Wet strafprocesrecht I, de 9 avril 2024

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering

Art. 2. In hoofdstuk II van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, wordt een afdeling 1 ingevoegd die de artikelen 6 tot 11 bevat, met het opschrift "Rechtsmacht verbonden aan de dader van het misdrijf".

Art. 3. Artikel 6 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 19 december 2003, wordt vervangen als volgt:

"Art. 6. § 1. Onder voorbehoud van de toepassing van de artikelen 7 tot 11, kan iedere Belg of persoon met gewoonlijke verblijfplaats op het grondgebied van het Rijk die zich buiten het grondgebied van het Rijk schuldig maakt aan een feit dat door de Belgische wet misdaad of wanbedrijf wordt genoemd, in België vervolgd worden indien op het feit een straf gesteld is door de wet van het land waar het is gepleegd.

§ 2. Indien het misdrijf gepleegd is tegen een vreemdeling, kan de vervolging slechts plaatshebben op vordering van het openbaar ministerie en moet zij bovendien voorafgegaan worden door een klacht van de benadeelde vreemdeling of van zijn familie ofwel door een officieel bericht, aan de Belgische overheid gegeven door de overheid van het land waar het misdrijf is gepleegd.

Is het misdrijf in oorlogstijd gepleegd tegen een onderdaan van een land dat bondgenoot van België is in de zin van artikel 117, tweede lid, van het Strafwetboek, dan kan het officieel bericht eveneens gegeven worden door de overheid van het land waarvan die vreemdeling een onderdaan is of was.

§ 3. De vervolging van een Belg heeft alleen plaats indien deze wordt gevonden in België, tenzij het misdrijf in oorlogstijd is gepleegd of als het een misdrijf als bedoeld in de artikelen 347bis, 393 tot 397 en 475 van het Strafwetboek betreft.

De vervolging van een vreemdeling heeft alleen plaats indien deze wordt gevonden in België tenzij het een misdrijf als bedoeld in de artikelen 347bis, 393 tot 397 en 475 van het Strafwetboek betreft, of, wanneer het misdrijf in oorlogstijd is gepleegd, indien hij wordt gevonden in een vijandelijk land of indien zijn uitlevering kan worden verkregen.".

Art. 4. Artikel 7 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 16 maart 1964 en gewijzigd bij de wet van 5 augustus 2003, wordt vervangen als volgt:

"Art. 7. § 1. Iedere persoon die een misdrijf pleegt voor rekening van een rechtspersoon met maatschappelijke zetel op Belgisch grondgebied, kan in België vervolgd worden.

§ 2. De vervolging van een Belg heeft alleen plaats indien deze wordt gevonden in België, tenzij het misdrijf in oorlogstijd is gepleegd.

De vervolging van een vreemdeling heeft alleen plaats indien deze wordt gevonden in België of, wanneer het misdrijf in oorlogstijd is gepleegd, indien hij wordt gevonden in een vijandelijk land of indien zijn uitlevering kan worden verkregen.".

Art. 5. Artikel 8 van dezelfde wet, opgeheven bij de wet van 16 maart 1964, wordt hersteld als volgt:

"Art. 8. Iedere Belg of persoon met gewoonlijke verblijfplaats op het grondgebied van het Rijk kan in België vervolgd worden wanneer hij zich buiten het grondgebied van het Rijk schuldig maakt:

  1. aan een ernstige schending van het internationaal humanitair recht, zoals omschreven in boek II, titel Ibis, van het Strafwetboek;

  2. aan een terroristisch misdrijf als bedoeld in boek II, titel Iter, van het Strafwetboek.".

    Art. 6. Artikel 9 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt:

    "Art. 9. Iedere Belg of persoon met gewoonlijke verblijfplaats op het grondgebied van het Rijk kan in België vervolgd worden wanneer hij zich buiten dit grondgebied schuldig maakt aan een misdrijf als bedoeld in de artikelen 250, 504bis en 504ter van het Strafwetboek.".

    Art. 7. Artikel 10 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 15 juli 2013, wordt vervangen als volgt:

    "Art. 10. Iedere aan de militaire wetten onderworpen persoon die enig misdrijf pleegt op het grondgebied van een vreemde Staat, kan in België worden vervolgd.

    Hetzelfde geldt voor degenen die in welke hoedanigheid ook verbonden zijn aan een onderdeel van het leger dat zich op buitenlands grondgebied bevindt, of voor degenen die gemachtigd zijn om een troepenkorps dat van dit leger deel uitmaakt, te volgen.".

    Art. 8. Artikel 11 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt:

    "Art. 11. § 1. Iedere Belg of persoon met gewoonlijke verblijfplaats op het grondgebied van het Rijk die zich op het grondgebied van een aangrenzende Staat schuldig maakt aan een bos-, veld-, visvangst- of jachtmisdrijf, kan, indien die Staat de wederkerigheid aanvaardt, in België vervolgd worden op klacht van de benadeelde partij of op een officieel bericht, aan de Belgische overheid gegeven door de overheid van het land waar het misdrijf is gepleegd.

    § 2. De vervolging van een Belg heeft alleen plaats indien deze wordt gevonden in België, tenzij het misdrijf in oorlogstijd is gepleegd.

    De vervolging van een vreemdeling heeft alleen plaats indien deze wordt gevonden in België of, wanneer het misdrijf in oorlogstijd is gepleegd, indien hij wordt gevonden in een vijandelijk land of indien zijn uitlevering kan worden verkregen.".

    Art. 9. In hoofdstuk II van dezelfde wet wordt een afdeling 2 ingevoegd die de artikelen 12 tot 14/2 bevat met het opschrift "Rechtsmacht verbonden aan het slachtoffer van het misdrijf".

    Art. 10. Artikel 12 van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 5 mei 2019, wordt vervangen als volgt:

    "Art. 12. § 1. Onder voorbehoud van de toepassing van de artikelen 13 tot 14/2, kan eenieder in België vervolgd worden wanneer hij zich buiten het grondgebied van het Rijk schuldig maakt aan een misdaad tegen een persoon die op het moment van de feiten een Belg is, indien het feit strafbaar is krachtens de wetgeving van het land waar het gepleegd werd met een vrijheidsstraf waarvan het maximum vijf jaar overtreft.

    § 2. De vervolging van een Belg heeft alleen plaats indien deze wordt gevonden in België, tenzij het misdrijf in oorlogstijd is gepleegd.

    De vervolging van een vreemdeling heeft alleen plaats wanneer deze wordt gevonden in België of, wanneer het misdrijf in oorlogstijd is gepleegd, indien hij wordt gevonden in een vijandelijk land of indien zijn uitlevering kan worden verkregen.".

    Art. 11. Artikel 13 van dezelfde wet, vervangen bij de besluitwet van 5 augustus 1943 en gewijzigd bij de wet van 12 juli 1984, wordt vervangen als volgt:

    "Art. 13. Eenieder kan in België vervolgd worden wanneer hij zich buiten het grondgebied van het Rijk schuldig maakt aan een ernstige schending van het internationaal humanitair recht, als bedoeld in boek II, titel Ibis van het Strafwetboek, gepleegd tegen een persoon die, op het moment van de feiten, een Belg is of een in België erkende vluchteling en die er zijn gewone verblijfplaats heeft, in de zin van het Verdrag van Genève van 28 juli 1951 betreffende de status van vluchtelingen, gewijzigd bij het Protocol van New York van 31 januari 1967, of een persoon die sedert minstens drie jaar effectief, gewoonlijk en wettelijk in België verblijft.

    De vervolging, met inbegrip van het onderzoek, kan slechts plaatsgrijpen op vordering van de federale procureur, die eventuele klachten beoordeelt.

    Ingeval, met toepassing van het eerste en het tweede lid, een klacht aanhangig is gemaakt bij de federale procureur, vordert hij dat de onderzoeksrechter naar deze klacht een onderzoek instelt, behalve indien:

  3. de klacht kennelijk niet gegrond is; of

  4. de feiten bedoeld in de klacht niet overeenstemmen met een kwalificatie van de misdrijven bedoeld in boek II, titel Ibis, van het Strafwetboek; of

  5. uit deze klacht geen ontvankelijke strafvordering kan volgen; of

  6. uit de concrete omstandigheden van de zaak blijkt dat deze zaak, in het belang van een goede rechtsbedeling en met eerbiediging van de internationale verplichtingen van België, aanhangig zou moeten worden gemaakt hetzij bij de internationale rechtscolleges, hetzij voor een rechtscollege van de plaats waar de feiten zijn gepleegd, hetzij voor een rechtscollege van de Staat waarvan de dader een onderdaan is of van de plaats waar hij kan worden gevonden, en dit voor zover dit rechtscollege de kenmerken van onafhankelijkheid, onpartijdigheid en billijkheid vertoont, zoals dat onder meer kan blijken uit de relevante internationale verbintenissen waardoor België en deze Staat gebonden zijn.

    Indien de federale procureur van oordeel is dat een of meer van de voorwaarden bedoeld in het derde lid, 1°, 2° en 3°, vervuld zijn, doet hij voor de kamer van inbeschuldigingstelling van het hof van beroep te Brussel vorderingen die beogen te beslissen, naargelang van het geval, dat er geen reden is tot vervolging of dat de strafvordering niet ontvankelijk is. Enkel de federale procureur wordt gehoord.

    Indien de kamer van inbeschuldigingstelling vaststelt dat geen van de voorwaarden bedoeld in het derde lid, 1°, 2° en 3°, vervuld zijn, wijst hij de territoriaal bevoegde onderzoeksrechter aan en bepaalt op welke feiten het onderzoek betrekking heeft.

    Vervolgens wordt gehandeld overeenkomstig het gemeen recht.

    De federale procureur heeft het recht een voorziening in cassatie in te stellen tegen de arresten gewezen met toepassing van het vierde en het vijfde lid. Dit beroep wordt in alle gevallen ingesteld binnen vijftien dagen te rekenen van de uitspraak van het arrest.

    In het geval bedoeld in het derde lid, 3°, stelt de federale procureur de Centrale Autoriteit die is opgericht bij artikel 2, vierde streepje, van de wet van 29 maart 2004 betreffende de samenwerking met het Internationaal Strafhof en de internationale straftribunalen in kennis van het arrest van de kamer van inbeschuldigingstelling, indien tegen dit arrest geen rechtsmiddelen meer openstaan. Indien de feiten zijn gepleegd na 30 juni 2002, brengt de Centrale Autoriteit het...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT