Ordonnantie betreffende de organisatie van de gasmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, betreffende wegenisretributies inzake gas en elektriciteit en houdende wijziging van de ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. (NOTA : Raadpleging van..., de 1 avril 2004

TITEL I. - Algemeen.

Artikel 1. Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

TITEL II. - Organisatie van de gasmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling.

Art. 2. Deze Titel zet richtlijn 98/30/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas alsook richtlijn 2003/55/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas en houdende intrekking van richtlijn 98/30/EG om in de rechtsorde van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

HOOFDSTUK II. - Definities.

Art. 3. Voor de toepassing van deze titel dient te worden verstaan onder :

  1. wet : de wet van 12 april 1965 betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen;

  2. ordonnantie van 19 juli 2001 : de ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

  3. ordonnantie van 11 maart 1999 : de ordonnantie van 11 maart 1999 tot vaststelling van de maatregelen ter voorkoming van de schorsingen van gaslevering voor huishoudelijk gebruik;

  4. distributienet : geheel van lokale of gewestelijke pijpleidingen, cabines, aansluitingen, schuiven, ontspanners, meters en bijhorende installaties voor het gasvervoer naar en de levering aan de eindafnemer;

  5. netbeheerder : de distributienetbeheerder aangewezen overeenkomstig de bepalingen van Hoofdstuk III;

  6. leverancier : elke natuurlijke of rechtspersoon die aardgas verkoopt;

  7. rijk gas : aardgas meteen calorische bovenwaarde van 0,041868 gigajoule per Nm3 of 11,630 kWu per Nm3;

  8. arm gas : aardgas met een calorische bovenwaarde van 0,035169 gigajoule per Nm3 of 9,769 kWu per Nm3;

  9. directe leiding : elke leiding die het gasvervoernet met een verbruikerslocatie verbindt en die fysiek geen deel uitmaakt van het distributienet;

  10. aansluiting : leiding en bijhorende apparatuur die door de netbeheerder geplaatst werden om een verbinding te verzekeren tussen zijn net en een eindafnemer;

  11. in aanmerking komende afnemer : elke natuurlijke of rechtspersoon die zelf zijn leverancier mag kiezen en daartoe kan aansluiten op het distributienet, volgens de voorwaarden bepaald in artikel 11 en volgende;

  12. eindafnemer : elke natuurlijke of rechtspersoon die gas koopt voor eigen gebruik, op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

  13. professionele afnemer : eindafnemer die het bewijs aanvoert dat hij het op zijn verbruikerslocatie geleverde gas (...) gebruikt voor beroepsdoeleinden;

  14. (...)

  15. meter : toestel bij een eindafnemer geïnstalleerd teneinde de afgenomen energie te meten gedurende een bepaalde tijdseenheid, met inbegrip van de eventuele uitrusting voor rekeningsoverzicht op afstand;

  16. netreglement : reglement voor het netbeheer van het distributienet en de toegang hiertoe, bepaald met toepassing van artikel 9;

  17. Regering : de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

  18. Minister : de minister van de Regering bevoegd voor energie;

  19. (Dienst : de dienst van het Brussels Instituut voor Milieubeheer die belast is met de energie.)

    (20° opdrachthouder : lid van het personeel van het Brussels Instituut voor Milieubeheer dat door de Regering bij de Commissie belast wordt met de opdrachten zoals bedoeld in deze ordonnantie;

  20. commissie : de Reguleringscommissie voor gas en elektriciteit in het Brussels Hoofdstedelijke Gewest bedoeld in hoofdstuk VIbis van de ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

  21. gezin : hetzij een alleenstaande natuurlijke persoon die huishoudelijke eindafnemer is, hetzij een geheel van natuurlijke personen, al dan niet verenigd door familiale banden, die gewoonlijk samenleven in dezelfde woning en waarvan één van de leden een huishoudelijke eindafnemer is;

  22. beschermde afnemer : de op het net aangesloten huishoudelijke eindafnemer die erkend werd als zijnde beschermd;

  23. huishoudelijke afnemer : de op het net aangesloten afnemer die gas aankoopt, hoofdzakelijk voor het gebruik in zijn gezin en waarvan de factuur opgemaakt wordt op zijn eigen naam;

  24. gemeenschappelijk gebouw met gemeenschappelijke verwarmingsketel : gebouw uitgerust met een centraal verwarmingssysteem dat meerdere woningen voorziet van verwarming of sanitair warm water;

  25. O.C.M.W. : openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn bedoeld in het samenwerkingsakkoord afgesloten op 21 september 2006 tussen de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.)

    HOOFDSTUK III. - Distributienetbeheer.

    Art. 4. § 1. De Regering wijst als netbeheerder aan, de intercommunale die over het eigendoms- of gebruiksrecht beschikt van de distributienetten gelegen op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

    Deze intercommunale brengt vóór 31 december 2003 haar statuten en bijlagen in overeenstemming met deze Titel.

    § 2. De aanwijzing van de netbeheerder gebeurt voor een hernieuwbare termijn van twintig jaar.

    § 3. Na advies van (de Commissie ), kan de Regering, ingeval de netbeheerder blijk geeft van zware nalatigheid met betrekking tot de verplichtingen die hem door deze Titel en door de wet worden opgelegd :

  26. de netbeheerder aanmanen om zijn verplichtingen na te komen;

  27. voor een vastgestelde duur, een bijzondere commissaris bij de organen van de netbeheerder aanwijzen die belast wordt met het toezicht op de naleving van zijn verplichtingen en met het uitbrengen van verslag hierover bij de Regering; de bijzondere commissaris mag te dien einde de vergaderingen van de organen bijwonen, er het woord nemen en ter plaatse alle documenten inzien.

    Wanneer de netbeheerder zijn verbintenissen niet nakomt na de aanwijzing van een bijzondere commissaris, en na verslag van deze, kan de Regering de aanwijzing van de beheerder intrekken, na diens vertegenwoordigers gehoord te hebben. In dat geval, wordt een bijzondere commissaris aangeduid, belast met het beheren, in naam van de Regering, van de activiteiten waarmee de netbeheerder ingevolge deze Titel belast is, tot er, overeenkomstig § 4, een nieuwe beheerder aangewezen is.

    § 4. Ingeval van ontbinding van de als netbeheerder aangewezen intercommunale, onderbreking van haar activiteit van gasdistributie, intrekking van de aanwijzing of bij het verstrijken van de in § 2, bepaalde termijn, wijst de Regering, na eensluidend advies van de meerderheid van de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de netbeheerder aan.

    Art. 5. § 1. De netbeheerder is verantwoordelijk voor de exploitatie, het onderhoud en de ontwikkeling van het distributienet, met inbegrip van de aansluitingen op andere netten, teneinde de regelmaat, de betrouwbaarheid en de veiligheid van de bevoorrading te verzekeren, met inachtname van het milieubehoud en een rationeel beheer van het openbaar wegennet.

    Hiertoe wordt de netbeheerder onder meer belast met de volgende taken :

  28. de verbetering, de vernieuwing en de uitbreiding van het net in het kader van het investeringsplan bedoeld in artikel 10, teneinde de continuïteit van de bevoorrading van alle afnemers en de veiligheid te verzekeren;

  29. de installatie en het ter beschikking stellen van de aansluitingen;

  30. het onderhoud van het net;

  31. (het bestuur van het net en het beheer van de gasstromen, met inbegrip van het gebruik met dat doel van de koppelingen. Dit gebruik gebeurt in samenwerking met de beheerder van het federaal transmissienet;)

  32. het opstellen en het bewaren van de netplannen;

  33. het ter beschikking stellen en het beheer van de toegang tot zijn net;

  34. (het installeren, het onderhoud en het opnemen van de meters en de verwerking van de meetgegevens);

  35. desgevallend, de omzetting van rijk gas naar arm gas en de desbetreffende interconnecties.

    § 2. De netbeheerder mag geen activiteiten verrichten die betrekking hebben op productie, invoer, verkoop of levering van gas dan deze die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van de opdrachten bepaald in § 1, alsook in de artikelen 14, § 1 en 18, van deze Titel.

    § 3. De netbeheerder onthoudt zich van elke vorm van discriminatie tussen de netgebruikers of tussen categorieën van netgebruikers en waarborgt de vertrouwelijkheid van gevoelige persoonlijke en commerciële gegevens waarvan hij kennis heeft bij de uitvoering van zijn taken.

    § 4. De netbeheerder kan de toegang tot het net slechts weigeren indien de aanvrager van de toegang niet beschikt over de vereiste capaciteit of indien hij niet voldoet aan de technische voorschriften bepaald in het netreglement bedoeld in artikel 9. De weigeringsbeslissing wordt met redenen omkleed.

    § 5. (Na advies van de Commissie, kan de Regering bepalen welke inlichtingen of plannen jaarlijks door de netbeheerder aan de Commissie dienen te worden bezorgd om, in alle omstandigheden, de continuïteit van de functie van netbeheerder te waarborgen.)

    Art. 6. § 1. Onverminderd de bepalingen van artikel 14, § 2, mogen de personen die beschikken over een leveringsvergunning voor gas in België, die rechtstreeks of onrechtstreeks door dergelijke personen worden gecontroleerd of die dergelijke personen rechtsreeks of onrechtstreeks controleren :

  36. in de beheersorganen van de netbeheerder, gezamenlijk of individueel, niet vertegenwoordigd worden door bestuurders die samen meer dan een derde van het totaal aantal toe te kennen mandaten uitoefenen;

  37. in de controle- of beheersorganen, gezamenlijk of individueel, niet beschikken over een vetorecht of een blokkage over een beslissing betreffende de opdrachten van netbeheerder.

    § 2. De gemeenten mogen het aandeel dat zij rechtstreeks of onrechtstreeks hebben in het maatschappelijk kapitaal van de netbeheerder, niet verminderen zonder toelating van de Regering.

    § 3. De privé-aandeelhouders van de netbeheerder mogen hun aandelen niet overdragen aan niet-aandeelhouders zonder...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT