Ministerieel besluit tot vaststelling van de voorwaarden voor de tijdelijke toelating tot vliegen van bepaalde autogiros, de 28 mai 2014

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. Autogiro : Aërodyne die zijn stijgkracht in vlucht verkrijgt door de reactiekrachten van de lucht op één of meer rotoren die vrij draaien rond een merkbare verticale as en met een maximum opstijgmassa kleiner dan 560 kg;

  2. Directeur-generaal : de Directeur-generaal van het Directoraat-generaal Luchtvaart;

  3. DGLV : het Directoraat-generaal Luchtvaart van de FOD Mobiliteit en Vervoer;

  4. Luchtwaardigheidsvoorschriften : een door de Directeur-generaal uitgevaardigd document dat werkzaamheden oplegt die aan een luchtvaartuig of aan een onderdeel ervan moeten worden uitgevoerd om opnieuw een aanvaardbaar veiligheidsniveau tot stand te brengen, indien er aanwijzingen zijn dat het veiligheidsniveau van dat luchtvaartuig of onderdeel anders in het gedrang zou kunnen komen;

  5. Vliegveld : Een bepaald gebied op het land (eventueel gebouwen, installaties en materieel omvattend) dat bestemd is om, geheel of gedeeltelijk, te worden gebruikt voor de aankomst, het vertrek en de verplaatsingen op de grond van luchtvaartuigen;

  6. ULM-terrein : vliegveld uitsluitend bestemd voor het gebruik van ultralicht gemotoriseerde vliegtuigen (ULM), ultralicht gemotoriseerde vliegtuigen van het type "delta-vleugel" (DPM) en hefschroefvliegtuigen.

    Art. 2. Dit besluit bepaalt de voorwaarden voor de tijdelijke toelating tot vliegen van autogiro's bedoeld in artikel 3 over het grondgebied van het Koninkrijk.

    Art. 3. Dit besluit is van toepassing op autogiro's die :

  7. in een lidstaat van de Europese Unie, IJsland, Liechtenstein, Noorwegen of Zwitserland zijn ingeschreven of beschikken over een door de bevoegde overheid van deze Staten afgeleverd document dat de plaats inneemt van een bewijs van inschrijving;

    En,

  8. tot het luchtverkeer zijn toegelaten door het land dat het bewijs van inschrijving of het document dat de plaats inneemt van het bewijs van inschrijving heeft afgeleverd;

    Of,

  9. in een andere Staat dan de Staten bedoeld in 1° en tot het luchtverkeer zijn toegelaten door het land dat het bewijs van inschrijving of het document dat de plaats inneemt van het bewijs van inschrijving heeft afgeleverd, indien het DGLV met de bevoegde autoriteit van de Staat die het bewijs van inschrijving heeft uitgereikt daartoe een akkoord heeft afgesloten.

    Art. 4. § 1. De Directeur-generaal bepaalt de vorm van de aanvraag tot validatie van een tijdelijke toelating tot vliegen.

    § 2. De aanvraag bevat :

  10. het ingevuld aanvraagformulier tot het bekomen van een...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT