22 MAART 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 houdende de vaststelling van de verkiezingsprocedure van de leden van de Adviesraad van de magistratuur en van de vertegenwoordigers van de plaatsvervangende magistraten, de rechters in handelszaken, de rechters en raadsheren in sociale zaken

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 8 maart 1999 tot instelling van een Adviesraad van de magistratuur, inzonderheid op artikel 3, gewijzigd bij de wet van 13 maart 2001, en artikel 7;

Gelet op het koninklijk besluit van 13 juni 1999 houdende de vaststelling van de verkiezingsprocedure van de leden van de Adviesraad van de magistratuur en van de vertegenwoordigers van de plaatsvervangende magistraten, de rechters in handelszaken, de rechters en raadsheren in sociale zaken;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 november 2001;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 28 november 2001;

Gelet op het besluit van de Ministerraad van 11 januari 2002 over het verzoek aan de Raad van State om advies te geven binnen een termijn van één maand;

Gelet op het advies 32.923/2 van de Raad van State, gegeven op 25 februari 2002 met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Het opschrift van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 houdende de vaststelling van de verkiezingsprocedure van de leden van de Adviesraad van de magistratuur en van de vertegenwoordigers van de plaatsvervangende magistraten, de rechters in handelszaken, de rechters en raadsheren in sociale zaken, wordt vervangen als volgt :

Koninklijk besluit houdende de vaststelling van de verkiezingsprocedure van de leden van de Adviesraad van de magistratuur.

Art. 2. In artikel 1, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt een 5°bis ingevoegd luidende :

5°bis. de tweede oproep : de bekendmaking van een bijkomende oproep tot de kandidaten voor de Adviesraad in het Belgisch Staatsblad nadat het bureau van de Adviesraad heeft vastgesteld dat er onvoldoende geldige kandidaatstellingen zijn om de Adviesraad samen te stellen.

Art. 3. In artikel 2 van hetzelfde besluit, worden de woorden « en van de vertegenwoordigers van de plaatsvervangende magistraten, de rechters in handelszaken, de rechters en raadsheren in sociale zaken », geschrapt.

Art. 4. In artikel 11 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. In het eerste lid worden de woorden « of 2 » geschrapt.

  2. Het tweede lid, derde streepje, wordt aangevuld met de woorden « en de rechters in de politierechtbank ».

Art. 5. In artikel 12 van hetzelfde besluit worden de woorden « artikelen 16 en 35 » vervangen door de woorden « artikel 16 ».

Art. 6. In hetzelfde besluit wordt een nieuw hoofdstuk ingevoegd luidende :

HOOFDSTUK IIIbis. - Tweede oproep

Art. 12bis. Wordt bij de definitieve afsluiting van de kandidatenlijsten, overeenkomstig artikel 9, § 1, eerste lid, vastgesteld dat er onvoldoende geldige kandidaatstellingen zijn om de Adviesraad samen te stellen zoals bepaald in artikel...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT