28 MAART 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 april 2007 houdende bepaling van de regels volgens welke bepaalde ziekenhuisgegevens moeten worden medegedeeld aan de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, gecoördineerd op 10 juli 2008, artikel 92;

Gelet op het koninklijk besluit van 27 april 2007 houdende bepaling van de regels volgens welke bepaalde ziekenhuisgegevens moeten worden medegedeeld aan de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 5 oktober 2012;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 10 december 2012;

Gelet op het advies nr. 52.796/1 van de Raad van State, gegeven op 13 februari 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Volksgezondheid,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Artikel 3 van het koninklijk besluit van 27 april 2007 houdende bepaling van de regels volgens welke bepaalde ziekenhuisgegevens moeten worden medegedeeld aan de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft, wordt aangevuld met een paragraaf 3, luidende :

§ 3. De registratie van de minimale ziekenhuisgegevens heeft eveneens tot doel de opdrachten van het Observatorium voor patiëntenmobiliteit te helpen verwezenlijken, meer bepaald de opdrachten omschreven in artikel 4, § 2, 1°, 2° en 5°, van de wet van 4 juni 2007 tot wijziging van de wetgeving met het oog op de bevordering van de patiëntenmobiliteit.

.

Art. 2. Artikel 11, 3°, A, van hetzelfde besluit, wordt aangevuld met de bepaling onder i), luidende :

i) voor bepaalde verstrekkingen die door de Minister worden vastgesteld, de datum waarop contact werd opgenomen met het ziekenhuis om een afspraak voor een behandeling vast te leggen.

.

Art. 3. Artikel 11, 3°, C., van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de bepaling onder e), luidende :

e) voor de patiënten waarvoor de facturatie niet gebeurt met tussenkomst van het R.I.Z.I.V., ook de pseudocode en het bedrag dat gefactureerd werd aan de patiënt of een derde.

.

Art. 4. Artikel 12, 3°, van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT