Wet tot invoering van diverse bepalingen inzake de invordering en tot aanpassing van bepalingen ten gevolge van de invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen, de 20 décembre 2021

TITEL 1. - ALGEMENE BEPALING

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

TITEL 2. - WIJZIGING VAN HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN EN VERENIGINGEN

Art. 2. In artikel 2:57, § 3, 3°, van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen worden de woorden "en de artikelen 73sexies en 93undeciesC van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde" vervangen door de woorden ", de artikelen 73sexies en 93undeciesC van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en de artikelen 51 en 93 van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen".

TITEL 3. - WIJZIGINGEN VAN HET WETBOEK VAN DE MINNELIJKE EN GEDWONGEN INVORDERING VAN FISCALE EN NIET-FISCALE SCHULDVORDERINGEN

HOOFDSTUK 1. - Bijzondere bepalingen inzake inkomstenbelastingen en voorheffingen

Art. 3. In titel 1, hoofdstuk 4, afdeling 2, van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen, wordt een artikel 12/1 ingevoegd, luidende:

"Art. 12/1. De invordering van de inkomstenbelastingen verschuldigd door een vennootschap die het voorwerp heeft uitgemaakt van een fusie, splitsing, verrichting gelijkgesteld met een fusie of andere ontbinding zonder verdeling van het gehele maatschappelijk vermogen, en die is gevestigd ten name van, naargelang het geval, de vennootschap die het voorwerp van de verrichting heeft uitgemaakt, de overnemende of verkrijgende vennootschap of de verkrijgende vennootschappen, wordt ook verricht, naargelang het geval, ten name van de overnemende of verkrijgende vennootschap of van de verkrijgende vennootschappen en, in dit laatste geval, behoudens afwijkende vermeldingen in de akte die de verrichting vaststelt, ten name van de verschillende verkrijgende vennootschappen naar rato van de werkelijke waarde van het netto actief dat ze elk ontvangen hebben.".

Art. 4. In titel 1, hoofdstuk 4, afdeling 2, van hetzelfde Wetboek, wordt een artikel 12/2 ingevoegd, luidende:

"Art. 12/2. De invordering van de inkomstenbelastingen gevestigd ten name van vennootschappen zoals bedoeld in artikel 2, § 1, 5°, a, eerste lid, tweede streepje, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 kan rechtstreeks ten laste van de aandeelhouders of vennoten worden vervolgd in zover die belastingen proportioneel overeenstemmen met het aandeel van die aandeelhouders of vennoten in het kapitaal.".

HOOFDSTUK 2. - Aanmaning in geval de rechten van de schatkist in gevaar zijn

Art. 5. In artikel 13 van hetzelfde Wetboek worden volgende wijzigingen aangebracht:

  1. in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "de datum van haar verzending. Deze aanmaning mag" vervangen door de woorden "de datum van haar verzending, behalve wanneer de rechten van de Schatkist in het gedrang komen, in welk geval de aanmaning tot betaling uitwerking heeft vanaf de datum van haar verzending. Behalve wanneer de rechten van de Schatkist in het gedrang komen, mag deze aanmaning";

  2. in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "Deze aanmaning mag niet verzonden worden" vervangen door de woorden "Behalve wanneer de rechten van de Schatkist in het gedrang komen, mag deze aanmaning niet verzonden worden".

    HOOFDSTUK 3. - Aanpassing van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen aan het nieuwe wetboek van vennootschappen en verenigingen

    Art. 6. In artikel 43, § 5, tweede lid, 2°, van hetzelfde Wetboek worden de woorden ", de maatschappelijke zetel en, in voorkomend geval," vervangen door de woorden "en, in voorkomend geval, de statutaire zetel en".

    Art. 7. In artikel 50, § 4, van hetzelfde Wetboek worden de woorden "het Wetboek van Vennootschappen" vervangen door de woorden "het Wetboek van vennootschappen en verenigingen".

    Art. 8. In artikel 51, § 1, eerste lid, van hetzelfde Wetboek worden de woorden "rechtspersoon bedoeld in artikel 17, § 3, van de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de stichtingen...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT