Wet houdende diverse bepalingen (I), de 29 décembre 2010

TITEL 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

TITEL 2. - Ambtenarenzaken

ENIG HOOFDSTUK. - Wijziging van de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken

Art. 2. Artikel 1, 3°, van de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken wordt aangevuld met de woorden " - het Fonds voor de medische ongevallen. "

Art. 3. Dit hoofdstuk heeft uitwerking met ingang van 12 april 2010.

TITEL 3. - Justitie

ENIG HOOFDSTUK. - Wijziging van de wet van 10 juli 2006 betreffende de elektronische procesvoering

Art. 4. In artikel 39, tweede lid, van de wet van 10 juli 2006 betreffende de elektronische procesvoering, vervangen bij de wet van 24 juli 2008, worden de woorden " op 1 januari 2011 " vervangen door de woorden " op 1 januari 2013 ".

Art. 5. Artikel 4 treedt in werking op 1 januari 2011.

TITEL 4. - Landsverdediging

HOOFDSTUK 1. - Wijziging van de wet van 20 mei 1994 betreffende de geldelijke rechten van de militairen

Art. 6. In hoofdstuk V van de wet van 20 mei 1994 betreffende de geldelijke rechten van de militairen, gewijzigd bij de wet van 10 januari 2010, wordt een artikel 13ter ingevoegd, luidende :

" Artikel 13ter. § 1. De militair die ter beschikking wordt gesteld van een buitenlandse regering, van een openbare dienst die afhangt van de federale overheid, van de gewesten of de gemeenschappen alsook de instellingen die ervan afhangen, van de provincies, van de gemeenten, van de agglomeraties, de federaties en verenigingen van gemeenten alsook de instellingen die ervan afhangen, of die wegens officiële opdracht bij een instelling van internationaal publiek recht wordt gedetacheerd, wordt niet meer door Defensie bezoldigd gedurende de periode van de terbeschikkingstelling of van de officiële opdracht. Gedurende deze periode geniet de militair in principe van de geldelijke voordelen toegekend door de instelling waarbij hij ter beschikking wordt gesteld of gedetacheerd wordt.

De Koning, of de overheid die Hij aanwijst, kan evenwel in bijzondere gevallen, om de geldelijke rechten van de militair te beschermen, van het in het eerste lid bedoelde principe afwijken en betrokkene het recht op de militaire geldelijke voordelen laten behouden die Hij bepaalt.

De militair tekent deze beslissing voor kennisname.

§ 2. De militair die, in het kader van de uitvoering van een opdracht niet bedoeld in § 1, vergoedingen ontvangt van zowel Defensie als van een andere instelling, dient maandelijks, na vervallen termijn, aan Defensie terug te storten, naargelang het geval :

  1. ofwel een bedrag gelijk aan het bedrag van de vergoedingen toegekend door deze instelling, indien deze vergoedingen lager zijn dan de vergoedingen toegekend door Defensie;

  2. ofwel een bedrag gelijk aan het bedrag van de vergoedingen toegekend door Defensie, indien deze vergoedingen lager zijn dan, of gelijk zijn aan, de vergoedingen toegekend door deze instelling.

    Vóór het begin van de opdracht, dient de militair ingelicht te worden over de in het eerste lid bepaalde rechten en plichten. De militair mag bovendien Defensie toelaten rechtstreeks op zijn vergoedingen de sommen in te houden, die hij dient terug te storten aan Defensie in toepassing van het eerste lid. "

    HOOFDSTUK 2. - Wijziging van de wet van 28 februari 2007 tot vaststelling van het statuut van de militairen van het actief kader van de Krijgsmacht

    Art. 7. In artikel 272 van de wet van 28 februari 2007 tot vaststelling van het statuut van de militairen van het actief kader van de Krijgsmacht worden de woorden " 1 juli 2011 " vervangen door de woorden " 1 juli 2012 ".

    HOOFDSTUK 3. - Slotbepaling

    Art. 8. Artikel 6 treedt in werking de dag waarop deze wet in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

    TITEL 5. - Telecommunicatie, Economie en Administratieve Vereenvoudiging

    HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet

    Art. 9. In artikel 3, § 2, vijfde lid, van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, vervangen bij de wet van 13 juni 2010, worden de woorden " 11bis, § 2, tweede lid, 5°, 21, 27bis, 28 tot 33 " vervangen door de woorden " 21, 27bis, 28 en 29, 30, §§ 1, 2, 4 en 5, 31 tot 33 ".

    Art. 10. In artikel 11bis, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 13 juni 2010, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  3. paragraaf 1, 3°, wordt opgeheven;

  4. in paragraaf 3 worden de woorden " in § 1, tweede lid " vervangen door de woorden " in § 2, tweede lid ".

    Art. 11. Artikel 20bis, tweede lid, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 24 maart 2003, wordt opgeheven.

    Art. 12. Artikel 22 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 24 maart 2003 en 13 juni 2010, wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende :

    " § 4. Uiterlijk 2 maanden voor het verstrijken van die nulstellingstermijn verwittigt de kredietgever de consument hiervan door middel van ieder nuttig communicatiemiddel. "

    Art. 13. In artikel 30, § 2, eerste lid, van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 13 juni 2010, worden de woorden " de artikelen 14, § 3, 7° en 21 " vervangen door de woorden " de artikelen 14, § 2, 8°, § 3, 7° en 21 ".

    Art. 14. In artikel 87, eerste lid, van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 24 maart 2003, wordt de bepaling onder 2° vervangen als volgt :

    " 2° de kredietgever de bepalingen bedoeld in artikel 22 niet heeft nageleefd of miskend. "

    Art. 15. In artikel 101 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wetten van 11 februari 1994, 11 december 1998, 10 augustus 2001, 22 december 2002, 24 maart 2003, 24 augustus 2005 en 13 juni 2010, wordt een paragraaf 1/1 ingevoegd luidende :

    " § 1/1. Met een geldboete van 26 tot 100.000 euro worden gestraft degene die als kredietgever de bepalingen van artikel 22, § § 1, 2 of 3 overtreedt. "

    HOOFDSTUK 2. - Wijziging van de wet van 13 juni 2010 tot wijziging van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet

    Art. 16. Artikel 73, laatste lid, van de wet van 13 juni 2010 tot wijziging van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, wordt opgeheven.

    HOOFDSTUK 3. - Wijziging van de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen

    Art. 17. In artikel 20, § 2, van de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen, gewijzigd bij de wetten van 19 april 2002, 22 december 2003, 13 december 2005, 5 augustus 2006, 27 december 2006 en 23 december 2009, wordt het zesde lid aangevuld met de volgende woorden :

    " en is verschuldigd vanaf het begrotingsjaar 2010. "

    HOOFDSTUK 4. - Wijziging van het Gerechtelijk Wetboek in verband met de erelonen en kosten ten laste van het Fonds ter bestrijding van de overmatige schuldenlast

    Art. 18. In artikel 1675/19, § 2, zesde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 27 december 2006 en gewijzigd bij de wet van 23 december 2009, wordt de zin " Het bedrag van de honoraria van de schuldbemiddelaar mag niet hoger liggen dan 1.200 euro tenzij mits een bijzondere gemotiveerde beslissing van de rechter. " vervangen als volgt : " Het bedrag van de honoraria en de kosten van de schuldbemiddelaar mag per dossier niet hoger liggen dan 1.200 euro, tenzij de rechter er anders over beslist middels een bijzondere gemotiveerde beslissing. ".

    HOOFDSTUK 5. - Wijziging van de wet van 22 januari 1945 betreffende de economische regulering en de prijzen

    Art. 19. Artikel 5 van de wet van 22 januari 1945 betreffende de economische regulering en de prijzen, gewijzigd door de besluitwet van 7 mei 1945, wordt vervolledigd als volgt :

    " g) de inbreuken op artikel 70 van de wet van 29 december 2010 houdende diverse bepalingen(I), en op de besluiten genomen in uitvoering van dit artikel. "

    HOOFDSTUK 6. - Wijzigingen van de wet van 10 december 2009 betreffende de betalingsdiensten

    Art. 20. Artikel 13, § 3, van de wet van 10 december 2009 betreffende de betalingsdiensten wordt aangevuld met een lid, luidende :

    " Wanneer het raamcontract betrekking heeft op de opening van een rekening zoals bedoeld in artikel 1, 25°, van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet en de mogelijkheid bestaat dat de consument een overschrijding wordt toegestaan in de zin van artikel 1°, 12°quater, van voornoemde wet, dan vermeldt het raamcontract de informatie omtrent de debetrentevoet bedoeld in artikel 11bis, § 2, 5°, van voornoemde wet. De betalingsdienstaanbieder verstrekt in elk geval, op papier of op een andere duurzame drager, die informatie regelmatig, ongeacht of er een daadwerkelijke overschrijding plaats vindt of niet. "

    Art. 21. In artikel 80 van dezelfde wet worden de woorden " behalve de bepalingen van de artikelen 7, 8, 9, 13°, " vervangen door de woorden " behalve de artikelen 7, 8, 9, 13, §§ 1 tot 3, laatste lid, eerste zin, ".

    HOOFDSTUK 7. - Administratieve Vereenvoudiging, Justitie en Buitenlandse Zaken

    Afdeling 1. - Wijziging van het Burgerlijk Wetboek

    Art. 22. In artikel 972, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, gewijzigd bij de wetten van 16 december 1922 en 6 mei 2009, worden de woorden " opgemaakt overeenkomstig artikel 13, § 2, " vervangen door de woorden " op papier opgemaakt overeenkomstig artikel 13 ".

    Afdeling 2. - Wijziging van de wet van 10 juli 1931 betreffende de bevoegdheid der diplomatieke en consulaire agenten in notariële zaken

    Art. 23. In artikel 5, 2°, van de wet van 10 juli 1931 betreffende de bevoegdheid der diplomatieke en consulaire agenten in notariële zaken, worden de woorden " vreemde vrouw " vervangen door de woorden " niet-Belg ".

    Afdeling 3. - Wijziging van de wet van 6 mei 2009 houdende diverse bepalingen

    Art. 24. In artikel 26 van de wet van 6 mei 2009 houdende diverse bepalingen wordt het eerste lid vervangen als volgt :

    " Met uitzondering van artikel 18, treedt dit hoofdstuk in werking op een door de Koning te bepalen datum. "

    TITEL 6. -...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT