19 APRIL 2010. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 mei 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, inzake het woon-werkverkeer en de financiële bijdrage van de werkgever in de vervoerskosten van de werknemers (1)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 29 mei 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, inzake het woon-werkverkeer en de financiële bijdrage van de werkgever in de vervoerskosten van de werknemers.

Art. 2. De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 april 2010.

ALBERT

Van Koningswege :

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid,

Mevr. J. MILQUET

_______

Nota

(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :

Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage

Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap

Collectieve arbeidsovereenkomst van 29 mei 2009

Woon-werkverkeer en financiële bijdrage van de werkgever in de vervoerskosten van de werknemers

(Overeenkomst geregistreerd op 26 oktober 2009 onder het nummer 95182/CO/319.01)

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de inrichtingen en diensten die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap.

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.

HOOFDSTUK II. - Algemeen kader

Art. 2. De ondertekenende partijen erkennen het belang van de mobiliteitsproblematiek. In dit kader wordt ernaar gestreefd het gebruik van andere vervoersmiddelen dan de privéauto te stimuleren, of gezamenlijke verplaatsingen na te streven, of andere maatregelen uit te werken die tegemoet komen aan de mobiliteitsproblematiek.

De ondertekenende partijen erkennen dat omwille van het specifieke karakter van, onder meer, onregelmatige uurregelingen en/of vestigingsplaats, alternatieven soms eerder in beperkte mate mogelijk zijn.

Art. 3. In de ondernemingsraad, of bij ontstentenis in het comité preventie en bescherming, of bij ontstentenis in de syndicale afvaardiging, wordt minimaal jaarlijks het mobiliteitsplan besproken. Rekening houdend met de specifieke omstandigheden van elke voorziening, worden er in het mobiliteitsplan initiatieven en maatregelen voor een betere mobiliteit uitgewerkt, gestimuleerd en opgevolgd.

HOOFDSTUK III. - Vaststelling van de financiële bijdrage van de werkgever in de vervoerskosten van de werknemer

Art. 4. § 1. Bij het gebruik van (gemeenschappelijk) openbaar vervoer en/of treinvervoer wordt verwezen naar de toepassing van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT