Wet tot wijziging van de wet van 15 juli 2016 tot uitvoering van de Verordening (EU) nr. 98/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2013 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven en houdende bepalingen betreffende de leningen toegekend aan reisorganisatoren voor de terugbetalingen van de tegoedbonnen uitgegeven conform het ministerieel besluit van 19 maart 2020 betreffende de terugbetaling van opgezegde pakketreizen, de 21 novembre 2021

TITEL 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

TITEL -. 2 Bepalingen tot wijziging van de wet van 15 juli 2016 tot uitvoering van de Verordening (EU) nr. 98/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2013 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven

Art. 2. Het opschrift van de wet van 15 juli 2016 tot uitvoering van de Verordening (EU) nr. 98/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2013 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven wordt vervangen als volgt:

"Wet tot uitvoering van de Verordening (EU) 2019/1148 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 98/2013".

Art. 3. In artikel 2 van dezelfde wet wordt het eerste lid vervangen als volgt:

"Deze wet beoogt de uitvoering van Verordening (EU) 2019/1148 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 98/2013, hierna genoemd "de Verordening"."

Art. 4. In artikel 3 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. de woorden "van artikel 4" worden vervangen door de woorden "van artikel 5";

  2. de woorden "vergunnings- en/of registratieregeling vastleggen" worden vervangen door de woorden "vergunningsregeling vastleggen, in overeenstemming met artikel 6 van de Verordening,";

  3. in de Franstalige tekst worden de woorden "aux particuliers" vervangen door de woorden "aux membres du grand public".

    Art. 5. In artikel 4 van dezelfde wet worden de woorden "de artikelen 3, 8° " vervangen door de woorden "de artikelen 3, 7)".

    Art. 6. In dezelfde wet wordt een artikel 4/1 ingevoegd, luidende:

    "Art. 4/1. De Koning kan het model bepalen van de verklaring van de klant zoals bedoeld in artikel 8, paragraaf 2, van de Verordening."

    TITEL 3. - Bepalingen betreffende de leningen toegekend aan reisorganisatoren voor de terugbetalingen van de tegoedbonnen uitgegeven conform het ministerieel besluit van 19 maart 2020 betreffende de terugbetaling van opgezegde pakketreizen

    HOOFDSTUK 1. - Definities

    Art. 7. Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

  4. ministerieel besluit van 19 maart 2020: het ministerieel besluit van 19 maart 2020 betreffende de terugbetaling van opgezegde pakketreizen, zoals gewijzigd door het ministerieel besluit van 3 april 2020 en bevestigd door het koninklijk besluit van 18 juni 2020 tot bevestiging van ministeriële besluiten op grond van boek XVIII van het Wetboek van economisch recht;

  5. organisator: de reisorganisator zoals bedoeld in artikel 1, paragraaf 1, van het ministerieel besluit van 19 maart 2020, waarvan de zetel gevestigd is in België;

  6. tegoedbon: de tegoedbon verstrekt door een organisator in overeenstemming met het ministerieel besluit van 19 maart 2020;

  7. in aanmerking komende tegoedbon: de tegoedbon die nog niet werd terugbetaald of die nog niet werd gebruikt door de reiziger op het ogenblik dat de organisator de informatie en documenten voor de aanvraag van de lening overeenkomstig artikel 17 heeft overgemaakt;

  8. reiziger: de titularis van een in aanmerking komende tegoedbon;

  9. lening: een leningsovereenkomst afgesloten tussen de Staat, in de hoedanigheid van kredietgever, en de organisator, in de hoedanigheid van kredietnemer;

  10. verzekeraar: een verzekeringsonderneming die de terugbetaling van de tegoedbonnen dekt zoals voorzien in artikel 3 van het ministerieel besluit van 19 maart 2020;

  11. toekenningsvoorwaarden: het geheel van criteria bedoeld in artikel 14 waaraan voldaan moet zijn door de organisatoren om de leningen te kunnen verkrijgen;

  12. informatie en documenten voor de aanvraag van de lening: het geheel van informatie en documenten als bedoeld in artikel 15, paragraaf 1, die verstrekt moeten worden door elke organisator om een lening te kunnen verkrijgen;

  13. beslissing genomen omtrent de lening: een beslissing die individueel en schriftelijk gericht is aan elke organisator waarin de toekenning van de lening wordt bevestigd of geweigerd;

  14. leningsovereenkomst: geschreven overeenkomst die een lening formaliseert;

  15. bewijsstukken: het geheel van documenten aan de hand waarvan kan worden vastgesteld dat een organisator het bedrag van de lening wel degelijk heeft aangewend voor de terugbetalingen van de tegoedbonnen overeenkomstig artikel 8, tweede lid;

  16. jaarlijkse termijn: jaarlijkse betalingstermijn te respecteren door een organisator voor de terugbetaling van de lening die aan hem is toegekend;

  17. verordening (EU) nr. 651/2014: de Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard;

  18. verordening (EU) 2016/679: de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming);

  19. wet van 30 juli 2018: de wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens;

  20. persoonsgegevens: de persoonsgegevens in de zin van artikel 4, 1) van de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming);

  21. verklaring op eer: een schriftelijke verklaring waarvan het model ter beschikking wordt gesteld door de Staat en die wordt afgelegd in naam en voor rekening van een organisator door een natuurlijk persoon die bevoegd is om die organisator jegens derden te verbinden en hem in rechte te vertegenwoordigen;

  22. Europese tijdelijke kaderregeling: de Mededeling van de Commissie "Tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak".

    HOOFDSTUK 2. - De leningen

    Art. 8. De Staat kan een lening toekennen aan elke organisator om hem in staat te stellen de in aanmerking komende tegoedbonnen terug te betalen.

    De organisatoren die leningen aangaan, gebruiken de geleende middelen uitsluitend voor de terugbetalingen van de tegoedbonnen zoals bedoeld in het eerste lid en maken deze terugbetalingen rechtstreeks over aan de reizigers.

    Art. 9. Het totale en gecumuleerde bedrag van de leningen mag niet hoger zijn dan 210 miljoen euro.

    Art. 10. Het bedrag van de lening toegekend aan elke organisator overeenkomstig artikel 8 mag niet meer bedragen dan 80 % van de totale waarde van de in aanmerking komende tegoedbonnen uitgegeven door deze organisator.

    De leningen worden toegekend tegen een jaarlijkse rentevoet van 3 %.

    De leningen hebben een looptijd van vijf jaar te rekenen vanaf de dag van ondertekening van de leningsovereenkomst. Zij worden terugbetaald in vier gelijke jaarlijkse termijnen, met inbegrip van het nominale bedrag en de intresten berekend overeenkomstig artikel 24, tweede lid, die elk jaar worden betaald aan de Staat uiterlijk op de jaarlijkse vervaldatum van de leningsovereenkomst. De eerste jaarlijkse termijn wordt uiterlijk op de tweede vervaldatum van de leningsovereenkomst terugbetaald. De laatste jaarlijkse termijn wordt uiterlijk op de vijfde vervaldatum van de leningsovereenkomst terugbetaald.

    De leningen kunnen vervroegd worden terugbetaald door middel van een eenmalige terugbetaling van het uitstaande saldo en de lopende rente.

    De Minister van Economie is bevoegd om de leningsovereenkomsten af te sluiten, of, in voorkomend geval, te beëindigen. Hij kan aan de ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie de bevoegdheid geven om leningsovereenkomsten te ondertekenen of te beëindigen.

    Art. 11. § 1. Het bedrag van de lening toegekend aan elke organisator mag niet hoger zijn dan het hoogste van de volgende bedragen:

  23. het dubbele van de jaarlijkse loonkosten van de organisator (inclusief sociale lasten en de kosten van het personeel dat op de locatie van de organisator werkt, maar officieel als onderaannemers worden beschouwd) voor 2019 of voor het meest recente beschikbare jaar. In het geval van organisatoren die op of na 1 januari 2019 zijn opgericht, mag het maximumbedrag van de lening niet hoger zijn dan de geraamde jaarlijkse loonkost voor de eerste twee jaar van activiteit; of

  24. 25 % van de totale omzet van de organisator in 2019; of

  25. het bedrag van de liquiditeitsbehoeften van de organisator:

    1. voor een periode van 18 maanden voor kmo's in de zin van verordening (EU) nr. 651/2014; of

    2. voor een periode van 12 maanden voor andere ondernemingen.

    § 2. De liquiditeitsbehoeften van de organisator bedoeld in § 1, 3°, worden door de organisator beoordeeld in een naar behoren gemotiveerde verklaring op eer, waarin de organisator tevens aangeeft of en in welke mate hij, of een met hem verbonden persoon, andere kredietaanvragen heeft ingediend of voornemens is in te dienen ter dekking van die liquiditeitsbehoeften.

    Art. 12. § 1. Het bedrag van elke lening die toegekend is aan een organisator wordt gestort op een derdenrekening die door de organisator werd geopend bij een financiële instelling van zijn keuze. Deze bankrekening moet door de organisator specifiek en uitsluitend worden gebruikt voor de toekenning van het geleende bedrag en voor de terugbetalingen van de in aanmerking komende tegoedbonnen.

    § 2. In geval van faillissement van een organisator, maakt het geleende bedrag...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT