Wet houdende diverse bepalingen (I)., de 22 décembre 2008

TITEL 1. - Algemene bepaling.

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

TITEL 2. - Ambtenarenzaken.

ENIG HOOFDSTUK. - Wijziging van artikel 14, eerste lid, van de wet van 10 april 1995 betreffende de herverdeling van de arbeid in de openbare sector

Art. 2. Artikel 14, eerste lid, van de wet van 10 april 1995 betreffende de herverdeling van de arbeid in de openbare sector, gewijzigd bij de wetten van 3 december 1997 en 4 juni 2007, wordt vervangen als volgt :

" De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de nadere regelen voor het van toepassing verklaren van de maatregelen bepaald in titel II of in de hoofdstukken II en III van titel III. Deze bepaling is van toepassing op alle aanvragen die ingediend zijn vanaf 1 januari 2009. "

Art. 3. Artikel 2 treedt in werking op 1 januari 2009.

TITEL 3. - Maatschappelijke integratie.

HOOFDSTUK 1. - Wijziging van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Art. 4. In artikel 71 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, gewijzigd bij de wetten van 12 januari 1993, 22 december 2003 en 20 juli 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. in het derde lid worden de woorden ", op straffe van verval, " ingevoegd tussen de woorden " moet " en " worden ";

  2. in het derde lid worden de woorden " hetzij de datum van het verstrijken van de in het vorige lid vermelde termijn " opgeheven;

  3. tussen het derde en het vierde lid wordt een nieuw lid ingevoegd, luidende : " Bij ontstentenis van een beslissing van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn binnen de in het tweede lid bepaalde termijn, moet het beroep, op straffe van verval, worden ingediend binnen de drie maanden na de vaststelling van deze ontstentenis van een beslissing. "

    HOOFDSTUK 2. - Wijziging van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie.

    Art. 5. In artikel 47, § 1, derde lid, tweede streepje, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, worden de woorden " de dag na het verstrijken van de termijn waarin de beslissing uiterlijk had moeten worden betekend in toepassing van artikel 21, §§ 1 en 4 " vervangen door de woorden " de vaststelling van de ontstentenis van een beslissing van het centrum binnen de termijn bepaald in artikel 21, § 1 ".

    HOOFDSTUK 3. - Wijziging van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

    Art. 6. In artikel 2 van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, wordt een paragraaf 8 ingevoegd, luidende :

    " § 8. In afwijking van artikel 1, 1°, is het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van de gemeente waar de woonst zich bevindt waarvoor de betrokkene de huurwaarborg vraagt, bevoegd om deze hulp te verlenen bij het verlaten van een opvangstructuur in de zin van artikel 2, 10°, van de wet van 12 januari 2007 betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen. "

    TITEL 4. - Mobiliteit en vervoer.

    HOOFDSTUK 1. - Luchtvaart.

    Afdeling 1. - Handhaving van slots.

    Art. 7. In hoofdstuk II van de wet van 27 juni 1937 houdende herziening van de wet van 16 november 1919 betreffende de regeling der luchtvaart, wordt een artikel 14bis ingevoegd luidende :

    " Art. 14bis. § 1. Wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot één jaar en met geldboete van duizend tot twintigduizend euro, of met één van die straffen alleen :

  4. elk exploitant van een luchtvaartuig die een opstijging of landing op de gecoördineerde luchthaven van Brussel-Nationaal zal hebben uitgevoerd zonder over een slot te beschikken;

  5. elk exploitant van een luchtvaartuig die tussen 23 uur en 5 u. 59 een opstijging of landing op de gecoördineerde luchthaven van Brussel-Nationaal zal hebben uitgevoerd zonder over een nachtslot te beschikken;

  6. elk exploitant van een luchtvaartuig die meer dan tweemaal een opstijging of landing op de gecoördineerde luchthaven van Brussel-Nationaal zal hebben uitgevoerd op tijden die wezenlijk verschillen van de toegewezen slots, waardoor de luchthavenexploitatie of het luchtverkeer wordt geschaad, of een opstijging of landing op de gecoördineerde luchthaven van Brussel-Nationaal zal hebben uitgevoerd op wezenlijk andere wijze dan was aangegeven ten tijde van de toewijzing van de slot, waardoor de luchthavenexploitatie of het luchtverkeer wordt geschaad.

    § 2. De Koning kan de tijden van de nachtperiode bedoeld in § 1, 2°, aanpassen. "

    Art. 8. Artikel 35 van dezelfde wet wordt aangevuld met het volgende lid :

    " Evenwel, de strafvordering betreffende inbreuken waarvoor een administratieve geldboete werd opgelegd overeenkomstig hoofdstuk III is vervallen. "

    Art. 9. Artikel 38, § 2, van dezelfde wet wordt aangevuld met het volgende lid :

    " De procureur des Konings beschikt over een termijn van negentig dagen, te rekenen van de dag van ontvangst van het proces-verbaal, om de in artikel 46, § 1, bedoelde ambtenaar schriftelijk in te lichten :

  7. dat een opsporingsonderzoek of een gerechtelijk onderzoek werd opgestart, of;

  8. dat vervolging werd ingesteld, of;

  9. dat er toepassing is gemaakt van de artikelen 216bis of 216ter van het Wetboek van strafvordering, of;

  10. dat het dossier geseponeerd werd om redenen die verband houden met de constitutieve bestanddelen van de inbreuk, of;

  11. dat het dossier geseponeerd werd om redenen die geen verband houden met de constitutieve bestanddelen van de inbreuk. "

    Art. 10. Artikel 45 van dezelfde wet wordt artikel 52 van die wet.

    Art. 11. In dezelfde wet wordt een Hoofdstuk III ingevoegd, luidend als volgt :

    " HOOFDSTUK III. - Administratieve geldboeten

    Art. 45. De inbreuken bedoeld in de artikelen 11 tot 26bis, in artikel 27, § 1, 1°, 2°, 3°, 6°, in artikel 27, § 2, in artikel 27bis, in artikel 28 en in artikel 32 zijn strafbaar met een administratieve geldboete, behalve indien de procureur des Konings toepassing heeft gemaakt van artikel 38, § 2, derde lid, punten 1° tot 4°.

    De administratieve geldboete wordt toegepast onverminderd andere administratieve of disciplinaire sancties.

    Art. 46. § 1. Nadat de procureur des Konings de inlichting, bedoeld in artikel 38, § 2, derde lid, 5°, heeft overgemaakt of, bij afwezigheid van deze inlichting, na de termijn bepaald in § 2, derde lid, van hetzelfde artikel, betekent de ambtenaar van het Directoraat-generaal Luchtvaart, aangeduid door de Koning, aan de betrokkene, ten laatste één jaar, te rekenen van de dag waarop het feit werd gepleegd, bij aangetekende brief, vergezeld van een afschrift van het in artikel 38, § 2, eerste lid, bedoelde proces-verbaal, het volgende :

  12. de feiten waarvoor de procedure van administratieve geldboete is opgestart;

  13. de dagen en uren waarop hij het recht heeft om zijn dossier te consulteren;

  14. het feit dat hij het recht heeft om zich te laten bijstaan door een raadsman;

  15. het feit dat hij de gelegenheid heeft om binnen dertig dagen te rekenen van de eerste werkdag na deze betekening, naar de bovenvermelde ambtenaar een aangetekende brief te sturen met zijn verweermiddelen, en met, in voorkomend geval, de aanvraag te worden gehoord.

    De termijn bedoeld in het eerste lid, 4°, begint te lopen vanaf de derde werkdag die volgt op die waarop de brief aan de postdiensten overhandigd werd, tenzij de geadresseerde het tegendeel bewijst.

    § 2. Indien hij een aanvraag ontvangt, in overeenstemming met § 1, 4°, beschikt de ambtenaar, bedoeld in § 1, over 15 dagen, volgend op de ontvangst van deze aanvraag, om, bij aangetekende brief, de datum van de hoorzitting aan de betrokkene te betekenen. Deze datum ligt besloten tussen de vijftiende en de dertigste dag na de verzending, door de ambtenaar, van deze aangetekende brief. Deze termijnen zijn voorgeschreven op straffe van nietigheid van het geheel van de procedure van administratieve geldboete.

    De betrokkene kan, bij aangetekende brief, gericht aan de ambtenaar, bedoeld in § 1, een enkele maal de verschuiving van de datum van zijn hoorzitting aanvragen. Deze ambtenaar bepaalt in dit geval, bij aangetekende brief, een nieuwe datum.

    De hoorzitting kan in geen enkel geval plaatsvinden meer dan zestig dagen volgend op de ontvangst van de aanvraag, bedoeld in § 1, 4°.

    Art. 47. Niet eerder dan na afloop van de termijn van dertig dagen uit artikel 46, § 1, 4°, en, in voorkomend geval, na de hoorzitting van de betrokkene, neemt de in artikel 46, § 1, vermelde ambtenaar een beslissing met betrekking tot de feiten waarvoor de procedure van administratieve geldboete is opgestart. Hij betekent deze beslissing aan de betrokkene bij aangetekende brief.

    De beslissing die een administratieve geldboete oplegt, bevat, op straffe van nietigheid, het bedrag ervan, alsmede de bepalingen van artikel 50.

    In dezelfde beslissing waarin hij een administratieve geldboete oplegt, kan de in artikel 46, § 1, vermelde ambtenaar geheel of gedeeltelijk uitstel van de tenuitvoerlegging van de betaling van die geldboete toekennen.

    De Koning bepaalt de nadere regels van het uitstel van tenuitvoerlegging.

    De beslissing heeft uitvoerbare kracht na het verstrijken van een termijn van één maand, te rekenen vanaf de dag van de betekening ervan.

    De termijn bedoeld in het vijfde lid begint te lopen vanaf de derde werkdag die volgt op die waarop de brief aan de postdiensten overhandigd werd, tenzij de geadresseerde het tegendeel bewijst.

    Art. 48. De minimale en maximale bedragen van de administratieve geldboete komen overeen met de respectievelijke minimale en maximale bedragen, verhoogd met de opcentiemen, van de strafrechtelijke geldboete, voorzien bij deze wet, die hetzelfde feit sanctioneert.

    Bij het bepalen van het bedrag van de administratieve geldboete, houdt de in artikel 46, § 1, vermelde ambtenaar rekening met...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT