats in België heeft.

    Indien er verschillende verweerders zijn, zijn de Belgische rechters bevoegd indien een van hen zijn woonplaats of gewone verblijfplaats in België heeft, tenzij de vordering slechts werd ingesteld om een gedaagde te onttrekken aan de rechter van zijn woonplaats of zijn gewone verblijfplaats in het buitenland.

    § 2. De Belgische rechters zijn eveneens bevoegd om kennis te nemen van de vorderingen betreffende de exploitatie van de nevenvestiging van een rechtspersoon die geen woonplaats, noch gewone verblijfplaats heeft in België, indien deze vestiging zich in België bevindt bij de instelling van de vordering.

    Uitbreiding van de internationale bevoegdheid door wilskeuze

    Art. 6. § 1. Wanneer de partijen, in een aangelegenheid waarin zij vrij over hun rechten kunnen beschikken uit hoofde van Belgisch recht, rechtsgeldig zijn overeengekomen om de Belgische rechters of een Belgische rechter bevoegd te maken om kennis te nemen van bestaande of toekomstige geschillen die uit een rechtsverhouding voortvloeien, zijn deze exclusief bevoegd.

    Behalve in de gevallen waar deze wet anders bepaalt, is de Belgische rechter voor wie de verweerder verschijnt, bevoegd om kennis te nemen van de tegen hem ingestelde vordering tenzij de verschijning tot voornaamste doel heeft de bevoegdheid te betwisten.

    § 2. In de gevallen beschreven in § 1, kan de rechter evenwel zijn bevoegdheid weigeren wanneer uit het geheel van de omstandigheden blijkt dat het geschil geen enkele betekenisvolle band met België heeft.

    Uitsluiting van de internationale bevoegdheid door wilskeuze

    Art. 7. Wanneer de partijen, in een aangelegenheid waarin zij vrij over hun rechten kunnen beschikken uit hoofde van Belgisch recht, rechtsgeldig zijn overeengekomen om buitenlandse rechters of een buitenlandse rechter bevoegd te maken om kennis te nemen van bestaande of toekomstige geschillen die uit een rechtsverhouding voortvloeien en wanneer de zaak aanhangig is gemaakt voor een Belgische rechter, moet deze zijn uitspraak uitstellen, tenzij kan worden voorzien dat de buitenlandse beslissing in België niet zal kunnen worden erkend of ten uitvoer gelegd of tenzij de Belgische rechters bevoegd zijn krachtens artikel 11. Hij verklaart zich onbevoegd wanneer de buitenlandse beslissing kan erkend worden krachtens deze wet.

    Vordering tot vrijwaring of tot tussenkomst en tegenvordering

    Art. 8. Een Belgische rechter bevoegd om kennis te nemen van een vordering, is eveneens bevoegd om kennis te nemen :

  7. van een vordering tot vrijwaring of tot tussenkomst, tenzij deze slechts is ingesteld om de gedaagde te onttrekken aan de normaal bevoegde rechter;

  8. van een tegenvordering voortvloeiend uit het feit of uit de handeling waarop de oorspronkelijke vordering is gegrond.

    Internationale samenhang

    Art. 9. Wanneer de Belgische rechters bevoegd zijn om kennis te nemen van een vordering, zijn zij eveneens bevoegd om kennis te nemen van een vordering die zo nauw ermee verbonden is dat het wenselijk is om ze samen te behandelen en te berechten, teneinde te voorkomen dat de beslissingen onverenigbaar zouden zijn wanneer de vorderingen afzonderlijk worden berecht.

    Voorlopige en bewarende maatregelen en uitvoeringsmaatregelen

    Art. 10. In dringende gevallen zijn de Belgische rechters ook bevoegd om voorlopige of bewarende maatregelen en uitvoeringsmaatregelen te bevelen betreffende personen of goederen die zich in België bevinden bij de instelling van de vordering, zelfs indien de Belgische rechters krachtens deze wet niet bevoegd zijn om van de zaak zelf kennis te nemen.

    Uitzonderlijke toekenning van internationale bevoegdheid

    Art. 11. Onverminderd de andere bepalingen van deze wet zijn de Belgische rechters uitzonderlijk bevoegd wanneer de zaak nauwe banden met België heeft en een procedure in het buitenland onmogelijk blijkt of het onredelijk zou zijn te eisen dat de vordering in het buitenland wordt ingesteld.

    Onderzoek van internationale bevoegdheid

    Art. 12. De rechter bij wie de zaak aanhangig is gemaakt, onderzoekt ambtshalve zijn internationale bevoegdheid.

    Interne bevoegdheid

    Art. 13. Wanneer de Belgische rechters bevoegd zijn uit hoofde van deze wet, worden de volstrekte bevoegdheid en de territoriale bevoegdheid vastgesteld volgens de relevante bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek of van bijzondere wetten, behalve in het geval voorzien in artikel 23.

    Evenwel wordt, bij gebreke van een bepaling die de territoriale bevoegdheid vestigt, deze vastgesteld volgens de bepalingen van deze wet betreffende de internationale bevoegdheid. Indien ook die bepalingen niet toelaten om de territoriale bevoegdheid vast te stellen, mag de vordering voor de rechter van het arrondissement Brussel aanhangig worden gemaakt.

    Internationale aanhangigheid

    Art. 14. Wanneer een vordering aanhangig is voor een buitenlandse rechter en kan worden voorzien dat de buitenlandse beslissing in België zal kunnen worden erkend of ten uitvoer gelegd, kan de Belgische rechter voor wie een vordering tussen dezelfde partijen met hetzelfde onderwerp en dezelfde oorzaak het laatst aanhangig is gemaakt, zijn uitspraak uitstellen tot de buitenlandse beslissing is gewezen. Hij houdt rekening met de vereisten van een goede rechtsbedeling. Hij verklaart zich onbevoegd wanneer de buitenlandse beslissing erkend kan worden krachtens deze wet.

    Afdeling 5. - Conflictenrecht

    Toepassing van buitenlands recht

    Art. 15. § 1. De inhoud van het door deze wet aangewezen buitenlands recht wordt door de rechter vastgesteld.

    Het buitenlands recht wordt toegepast volgens de in het buitenland gevolgde interpretatie.

    § 2. Wanneer de rechter die inhoud niet kan vaststellen, kan hij een beroep doen op de hulp van de partijen.

    Wanneer het kennelijk onmogelijk is de inhoud van buitenlands recht tijdig vast te stellen, wordt Belgisch recht toegepast.

    Herverwijzing

    Art. 16. In de zin van deze wet en behoudens bijzondere bepalingen worden onder het recht van een Staat de rechtsregels van die Staat verstaan met uitsluiting van de regels van het internationaal privaatrecht.

    Staten met meer dan één rechtsstelsel

    Art. 17. § 1. Wanneer deze wet verwijst naar het recht van een Staat die twee of meer rechtsstelsels bezit, wordt voor de bepaling van het toepasselijk recht elk stelsel als het...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT