5 JULI 2000. - Decreet houdende de regeling inzake verlof en disponibiliteit wegens ziekte of invaliditeit van sommige personeelsleden uit het onderwijs (1)

De Raad van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen wat volgt :

HOOFDSTUK I. - Algemeen

Artikel 1. Dit decreet is van toepassing op de personeelsleden die zijn bedoeld in :

  1. het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch onderwijs, onderwijs voor sociale promotie en kunstonderwijs van de Staat, alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen;

  2. het decreet van 1 februari 1993 houdende het statuut van de gesubsidieerde personeelsleden van het gesubsidieerd vrij onderwijs;

  3. het decreet van 6 juni 1994 houdende het statuut van de gesubsidieerde personeelsleden van het gesubsidieerd officieel onderwijs;

  4. het koninklijk besluit van 15 mei 1928 betreffende het inspectiereglement voor het lager onderwijs;

  5. het koninklijk besluit van 27 juli 1979 houdende het statuut van het technisch personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de Franse Gemeenschap, van de psycho-medisch-sociale centra voor het buitengewoon onderwijs van de Franse Gemeenschap alsook van de inspectiediensten belast met toezicht op de psycho-medisch-sociale centra en de psycho-medisch-sociale centra voor het buitengewoon onderwijs;

  6. het koninklijk besluit van 25 oktober 1971 tot vaststelling van het statuut van de leermeesters, de leraars en de inspecteurs [katholieke, protestantse, Israëlitische, orthodoxe en islamitische godsdienst] godsdienst der inrichtingen van de Franse Gemeenschap;

  7. de wet van 7 juli 1970 betreffende de algemene structuur van het hoger onderwijs;

  8. het decreet van 24 juli 1997 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de Hogescholen die zijn ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap.

Art. 2. Voor de toepassing van dit decreet, dient te worden verstaan onder :

schoolperiode

: de periode gaande van 1 september tot en met 31 augustus van het volgend jaar en, wat betreft de Hogescholen die zijn ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, de periode gaande van 15 september tot en met 14 september van het volgend jaar;

werkdagen

: de schooldagen en, wat de psycho-medisch-sociale centra betreft, de werkdagen.

Art. 3. Het personeelslid dat afwezig is wegens ziekte of invaliditeit wordt onder het toezicht geplaatst van de administratieve gezondheidsdienst die zijn eventuele ongeschiktheid vaststelt en van het orgaan dat van de Franse Gemeenschapsregering de afwezigheden wegens ziekte of invaliditeit moet controleren.

Art. 4. Het personeelslid wiens afwezigheid te wijten is aan een ongeval veroorzaakt door een derde, krijgt zijn laatste wedde in actieve dienst of zijn wachtgeld op voorwaarde dat de Franse Gemeenschap in zijn rechten wordt gesteld tegen de dader van het ongeval ten belope van de door de Franse Gemeenschap gestorte bedragen.

De afwezigheidsdagen die worden gedekt door een vergoeding gestort door een derde aan de Franse Gemeenschap worden niet meegeteld bij de berekening van het aantal dagen ziekte- of invaliditeitsverlof waarvan het personeelslid krachtens dit decreet geniet.

Art. 5. Tot zeven weken vóór de vermoedelijke bevallingsdatum worden de afwezigheidsdagen die rechtstreeks verband houden met de zwangerschapstoestand van het personeelslid niet in aanmerking genomen bij de berekening van het aantal dagen ziekte- of invaliditeitsverlof waarvan het personeelslid krachtens dit decreet geniet, wanneer een controle verricht door een orgaan dat door de Franse Gemeenschapsregering de afwezigheid wegens ziekte of invaliditeit moet controleren, bevestigt dat deze afwezigheid te wijten is aan de zwangerschapstoestand van het personeelslid.

De in het eerste lid bedoelde afwezigheidsperioden zijn bezoldigd en zijn gelijkgesteld met actieve dienst.

HOOFDSTUK II. - Het stelsel dat van toepassing is op het personeel dat is benoemd of aangeworven in vast verband of toegelaten tot de stage

AFDELING 1. - Algemeen

Art. 6. De in artikel 1 bedoelde personeelsleden die zijn benoemd of aangeworven in vast verband of tot een stage toegelaten, genieten van de regeling inzake verlof en disponibiliteit wegens ziekte of invaliditeit bepaald in dit hoofdstuk.

...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT