22 FEBRUARI 2010. - Koninklijk besluit tot aanpassing van het KB/WIB 92 inzake de verzaking aan de inning van de roerende voorheffing

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Het besluit dat wij ter ondertekening voorleggen aan Uwe Majesteit heeft als hoofddoel het KB/WIB 92 aan te passen inzake de verzaking aan de inning van de roerende voorheffing.

De eerste aanpassing moet worden gedaan naar aanleiding van de ingebrekestelling nr. 2008/4307 van 26 juin 2008 via dewelke de Europese Commissie België verzoekt zijn wetgeving te wijzigen, om het behoud van een onverenigbaarheid met de artikelen 43, 48 en 56 van het verslag van 7 februari 1992 betreffende de Europese Unie en met de artikelen 31, 34 en 40 van het akkoord van 2 mei 1992 tot instelling van de Europese Economische Ruimte, te vermijden :

  1. artikel 105, 1°, b, derde streepje, KB/WIB 92, definieert onder "financiële instellingen of ermede gelijkgestelde ondernemingen, behalve die welke vóór 1 januari 1990 in vereffening zijn gesteld" de ondernemingen die onder meer voldoen aan de volgende voorwaarde :

    - en waarvan de aandelen zijn genoteerd op een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 264, eerste lid, 2°bis van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 of die voor ten minste 50 pct., rechtstreeks of onrechtstreeks in het bezit zijn van een vennootschap die aan de vennootschapsbelasting of aan een gelijkaardige buitenlandse belasting is onderworpen, die niet geniet van een belastingregeling die afwijkt van het gemeen recht of van een aanzienlijk gunstigere regeling dan de Belgische vennootschapsbelasting, en waarvan de aandelen genoteerd zijn op een gereglementeerde markt als bedoeld in hetzelfde artikel.

    ;

  2. de definitie van de belastingregeling voor de fiscale paradijzen voorzien in die laatste voorwaarde is identiek aan deze die vastgelegd is in artikel 203, § 1, tweede lid, WIB 92;

  3. de uitsluiting van de fiscale paradijzen die is bepaald in die laatste voorwaarde zou niet van toepassing mogen zijn op de landen van de Europese Economische Ruimte;

  4. die definitie en die uitsluiting moeten derhalve worden vastgelegd door de toevoeging van een zin aan het artikel 105, 1°, b, derde streepje, KB/WIB 92, vanaf de datum van bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad.

  5. artikel 1 vult derhalve artikel 105, eerste lid, 1°, b, derde streepje van het KB/WIB 92 aan door te verduidelijken dat voor de toepassing van het eerste lid, derde streepje, de beschrijving van artikel 203, § 1, tweede lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 van kracht is en dat de gemeenrechtelijke bepalingen inzake...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT