8 MEI 2008. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende goedkeuring van de beslissing van de gemeente Schaarbeek tot volledige opheffing van het bijzonder bestemmingsplan « Huizenblok 319 » goedgekeurd bij koninklijk besluit van 13 maart 1959 en gewijzigd bij koninklijk besluit van 18 januari 1961

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering

Gelet op het Brussels Wetboek van de Ruimtelijke Ordening, inzonderheid op de artikelen 58 tot 61;

Gelet op het gewestelijk bestemmingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 3 mei 2001;

Gelet op het gewestelijk ontwikkelingsplan, goedgekeurd bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 september 2002;

Gelet op het bijzonder bestemmingsplan van de gemeente Schaarbeek (begrensd door de Kerselarenlaan, de Aimé Smekensstraat, de William Degouve de Nuncquesstraat en het Levieplein), goedgekeurd bij koninklijk besluit van 13 maart 1959 en gewijzigd bij koninklijk besluit van 18 januari 1961;

Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van 17 oktober 2007 waarbij de gemeente Schaarbeek haar goedkeuring hecht aan een ontwerpbeslissing om het bijzonder bestemmingplan van het « Huizenblok 319 » volledig op te heffen;

Gelet op het verslag dat het ontwerp vergezelt, dat de volledige opheffing van het plan verantwoordt in plaats van de wijziging ervan;

Gelet op het advies van de overlegcommissie, van 14 december 2007;

Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van 23 januari 2008, waarbij de gemeente Schaarbeek de beslissing tot volledige opheffing van het bijzonder bestemmingsplan van het « Huizenblok 319 » definitief goedkeurt;

Overwegende dat uit het bij deze beraadslaging gevoegde dossier blijkt dat de formaliteiten, voorgeschreven door de artikelen 59 en 60 van het Brussels Wetboek van de Ruimtelijke Ordening, vervuld zijn;

Overwegende dat het gewestelijk bestemmingsplan het bijzonder bestemmingsplan in typisch woongebied situeert;

Overwegende dat het bijzonder bestemmingsplan grotendeels werd gerealiseerd;

Overwegende dat het bijzonder bestemmingsplan niet strookt met de huidige stedenbouwkundige opvattingen en dat zijn voorschriften te restrictief zijn (bestemmingen) of erg ruim van opvatting (bouwprofielen);

Overwegende dat het bijzonder bestemmingsplan inzake bestemming enkel huisvesting toestaat en geen gemengde bestemming voorziet;

Overwegende dat wat de bouwprofielen en materialen betreft, het bijzonder bestemmingsplan te tolerant is en zijn toepassing zou tot een verarming van het bestaande gebouwpark bijdragen;

Overwegende bijgevolg dat het bijzonder bestemmingsplan als nadelig wordt...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT