Wet om justitie menselijker, sneller en straffer te maken IV, de 31 juillet 2023

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het Wetboek van strafvordering

Art. 2. Artikel 44 van het Wetboek van strafvordering, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 10 april 2014, wordt aangevuld met vijf leden, luidende:

"Wanneer een autopsie is bevolen, wordt vanaf het ogenblik dat de bewaring van het lichaam van de overledene niet meer nodig is om de waarheid te achterhalen door de bevoegde procureur des Konings toestemming verleend voor de overdracht van het lichaam en de toelating tot begraven.

De arts die de autopsie heeft verricht, herstelt het lichaam zo goed mogelijk voordat het aan de nabestaanden van de overledene wordt overgedragen.

Een maand na het verrichten van de autopsie kunnen de nabestaanden die gerechtigd zijn de begrafenis te verzorgen, de teruggave van het lichaam vragen aan de procureur des Konings, die daarop binnen vijftien dagen schriftelijk moet antwoorden. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open. De beslissing tot weigering kan op elk moment worden herroepen door de procureur des Konings.

De nabestaanden kunnen geen verzoek met hetzelfde voorwerp toezenden of neerleggen vooraleer een termijn van drie maanden is verstreken te rekenen van de laatste beslissing die betrekking heeft op hetzelfde voorwerp.

De procureur des Konings kan steeds een opgraving van een lichaam bevelen.".

Art. 3. In artikel 90ter, § 2, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 30 juni 1994 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 21 maart 2022, wordt de bepaling onder 15° vervangen als volgt: "15° de artikelen 417/7 tot 417/22 van hetzelfde Wetboek;".

Art. 4. In artikel 90quater, § 1, derde lid van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 30 juni 1994 en vervangen bij de wet van 25 december 2016, worden de woorden "uiterlijk binnen vierentwintig uren" vervangen door de woorden "zo spoedig mogelijk".

Art. 5. In boek II, titel I, hoofdstuk III, afdeling 1, van hetzelfde Wetboek wordt een artikel 216bis/1 ingevoegd, luidende:

"Art. 216bis/1. § 1. Wanneer de in artikel 216bis, § 1, bedoelde geldsom niet binnen de bepaalde termijn wordt betaald, kan de procureur des Konings aan de overtreder een bevel geven tot betalen van de op dit misdrijf toepasselijke geldsom, verhoogd met 35 % en desgevallend met de bijdrage voor het bijzonder Fonds tot hulp aan de slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders. Daarnaast wordt er ook een administratieve toeslag van 25,32 euro, zoals bedoeld in titel 4 van de programmawet van 21 juni 2021, geheven. Het bedrag van deze administratieve toeslag wordt elk jaar op 1 januari automatisch aangepast in functie van de evolutie van de consumptieprijsindex van de maand november van het voorgaande jaar. De door de overtreder verrichte betalingen worden eerst op de bijdrage voor het bijzonder Fonds tot hulp aan de slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders toegerekend en daarna op deze administratieve toeslag. De procureur des Konings bepaalt op welke wijze de betaling geschiedt.

Het eerste lid is enkel van toepassing in de volgende gevallen:

  1. als de in artikel 216bis, § 1, bedoelde geldsom ten hoogste zevenhonderd vijftig euro bedraagt;

  2. als om de betaling van de in artikel 216bis, § 1, bedoelde geldsom verzocht wordt voor een feit dat bestraft wordt overeenkomstig artikel 22 van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen;

  3. als om de betaling van de in artikel 216bis, § 1, bedoelde geldsom verzocht wordt voor een feit dat bestraft wordt op overeenkomstig artikel 4 van de wet van 21 juni 1985 betreffende de technische eisen waaraan elk voertuig voor vervoer te land, de onderdelen ervan, evenals de veiligheidstoebehoren moeten voldoen en de uitvoeringsbesluiten van deze wet.

    § 2. Het bevel bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, wordt per aangetekende zending, per gerechtsbrief of overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek verstuurd aan de overtreder en bevat ten minste:

  4. de dagtekening;

  5. de ten laste gelegde feiten en de geschonden wettelijke of reglementaire bepalingen;

  6. de datum, het tijdstip en de plaats van het misdrijf;

  7. de identiteit van de overtreder;

  8. het nummer van het proces-verbaal;

  9. het bedrag van de te betalen geldsom;

  10. de dag waarop de som uiterlijk moet worden betaald;

  11. de wijze waarop en de termijn waarbinnen het beroep kan worden ingesteld, alsook de bevoegde politierechtbank of correctionele rechtbank;

  12. de wijze waarop er inzage kan worden genomen van het strafdossier.

    Het bevel tot betalen wordt geacht te zijn ontvangen de tiende werkdag na de dagtekening van het bevel tot betalen bedoeld in het tweede lid, 1°.

    De betaling gebeurt binnen een termijn van vijfenveertig dagen volgend op de dag van ontvangst van het bevel. De betaling binnen deze termijn doet de strafvordering vervallen.

    § 3. De persoon die het bevel tot betalen heeft ontvangen of diens advocaat kan binnen vijfenveertig dagen volgend op de dag van ontvangst ervan tegen het bevel tot betalen beroep aantekenen bij de bevoegde politierechtbank of de correctionele rechtbank.

    In het geval vermeld in paragraaf 1, tweede lid, 1°, wordt het beroep ingesteld bij een verzoekschrift dat neergelegd wordt op de griffie van de bevoegde politierechtbank of correctionele rechtbank of bij een aangetekende zending of via elektronische post die aan de griffie worden verzonden. In die laatste gevallen geldt de datum van verzending van de aangetekende zending of van de elektronische post als datum waarop het verzoekschrift werd ingediend. De aangetekende zending wordt geacht te zijn verzonden de derde werkdag voor de ontvangst ervan op de griffie.

    In de gevallen vermeld in paragraaf 1, tweede lid, 2° en 3°, wordt het beroep ingesteld bij een verzoekschrift dat neergelegd wordt op de griffie van de bevoegde politierechtbank of bij een aangetekende zending of via elektronische post die aan de griffie worden verzonden. In die laatste gevallen geldt de datum van verzending van de aangetekende zending of van de elektronische post als datum waarop het verzoekschrift werd ingediend. De aangetekende zending wordt geacht te zijn verzonden de derde werkdag voor de ontvangst ervan op de griffie.

    De Koning kan de nadere regels bepalen van de wijze waarop het beroep, bedoeld in het tweede en derde lid, kan worden ingesteld.

    Op straffe van nietigheid vermeldt het verzoekschrift:

  13. de naam, de voornaam en de woonplaats van de partij die beroep aantekent;

  14. het nummer van het proces-verbaal of het systeemnummer dat wordt vermeld op het bevel tot betalen;

  15. dat het om een beroep tegen het bevel tot betalen gaat;

  16. de redenen van het beroep.

    Het verzoekschrift houdt keuze van woonplaats in België in, indien de verzoeker er zijn woonplaats niet heeft.

    Het verzoekschrift wordt ingeschreven in het daartoe bestemde register.

    De verjaring van de strafvordering wordt geschorst vanaf de dag dat het verzoekschrift wordt ingediend, tot de dag dat het vonnis of arrest in kracht van gewijsde is gegaan.

    De verzoeker wordt binnen dertig dagen vanaf de inschrijving in het daartoe bestemde register door de griffier per gerechtsbrief, overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek of per aangetekende zending opgeroepen om te verschijnen op de zitting die de rechter bepaalt. De griffier zendt een kopie van het verzoekschrift over aan de procureur des Konings en deelt hem de datum van de zitting mee.

    In het geval bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, 1°, maakt het beroep de zaak in zijn geheel aanhangig voor de politierechtbank of de correctionele rechtbank die eerst de ontvankelijkheid van het beroep beoordeelt.

    In de gevallen bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, 2° en 3°, maakt het beroep de zaak in zijn geheel aanhangig voor de politierechtbank die eerst de ontvankelijkheid van het beroep beoordeelt.

    Indien het beroep ontvankelijk wordt verklaard, wordt het bevel tot betalen als niet bestaande beschouwd. De rechtbank beoordeelt de misdrijven die aan de grondslag liggen van het bevel tot betalen ten gronde en maakt, indien deze bewezen worden verklaard, toepassing van de strafwet.

    De bij verstek veroordeelde kan tegen het vonnis in verzet komen overeenkomstig de procedure bepaald in artikel 187.

    Tegen de beslissing van de politierechtbank of de correctionele rechtbank kan hoger beroep worden ingesteld volgens de bepalingen van dit Wetboek.

    § 4. De niet-betaalde bevelen tot betalen waartegen geen beroep is aangetekend, zijn invorderbaar en worden door de procureur des Konings uitvoerbaar verklaard.

    In de gevallen bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, 2° en 3°, kunnen de niet-betaalde bevelen tot betalen, waartegen geen beroep is aangetekend, en die dus invorderbaar zijn, ook uitvoerbaar verklaard worden door een door de procureur des Konings aangestelde parketjurist.

    § 5. Onverminderd de toepassing van artikel 27 van de wet van 5 augustus 2006 inzake de toepassing van het beginsel van de wederzijdse erkenning van rechterlijke beslissingen in strafzaken tussen de lidstaten van de Europese Unie, geeft de procureur des Konings opdracht aan de administratie, die binnen de Federale Overheidsdienst Financiën bevoegd is voor de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen om de geldsommen opgenomen in de in paragraaf 4 bedoelde uitvoerbare titels in te vorderen, volgens de regels van toepassing op de gedwongen tenuitvoerlegging van strafrechtelijke geldboeten, met inbegrip van het vereenvoudigd derdenbeslag bedoeld artikel 101 van het algemeen reglement op de gerechtskosten in strafzaken.

    § 6. De invordering gebeurt op basis van een uittreksel uit de in paragraaf 4 bedoelde uitvoerbare titels, opgemaakt door de ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Financiën belast met de invordering.

    De overhandiging door deze ambtenaren aan de gerechtsdeurwaarder van een uittreksel, met...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT