Wet tot wijziging van diverse wetten met het oog op de aanvulling van de gerechterlijke ontbindingsprocedure van vennootschappen, de 17 mai 2017

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 betreffende het rechterlijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen

Art. 2. In het koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 betreffende het rechterlijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen, wordt een artikel 3quater ingevoegd, luidende :

"Art. 3quater. Indien blijkt dat de bestuurders en de zaakvoerders van een rechtspersoon, zonder wettig verhinderd te zijn, verzuimd hebben de verplichtingen gesteld bij artikel 182/1 van het Wetboek van vennootschappen na te leven, kan de rechtbank van koophandel die een gerechtelijke ontbinding van een vennootschap uitspreekt of de rechtbank van koophandel te Brussel, wanneer de ontbinding in het buitenland is uitgesproken, aan deze personen bij een met redenen omkleed vonnis het verbod opleggen om persoonlijk of door een tussenpersoon, de functie van bestuurder, commissaris of zaakvoerder in een rechtspersoon, enige functie waarbij macht wordt verleend om een rechtspersoon te verbinden, de functie van persoon belast met het bestuur van een vestiging in België bedoeld in artikel 59 van het Wetboek van vennootschappen of het beroep van effectenmakelaar of correspondenteffectenmakelaar uit te oefenen.

De rechtbank bepaalt de duur van dit verbod. Het bedraagt maximaal drie jaar. De rechtbank spreekt zich uit over het verbod bij de afsluiting van de vereffening.".

HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het Gerechtelijk Wetboek

Art. 3. In artikel 764 van het Gerechtelijk Wetboek, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 29 februari 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. in het eerste lid wordt de bepaling onder 9°, opgeheven bij de wet van 1 juli 2006, hersteld als volgt :

    "9° de vorderingen en oproepingen met toepassing van artikel 182, § 3, van het Wetboek van vennootschappen, tot gerechtelijke ontbinding van vennootschappen bedoeld in artikel 182 van het Wetboek van vennootschappen;";

  2. in het vierde lid worden de woorden "het eerste lid, 10°, " vervangen door de woorden "het eerste lid, 9° en 10°, ".

    Art. 4. In artikel 1391, § 1, vijfde lid, van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 14 januari 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

    1. de woorden "voorzitters en griffiers van de rechtbanken van koophandel" worden vervangen door de woorden "magistraten en griffiers van de rechtbanken van koophandel en de rechters in handelszaken kunnen, onder toezicht van de voorzitter,";

    2. tussen de woorden "bestand van berichten" en "raadplegen" worden de woorden "en andere informatiebronnen die door de Koning, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, worden aangewezen," ingevoegd.".

      HOOFDSTUK 4. - Wijziging van de faillissementswet van 8 augustus 1997

      Art. 5. In artikel 63 van de faillissementswet van 8 augustus 1997, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 12 december 2016, wordt het derde lid opgeheven.

      HOOFDSTUK...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT