Wet tot wijziging van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen, de 17 mars 2024

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet. Deze wet voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn (EU) 2021/2118 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2021 tot wijziging van Richtlijn 2009/103/EG betreffende de verzekering tegen de wettelijke aansprakelijkheid waartoe de deelneming aan het verkeer van motorrijtuigen aanleiding kan geven en de controle op de verzekering tegen deze aansprakelijkheid. Art. 2. In artikel 1 van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen, gewijzigd bij de wet van 31 mei 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het vierde lid, opgeheven bij de wet van 31 mei 2017, wordt hersteld als volgt: "Deelneming aan het verkeer van een voertuig: het gebruik van een voertuig, dat op het ogenblik van het ongeval overeenstemt met de functie van dat voertuig als vervoermiddel, ongeacht de kenmerken van het voertuig en ongeacht het terrein waarop het motorrijtuig wordt gebruikt en of het stilstaat of in beweging is."; 2° het zesde lid wordt vervangen als volgt: "Benadeelde: eenieder die recht heeft op vergoeding van door voertuigen veroorzaakte schade of veroorzaakt letsel." Art. 3. In artikel 2, § 1, van dezelfde wet, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 januari 1993, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° tussen het eerste en het tweede lid worden twee leden ingevoegd, luidende: "Motorrijtuigen die zich bevinden op terreinen, andere dan die bedoeld in het eerste lid, moeten gedekt zijn door een verzekeringsovereenkomst overeenkomstig het eerste lid. De motorrijtuigen waarvan het gebruik op de openbare weg niet is toegestaan, zijn vrijgesteld van verzekering wanneer zij zich bevinden op terreinen, andere dan die bedoeld in het eerste lid. De Koning kan bepalen wat begrepen wordt onder de woorden "niet toegestaan op de openbare weg."; 2° het vroegere derde lid, dat het vijfde lid wordt, wordt vervangen als volgt: "De verzekering moet zijn gesloten bij een verzekeraar die overeenkomstig de wet deze verzekering mag aanbieden." Art. 4. Artikel 2bis van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 2 mei 2019 en gewijzigd bij de wet van 2 februari 2021, wordt vervangen als volgt: "Art. 2bis. Zijn vrijgesteld van de verzekeringsplicht bedoeld in artikel 2, § 1, de motorrijtuigen: a) die door een mechanische kracht kunnen worden gedreven met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van niet meer dan 6 km/u en een maximale massa hebben van niet meer dan 100 kg; b) die door een mechanische kracht kunnen worden gedreven met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van meer dan 6 km/u, maar niet meer dan 25 km/u, en een maximale massa hebben van niet meer dan 25 kg; c) die gemotoriseerde rolstoelen zijn, uitsluitend bestemd voor gebruik door personen met een lichamelijke handicap. De massa wordt geschat met inbegrip van de accu. Blijven onderworpen aan de verzekeringsplicht, bedoeld in artikel 2, § 1, de motorrijtuigen die eveneens voor andere doeleinden bestemd zijn dan het zich enkel verplaatsen." Art. 5. In artikel 3 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 31 mei 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt aangevuld met een lid, luidende: "Wanneer de verzekeraar van de aanhangwagen beschikt over gegevens betreffende de identiteit van de verzekeraar burgerrechtelijke aansprakelijkheid van het trekkend motorrijtuig, maakt hij deze gegevens onverwijld over op verzoek van de benadeelde. Wanneer deze gegevens niet gekend zijn door de verzekeraar van de aanhangwagen en het ongeval zich op Belgisch grondgebied heeft voorgedaan, licht hij de benadeelde in over de vergoedingsvoorwaarden die door het Fonds, bedoeld in artikel 19bis-2, worden toegepast indien het motorrijtuig dat het ongeval heeft veroorzaakt, niet kan worden geïdentificeerd."; 2° in paragraaf 2 wordt het tweede lid opgeheven; 3° paragraaf 2 wordt aangevuld met een lid, luidende: "De Koning kan, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, een eenmalig bedrag bepalen voor alle lichamelijke letsels en stoffelijke schade. Dit bedrag mag niet lager zijn dan 200 miljoen euro per schadegeval voor alle lichamelijke en stoffelijke schade. Wanneer de verzekeraar vaststelt dat het door de Koning vastgelegde bedrag niet volstaat om alle geleden schade te vergoeden of wanneer nog niet voldoende vaststaat dat alle schade met het door de Koning vastgelegde bedrag kan worden vergoed, worden de lichamelijke letsels als eerste vergoed." Art. 6. Artikel 7, § 2, van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 8 juni 2008, wordt aangevuld met drie leden, luidende: "Wanneer de verzekeringsonderneming rekening houdt met de in het eerste lid bedoelde verklaring die door andere verzekeringsondernemingen of andere organen zijn verstrekt, wordt de verzekeringsnemer niet op een discriminerende manier behandeld en worden er geen hogere premies in rekening gebracht vanwege de nationaliteit of louter op basis van de vorige lidstaat van verblijfplaats. De verzekeringsonderneming maakt een algemeen overzicht van zijn beleid op het gebied van het gebruik van de in het eerste lid bedoelde verklaring bij de premieberekening bekend. De in het eerste lid bedoelde verklaring neemt de vorm en de inhoud aan van een model dat de Europese Commissie door middel van de uitvoeringshandeling bedoeld in artikel 16, zesde alinea, van Richtlijn 2009/103/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de verzekering tegen de wettelijke aansprakelijkheid waartoe de deelneming aan het verkeer van motorrijtuigen aanleiding kan geven en de controle op de verzekering tegen deze aansprakelijkheid, vaststelt." Art. 7. Artikel 8 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 31 mei 2017, wordt aangevuld met een lid, luidende: "De Koning kan de voorwaarden van de verzekering, bedoeld in het eerste lid, nader bepalen." Art. 8. In artikel 9bis, § 1, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 2 augustus 2002 en gewijzigd bij de wetten van 27 december 2005 en 31 mei 2017, worden de woorden "artikel 2" vervangen door de woorden "artikel 2, § 1, eerste lid,". Art. 9. In artikel 9ter, § 1, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 2 augustus 2002 en gewijzigd bij de wet van 31 mei 2017, worden de woorden "artikel 2" vervangen door de woorden "artikel 2, § 1, eerste lid". Art. 10. In artikel 12 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 22 augustus 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 1 wordt vervangen als volgt: " § 1. Iedere verzekeringsonderneming die een vergunning bekomen heeft om de risico's te dekken die zijn ingedeeld bij tak 10 van bijlage I bij de wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, uitgezonderd de aansprakelijkheid van de vervoerder, wijst in iedere andere Staat van de Europese Economische Ruimte dan België, een schaderegelaar aan. Deze schaderegelaar wordt belast met de behandeling en afwikkeling van verzoeken tot schadevergoeding ten gevolge van een ongeval voorgekomen op het grondgebied van een land waarvan het Nationaal Bureau aangesloten is bij het systeem van het internationaal verzekeringsbewijs en wanneer het een voertuig betreft dat gewoonlijk gestald is in een Staat van de Europese Economische Ruimte, dat verzekerd is voor burgerrechtelijke aansprakelijkheid motorrijtuigen door de onderneming die hem heeft aangewezen. De schaderegelaar heeft zijn verblijfplaats of vestiging in de Staat waar hij is aangewezen."; 2° paragraaf 5 wordt vervangen als volgt: " § 5. De schaderegelaar beschikt over voldoende bevoegdheden om de verzekeringsonderneming ten aanzien van de benadeelden te vertegenwoordigen en om hun verzoeken tot schadevergoeding volledig af te handelen. Tot de voldoende bevoegdheden waarover de schaderegelaar beschikt, behoort onder meer de bevoegdheid om rechtsgeldig de betekening in ontvangst te nemen van gerechtelijke akten die zijn vereist om bij de bevoegde rechter een vordering tot schadevergoeding in te stellen. Hij moet in...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT