Ministerieel besluit houdende goedkeuring van de regeling van de voorschotten van de 'Société wallonne du Logement' (Waalse Huisvestingsmaatschappij) (VERTALING)., de 18 mars 2004
HOOFDSTUK I. - Beginselen.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder :
-
minister : de minister bevoegd voor huisvesting;
-
"Société wallonne" : de "Société wallonne du Logement";
-
de maatschappij : de openbare huisvestingsmaatschappij, erkend door de "Société wallonne du Logement";
-
netto-opbrengst van de verkoop : het verschil tussen de verkoopprijs en het resterend bedrag van het voorschot.
Art. 2. Binnen de perken van de kredieten daartoe uitgetrokken op diens begroting en tegen de voorwaarden en op de wijze vastgesteld bij dit besluit kan de "Société wallonne" financiële middelen die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van een gedeelte of het geheel van de verrichtingen bedoeld in artikel 4 ter beschikking van de maatschappijen stellen.
Art. 3. § 1. De financiële middelen worden in de vorm van voorschotten ter beschikking van de maatschappijen gesteld.
§ 2. De voorschotten worden gefinancierd uit de thesaurie beheerd door de "Société wallonne" of via de opbrengst van de leningen die laatstgenoemde gemachtigd is uit te geven, aan te gaan of te beheren.
Art. 4. De via voorschotten financierbare verrichtingen zijn :
-
werken :
- om de woningen in een verhuurbare staat te houden;
- om comfortaanpassingen door te voeren en de buurten, de woningen van het woningenbestand van de openbare huisvestingsmaatschappijen te herwaarderen;
-
de oprichting van sociale, middelgrote, aangepaste, integratie- of transitwoningen via de aankoop, de bouw, de vernieuwbouw, de aanpassing van woningen en de herstructurering van verbeterbare gebouwen;
-
de uitrusting, de heruitrusting of de inrichting van uitrustingen van groepen woningen of verkavelingen, evenals van de buurtlokalen met een collectieve bestemming;
-
de afbraak van een onverbeterbaar gebouw om de aldus vrijgemaakte grond te bestemmen voor de bouw van woningen en, bijkomend, voor uitrustingen van gemeenschappelijk belang die volledig deel uitmaken van een groep woningen;
-
de aankoop van gronden, de sanering ervan en het geschikt maken ervan;
-
de bouw van bijgebouwen of garages;
-
de bouw of de inrichting van kantoren of lokalen bestemd voor de maatschappij;
-
de bouw of de inrichting van lokalen met een handelsbestemming voorzover zij deel uitmaken van een pand dat hoofdzakelijk voor bewoning bestemd is;
-
de aankoopprijs van panden en de kosten voor het ontstaan van zakelijke rechten betreffende de verrichtingen bedoeld onder 1° tot en met 8°;
-
het ereloon van de landmeters, architecten en ingenieurs, de projectontwerpers en de veiligheidscoördinatoren en de kosten allerhande die verband houden met de verrichtingen bedoeld onder 1° tot en met 8°;
-
de werken gemachtigd door de "Société wallonne" wegens onvoorziene omstandigheden of wegens overmacht, betreffende de verrichtingen bedoeld onder 1° tot en met 8°.
HOOFDSTUK II. - Voorwaarden voor en wijze van financiering verbonden aan de kapitaaldotatie en betreffende de oprichting van sociale woningen, het houden ervan in een verhuurbare staat, de comfortaanpassing en de herwaardering van de buurten.
Afdeling 1. - Oprichting van sociale woningen.
Art. 5. § 1. Voor de oprichting van sociale woningen worden de voorschotten verleend tegen volgende voorwaarden :
-
het bedrag van de voorschotten is gelijk aan het bedrag bepaald in de investeringsprogramma's voor het optrekken van bouwwerken, na aftrek van de geldinbreng van de maatschappij en de door haar gekregen subsidies;
-
de rentevoet bedraagt 0 %;
-
het bedrag van de terugbetaling is gelijk aan het bedrag van de voorschotten vermenigvuldigd met een coëfficiënt die afhankelijk is van de financiële draagkracht van de maatschappij, met een minimum van 100 % en een maximum van 140 % omschreven als bijlage bij het investeringsprogramma;
-
de bedragen worden in 30 annuïteiten met geometrische groei door de maatschappij terugbetaald. De ratio ervan bedraagt 2 % minimum, met een maximum van 2,5 % per jaar, afhankelijk van het opbrengstcijfer vastgesteld als bijlage bij het investeringsprogramma;
-
de eerste annuïteit is verschuldigd op 1 januari van het tweede jaar volgend op de volstorting van het krediet;
-
op de toegestane voorschotten wordt geen enkel meerkost berekend.
§ 2. Voor het jaar 2003 is de coëfficiënt bedoeld in paragraaf één van dit artikel, 3°, vastgesteld op 100 % voor de maatschappij die een herstructurering onderging in het globale programma voor de herverkaveling van de maatschappijen en die een nettoverlies van minstens 100 woningen heeft geleden.
Art. 6. In functie van hun thesaurieoverschotten kunnen de maatschappijen opgeroepen worden om deel te nemen aan de financiering van de verrichtingen ten bedrage van een bepaald percentage bepaald als bijlage bij het investeringsprogramma. Dat percentage bedraagt maximum 10 %.
Los van die financiële deelname kunnen de maatschappijen uit eigen beweging ook een bijkomende inbreng verrichten met machtiging van de "Société wallonne".
Afdeling 2. - Werken om de woningen in een verhuurbare staat te houden, comfortaanpassingen te verrichten en de wijken te herwaarderen.
Art. 7. § 1. Voor de werken om woningen in een verhuurbare staat te houden, comfortaanpassingen door te voeren en de buurten te herwaarderen worden de voorschotten verleend tegen volgende voorwaarden :
-
het bedrag van de voorschotten is gelijk aan het bedrag bepaald in de investeringsprogramma's voor het verwezenlijken van bouwwerken, na aftrek van de geldinbreng van de maatschappij en de door haar gekregen subsidies;
-
de...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI