5 JUNI 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de procedures voor woonzorgvoorzieningen en verenigingen van gebruikers en mantelzorgers

De Vlaamse Regering,

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;

Gelet op het decreet van 22 februari 1995 tot regeling van niet fiscale schuldvorderingen voor de Vlaamse Gemeenschap en de instellingen die eronder ressorteren, artikel 2;

Gelet op het woonzorgdecreet van 13 maart 2009, artikel 48, eerste en derde lid, artikel 57, eerste lid, artikel 58, § 1, artikel 65, tweede lid, artikel 66, § 2, tweede lid, artikel 73, 74, tweede en derde lid, artikel 77, vierde en zevende lid, en artikel 87;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 1985 tot vaststelling van de rechtspleging voor erkenning en sluiting van serviceflatgebouwen, woningcomplexen met dienstverlening en rusthuizen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 17 april 1991, 18 december 1998, 28 januari 2000, 7 juni 2002, 9 januari 2004, 14 juli 2004, 31 maart 2006 en 12 januari 2007;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 6 april 2009;

Gelet op advies 46.516/3 van de Raad van State, gegeven op 19 mei 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

Na beraadslaging,

Besluit :

HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder :

  1. administrateur-generaal : het hoofd van het agentschap;

  2. adviescommissie : de Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, vermeld in artikel 12 van het decreet van 7 december 2007 houdende de oprichting van de Strategische Adviesraad voor het Vlaamse Welzijns-, Gezondheids- en Gezinsbeleid en van de Adviescommissie voor Voorzieningen van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin;

  3. agentschap : het intern verzelfstandigd agentschap Zorg en Gezondheid, opgericht bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 mei 2004;

  4. beheersinstantie : de persoon of de personen die een voorziening of vereniging vertegenwoordigen en die voorziening of vereniging juridisch kunnen binden;

  5. initiatiefnemer : overeenkomstig artikel 2, 13°, van het woonzorgdecreet van 13 maart 2009, de natuurlijke persoon of rechtspersoon die een voorziening of vereniging uitbaat of zal uitbaten;

  6. minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, of de Vlaamse minister, bevoegd voor het gezondheidsbeleid;

  7. opnamemogelijkheid : hetzij een woongelegenheid in een woonzorgcentrum of een centrum voor kortverblijf, hetzij een verblijfseenheid in een dagverzorgingscentrum of een centrum voor herstelverblijf;

  8. ouderenvoorziening : een dagverzorgingscentrum, een centrum voor kortverblijf of een woonzorgcentrum;

  9. thuiszorgvoorziening : een dienst voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg, een dienst voor logistieke hulp, een dienst voor oppashulp, een dienst voor thuisverpleging, een dienst maatschappelijk werk van het ziekenfonds, een lokaal dienstencentrum, een regionaal dienstencentrum, een dienst voor gastopvang of een centrum voor herstelverblijf;

  10. vereniging : overeenkomstig artikel 2, 22°, van het woonzorgdecreet van 13 maart 2009, een vereniging van gebruikers en mantelzorgers;

  11. voorziening : overeenkomstig artikel 2, 12°, van het woonzorgdecreet van 13 maart 2009, een thuiszorgvoorziening of een ouderenvoorziening.

    HOOFDSTUK II. - Erkenningsprocedures

    Art. 2. Voorzieningen en verenigingen worden voor onbepaalde duur erkend.

    Art. 3. Een voorziening of vereniging kan worden erkend als de beheersinstantie hiervoor aangetekend of tegen ontvangstbewijs bij het agentschap een ontvankelijke aanvraag tot erkenning indient.

    Art. 4. § 1. Een aanvraag voor de erkenning van een ouderenvoorziening, een lokaal dienstencentrum, een regionaal dienstencentrum of een centrum voor herstelverblijf is alleen ontvankelijk als ze de volgende gegevens en stukken bevat :

  12. een aanvraagformulier dat door het agentschap ter beschikking gesteld wordt. Dat formulier bevat de volgende gegevens :

    1. de identiteitsgegevens van de initiatiefnemer en van de voorziening;

    2. afhankelijk van de soort voorziening, ofwel het aantal opnamemogelijkheden waarvoor de erkenning wordt aangevraagd, ofwel de omschrijving van het werkgebied of de regio van de voorziening;

    3. de naam en de kwalificatie van de directeur of de coördinator van de voorziening;

    4. voor de lokale en regionale dienstencentra, een omschrijving op welke wijze de voorziening aan de erkenningsvoorwaarden voldoet op het ogenblik van de aanvraag;

  13. een plan dat, per bouwlaag, de verschillende lokalen aanduidt, alsook hun afmetingen en hun bestemming;

  14. als de initiatiefnemer een rechtspersoon is, met uitzondering van openbare besturen : de statuten en eventuele wijzigingen ervan;

  15. de rechtsgeldige beslissing om de erkenning aan te vragen en de voorziening uit te baten;

  16. een nominatieve lijst van al de medewerkers, met vermelding van hun wekelijkse arbeidsduur en kwalificatie, geordend per functie, en met aanduiding van de medewerkers die langdurig afwezig zijn;

  17. het bewijs dat de voorziening aan de toepasselijke brandveiligheidsreglementering voldoet;

  18. voor de ouderenvoorzieningen en de centra voor herstelverblijf, een verbintenis om binnen een termijn van een jaar na de datum van de erkenningsbeslissing, te voldoen aan de bepalingen over de kwaliteit van de gezondheids- en welzijnsvoorzieningen;

  19. voor de lokale en regionale dienstencentra, een verbintenis om, binnen een termijn van een jaar na de datum van de erkenningsbeslissing, aan alle erkenningsvoorwaarden te voldoen. Als de voorziening op het ogenblik van de aanvraag niet voldoet aan de specifieke erkenningsvoorwaarden die voor dat type van voorziening zijn bepaald ter uitvoering van artikel 48, tweede lid, van het woonzorgdecreet van 13 maart 2009, moet een beknopt en realistisch stappenplan ingediend worden, waaruit blijkt op welke wijze, in welke fasen en met welke middelen de voorziening binnen de termijn die gesteld wordt, aan die voorwaarden zal voldoen;

  20. voor de lokale en regionale dienstencentra, de samenwerkingsovereenkomsten met relevante welzijns- en gezondheidsvoorzieningen uit de regio.

    § 2. Een aanvraag voor de erkenning van een dienst voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg, een dienst voor logistieke hulp, een dienst voor oppashulp, een dienst voor thuisverpleging, een dienst maatschappelijk werk van het ziekenfonds, een dienst voor gastopvang of een vereniging is alleen ontvankelijk als ze de volgende gegevens en stukken bevat :

  21. een aanvraagformulier dat door het agentschap ter beschikking gesteld wordt. Dat formulier bevat de volgende gegevens :

    1. de identiteitsgegevens van de initiatiefnemer en van de voorziening of de vereniging;

    2. de omschrijving van het werkgebied of de regio van de voorziening;

    3. een toelichting waarom de initiatiefnemer een voorziening of vereniging wil uitbaten;

    4. de naam en de kwalificatie van de directeur of de coördinator van de voorziening;

    5. een omschrijving op welke wijze de voorziening of de vereniging aan de erkenningsvoorwaarden voldoet op het ogenblik van de aanvraag;

  22. als de initiatiefnemer een rechtspersoon is, met uitzondering van openbare besturen : de statuten en eventuele wijzigingen ervan;

  23. de rechtsgeldige beslissing om de erkenning aan te vragen en de voorziening of vereniging uit te baten;

  24. een nominatieve lijst van al de medewerkers, met...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT