Wet tot wijziging van de wet van 12 februari 2008 tot instelling van een nieuw algemeen kader voor de erkenning van eg-beroepskwalificaties, de 25 décembre 2016

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Zij zet de bepalingen van richtlijn 2013/55/EU van het Europees Parlement en de Raad van 20 november 2013 tot wijziging van de richtlijn 2005/36/EG betreffende de erkenning van beroepskwalificaties en Verordening (EU) nr. 1024/2012 betreffende de administratieve samenwerking via het Informatiesysteem interne markt, gedeeltelijk om.

Art. 2. Het opschrift van de wet van 12 februari 2008 tot instelling van een nieuw algemeen kader voor de erkenning van EG-beroepskwalificaties wordt vervangen als volgt:

"Wet van 12 februari 2008 tot instelling van een algemeen kader voor de erkenning van EU-beroepskwalificaties".

Art. 3. In artikel 2 van dezelfde wet, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  1. in c) wordt het woord "Gemeenschap" vervangen door het woord "Unie";

  2. in f), worden de woorden "voltijdse of gelijkwaardige deeltijdse" ingevoegd tussen de woorden "geoorloofde" en "uitoefening van het betrokken beroep in een lidstaat";

  3. de bepalingen onder h) en j) worden vervangen als volgt :

    "h) "proeve van bekwaamheid" : een controle van de beroepskennis, -vaardigheden en -competenties van de aanvrager, die door de bevoegde Belgische autoriteiten wordt verricht of erkend en die tot doel heeft te beoordelen of de aanvrager de bekwaamheid bezit om in België een gereglementeerd beroep uit te oefenen.

    Ten behoeve van deze controle stellen de bevoegde Belgische autoriteiten op basis van een vergelijking tussen de in België vereiste opleiding en de opleiding die de aanvrager heeft genoten, een lijst op van de vakgebieden die niet afgedekt worden door het diploma of de opleidingstitel(s) waarover de aanvrager beschikt.

    Bij de proeve van bekwaamheid moet in aanmerking worden genomen dat de aanvrager in de lidstaat van oorsprong of herkomst een gekwalificeerde beroepsbeoefenaar is. De proef heeft betrekking op vakgebieden die moeten worden gekozen uit die op de lijst en waarvan de kennis een wezenlijke voorwaarde is om het beroep in kwestie in België te kunnen uitoefenen.

    Deze proef kan ook betrekking hebben op de kennis van de deontologie die in België op de betrokken activiteiten van toepassing is.

    De nadere regelingen voor de proeve van bekwaamheid alsook de status, die de aanvrager die zich op de proeve van bekwaamheid in België wil voorbereiden, in België heeft, worden vastgesteld door de bevoegde Belgische autoriteiten;

    j) "bevoegde Belgische autoriteit": autoriteit of instantie die haar bevoegdheid ontleent aan een wet of reglementering genomen krachtens een wet met het oog op het uitoefenen van een controle- of reglementeringsactiviteit van de toegang tot of de uitoefening van een beroep;";

  4. in de bepaling onder k) worden de woorden "(Publicatieblad van de Europese Unie L/255/22 van 30 september 2005) zoals gewijzigd bij de richtlijn 2006/100/EG van de Raad van 20 november 2006 tot aanpassing van een aantal richtlijnen op het gebied van het vrije verkeer van personen, in verband met de toetreding van de Republiek Bulgarije en Roemenië (Publicatieblad van de Europese Unie van 20 december 2006, bladzijde 141 e.v)" opgeheven;

  5. de bepaling onder l) wordt vervangen als volgt :

    "l) "lidstaat": lidstaat van de Europese Unie alsook de andere staten waarop de richtlijn van toepassing is;"

  6. het artikel wordt aangevuld met de bepalingen onder n) tot s), luidende :

    "n) "beroepsstage" : een periode van beroepsuitoefening onder toezicht, mits dit een voorwaarde voor de toegang tot een gereglementeerd beroep vormt en die ofwel tijdens of na afloop van een opleiding die leidt tot een diploma kan plaatsvinden;

    o) "Europese beroepskaart" : een elektronisch certificaat dat wordt afgegeven hetzij ten bewijze dat de beroepsbeoefenaar aan alle noodzakelijke voorwaarden voldoet om tijdelijk en incidenteel diensten te verrichten in een ontvangende lidstaat of dat de beroepskwalificaties met het oog op vestiging in een ontvangende lidstaat erkend zijn;

    p) "een leven lang leren" : alle vormen van algemeen onderwijs, beroepsonderwijs en beroepsopleidingen, niet-formeel onderwijs en informeel leren die gedurende het gehele leven plaatsvinden en die tot meer kennis, vaardigheden en competenties leiden, eventueel ook op het gebied van de beroepsethiek;

    q) "dwingende redenen van algemeen belang" : redenen zoals in het bijzonder de openbare orde, de openbare veiligheid, de Staatsveiligheid, de volksgezondheid, de handhaving van het financiële evenwicht van het sociale zekerheidsstelsel, de bescherming van consumenten, afnemers van diensten en werknemers, de eerlijkheid van handelstransacties, de fraudebestrijding, de bescherming van het milieu en het stedelijke milieu, het dierenwelzijn, de intellectuele eigendom, het behoud van het nationaal historisch en artistiek erfgoed en doelstellingen van het sociaal beleid en het cultuurbeleid;

    r) "Europees systeem voor de overdracht van studiepunten" of "ECTS-studiepunten" : het in het Europees hogeronderwijsstelsel gangbare studiepuntenoverdrachtsysteem;

    s) "IMI" : het informatiesysteem van de interne markt beheerst door reglement 1024/2012/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012.".

    Art. 4. Artikel 3 van dezelfde wet wordt aangevuld met een lid, luidende :

    "Deze wet stelt eveneens de regels vast betreffende de aanvraag en aflevering van een Europese beroepskaart, de gedeeltelijke toegang tot een gereglementeerd beroep en de erkenning van beroepsstages volbracht in een andere lidstaat.".

    Art. 5. In artikel 4 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  7. paragraaf 1, eerste lid, wordt aangevuld met de woorden "en die in een andere lidstaat hun beroepskwalificaties hebben verworven";

  8. dezelfde paragraaf wordt aangevuld met een lid, luidende :

    "Deze wet is eveneens van toepassing op de onderdanen van een lidstaat die hun beroepskwalificaties overwegend in België hebben verworven en die een beroepsstage buiten België hebben volbracht.";

  9. in paragraaf 2, worden de woorden "die niet het voorwerp uitmaken van een verticale omzetting van de richtlijn" vervangen door de woorden "onder voorbehoud van wat voorzien is in de §§ 3 en 4";

  10. in de Franse tekst van paragraaf 3, wordt het woord "accoucheuse" vervangen door het woord "sage-femme";

  11. dezelfde paragraaf 3 wordt aangevuld met een lid, luidende :

    "Deze wet is niet van toepassing op de notarissen benoemd bij Koninklijk Besluit.";

  12. paragraaf 4 wordt vervangen als volgt :

    " § 4. Indien voor een ander gereglementeerd beroep dan deze bedoeld in § 3, in een afzonderlijk communautair of nationaal rechtsinstrument een andere specifieke regeling die in rechtstreeks verband staat met de erkenning van beroepskwalificaties is vastgesteld, zijn de overeenkomstige bepalingen van deze wet niet van toepassing.".

    Art. 6. In artikel 5 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  13. paragraaf 1 wordt vervangen als volgt :

    " § 1. Erkenning van de beroepskwalificaties geeft de begunstigden toegang tot hetzelfde beroep als dat waarvoor zij in de lidstaat van oorsprong de kwalificaties bezitten en stelt hen in staat dit beroep uit te oefenen onder dezelfde voorwaarden als die welke voor Belgische onderdanen gelden.";

  14. dezelfde paragraaf wordt aangevuld met een lid, luidende :

    "In afwijking van lid 1, wordt gedeeltelijke toegang tot een beroep verleend onder de in artikel 5/9 vastgestelde voorwaarden.".

    Art. 7. In dezelfde wet wordt een Titel I/1 ingevoegd, luidende :

    "Titel I/1 Europese beroepskaart".

    Art. 8. In de titel I/1 van dezelfde wet, ingevoegd door artikel 6, wordt een artikel 5/1 ingevoegd, luidende :

    "Aanvraag van Europese beroepskaart voor de uitoefening van een beroepsactiviteit in een andere lidstaat

    Art. 5/1. Wanneer de Europese Commissie voor een bepaald beroep een Europese beroepskaart heeft ingevoerd door middel van een uitvoeringshandeling en ze er de voorwaarden van heeft bepaald, kan de houder van de in België daartoe benodigde beroepskwalificatie die dit beroep in een andere lidstaat wil uitoefenen :

  15. de erkenning van deze beroepskwalificatie aanvragen in de ontvangende lidstaat, of

  16. afhankelijk van het geval, aan de bevoegde Belgische autoriteit vragen om een Europese beroepskaart af te leveren of om bij de ontvangende lidstaat een vraag tot aflevering van een Europese beroepskaart in te dienen door alle voorbereidende stappen met betrekking tot het IMI-dossier uit te voeren.".

    Art. 9. In dezelfde titel I/1 wordt een artikel 5/2 ingevoegd, luidende :

    "Indiening van de aanvraag van Europese beroepskaart

    Art. 5/2. § 1. De houder van een in artikel 5/1 bedoelde beroepskwalificatie die een beroepsactiviteit in andere lidstaten wil uitoefenen, kan zijn aanvraag van een Europese beroepskaart indienen middels het door de Europese Commissie ter beschikking gestelde online-instrument, dat voor de betrokken aanvrager automatisch een IMI-bestand aanmaakt.

    De aanvrager ondersteunt zijn aanvraag met alle documenten die zijn voorgeschreven in de door de Europese Commissie genomen uitvoeringshandeling.

    § 2. De bevoegde Belgische autoriteit bevestigt binnen een week na ontvangst van de aanvraag dat deze is ontvangen en deelt de aanvrager mee welke documenten ontbreken.

    De bevoegde Belgische autoriteit verstrekt in voorkomend geval alle uit hoofde van de door de Europese Commissie genomen uitvoeringshandeling benodigde attesten. Ze gaat eveneens na of de aanvrager wettig gevestigd is in België en of alle benodigde documenten die voor het opmaken van een Europese beroepskaart zijn afgeleverd geldig en authentiek zijn.

    Indien hierover gegronde twijfel bestaat, raadpleegt de bevoegde Belgische autoriteit de instantie die de documenten heeft afgeleverd. Zij kan eveneens de aanvrager verzoeken voor eensluidend gewaarmerkte afschriften van de documenten voor te leggen.

    Indien eenzelfde aanvrager nadien andere aanvragen doet, mag de Belgische bevoegde autoriteit niet opnieuw vragen documenten voor te leggen die al in...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT