17 DECEMBER 2012. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, gecoördineerd op 10 juli 2008, artikel 105, § 1;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen;

Gelet op het koninklijk besluit van 11 juli 2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, vernietigd, vanaf 16 september 2009, bij arrest nr. 196.106 van de Raad van State van 16 september 2009;

Gelet op het voorafgaand onderzoek met betrekking tot de noodzaak om een effectbeoordeling uit te voeren, waarin besloten wordt dat een effectbeoordeling niet vereist is;

Gelet op de advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, Afdeling Financiering, gegeven op 8 september 2011;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 13 maart 2012;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister voor Begroting, gegeven op 18 juni 2012;

Gelet op het advies 51.718/1/V van de Raad van State, gegeven op 2 augustus 2012 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. In artikel 13 van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, wordt de bepaling 1° aangevuld met de woorden « , behalve de instrumentisten van de operatieafdeling; ».

Art. 2. Artikel 15 van hetzelfde besluitworden de bepalingen onder 32° en 33° ingevoegd, luidende :

32° de middelen die worden toegekend aan de eenheden voor de behandeling van zware brandwonden teneinde de coördinatie van het zorgtraject te garanderen en de psychologische begeleiding van zwaar verbrande patiënten te ondersteunen;

33° het forfaitaire bedrag dat de kosten dekt waarvan sprake in artikel 94bis van de wet op de ziekenhuizen.

.

Art. 3. In artikel 31, § 3, van hetzelfde besluit wordt de bepalingen onder 2° ingevoegd, luidende :

2° voor de apparatuur geïnstalleerd in een dienst radiotherapie erkend overeenkomstig het koninklijk besluit van 5 april 1991 houdende vaststelling van de normen waaraan een dienst radiotherapie moet voldoen om te worden erkend als zware medisch-technische dienst zoals bedoeld in artikel 44 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, wordt de hierna vermelde financiering toegekend:

a) voor elke erkende dienst wordt op basis van de gegevens van het laatst bekende dienstjaar een aantal punten berekend zoals vermeld in artikel 49, 2° ;

b) het aantal bestralingsapparaten wordt als volgt bepaald:

- minder dan 1.125 punten: 1 bestralingsapparaat,

- van 1.125 tot 1.874 punten: 2 bestralingsapparaten,

- van 1.875 tot 2.624 punten: 3 bestralingsapparaten,

- van 2.625 tot 3.374 punten: 4 bestralingsapparaten,

- van 3.375 tot 4.124 punten: 5 bestralingsapparaten,

- van 4.125 tot 4.874 punten: 6 bestralingsapparaten

en een bijkomend toestel per aanvullende schijf van 750 punten;

c) het bestralingsapparaat wordt ten belope van 90.000 euro in rekening gebracht met dien verstande dat het apparaat in gebruik is en het een lineaire versneller is;

d) het budget is gelijk aan het aantal apparaten vermenigvuldigd met de waarde in het hierboven vermelde punt c);

e) het bedrag dat op 1 juli van elk dienstjaar wordt toegekend heeft een voorlopig karakter. Na de beëindiging van het dienstjaar, wordt het op basis van de gegevens van het beschouwde dienstjaar herzien;

f) de financiering van het apparaat wordt gedurende een periode van 10 jaar toegekend vanaf het jaar volgend op dat waarin de investering wordt verwezenlijkt.

.

Op 1 januari 2012 wordt het genoemde bedrag onder c) verlaagd met 2.150,97 euro per gefinancierde apparatuur. ».

Art. 4. In artikel 42, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1° de 4e bewerking wordt geschrapt;

2° in de '6e bewerking' worden de woorden « 4e bewerking » vervangen door de woorden « 3e bewerking »;

3° het tweede lid van de 7e bewerking wordt als volgt aangevuld :

- op 60 % van het verschil tussen het op 1 juli 2005 vastgestelde budget en het huidige in de 1e bewerking bedoelde budget, met inbegrip evenwel van het internaat.

- op 100 % van het verschil tussen het op 1 juli 2006 vastgestelde budget en het huidige in de 1e bewerking bedoelde budget, met inbegrip evenwel van het internaat.

;

4° in de '7e bewerking' worden de zin beginnend met de woorden « De volgende aanpassing » en de zin beginnend met de woorden « Niettemin » geschrapt;

5° in de '8e bewerking' worden de woorden « 4e bewerking », « 25 % » en « 1 juli 2004 » respectievelijk vervangen door de woorden « 3e bewerking », « 60 % » en « 1 juli 2005 ». »;

Art. 5. Na artikel 42 van hetzelfde besluit, wordt de titel van onderafdeling 3 vervangen door de volgende titel :

Onderafdeling 3. - Onderdeel B1 van de geïsoleerde G-diensten en van de Sp-diensten

.

Art. 6. Artikel 43 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:

Art. 43. § 1. Het budget geïsoliseerde G-diensten en van de Sp-diensten] buiten de Sp-diensten voor palliatieve zorg wordt vastgesteld op zijn waarde van 30 juni voorafgaand aan het dienstjaar waarin het budget B1 vastgesteld wordt. Voor het dienstjaar dat begint op 1 juli 2002 wordt het budget B1 berekend als volgt :

1° indien JR > Q

(B1 x Q) + [(JR - Q) x 0,25 x B1]

2° indien JR = Q

B1 x Q

3° indien JR ServiceDienstNormes- NormenPar nombre de lits justifiésPer aantal verantwoorde beddenC, D, B, L12,-30 bedden - litsE13,-30 - bedden - lits M14,-24 - bedden - - litsMIC1,5,-per bed - par litsNIC2,5,-per bed - par litsG12,-24 bedden - litsG paramedisch - paramédical1,3324 beden - litsH8,-30 bedden - litsA16,-30bedden - litsK16,-20 bedden - litsErkende functie intensieve zorg ten belope van een functie van maximum 6 bedden per ziekenhuis - Fonction agréée de soinsintensifs à raison d'une fonction de 6 lits maximum par hôpitalof - ou :C+ D+E van intensieve aard indien het ziekenhuis niet beschikt over een erkende functie intensieve zorg - C+D+E à caractère intensif si l'hôpital ne dispose pas de fonctionagréée de soins intensifs2,-per bed voor 2 % van de verantwoorde C- + D-+ E-bedden met een minimum van 6 bedden : - par lit pour 2 % des lits C+D+E justifiés avec un minimum de 6 lits per bed voor 2 % van de verantwoorde bedden C- + D- + E-bedden - par lit pour 2 % des lits justifiés C+D+ESpoedgevallendienst - Service d'urgences6,-Indien het ziekenhuis erkend is voor een functie van eerste opvang van de spoedgevallen of voor een functie van gespecialiseerde spoedgevallenzorg. - Si l'hôpital est agréé soit pour une fonction de première prise en charge des urgences, soit pour une fonction de soins urgents spécialisésDirectie nursing - Direction de nursing1,-per ziekenhuis - par hôpitalMiddenkader - Cadre intermédiaire1,-per 150 bedden - par 150 litsIB volwassenen : Dienst voor intensieve behandeling van psychiatrische patiënten - IB adultes...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT