Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, de 19 novembre 2012

Artikel 1. In artikel 26bis van het koninklijk besluit van 25 april 2002, betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, worden de bepalingen onder 4° en 5° vervangen als volgt :

" 4° op 1 januari 2012 wordt een bijkomend bedrag van 15.962.609 euro verdeeld onder de ziekenhuizen naar rata van hun aantal erkende bedden.

Voor de vaststelling van het aantal erkende bedden wordt rekening gehouden met het aantal erkende bedden, zoals dit bij de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu op het ogenblik van de berekening gekend is.

Het aldus aan elk ziekenhuis toegekende bedrag is een forfait dat het betrokken ziekenhuis in staat moet stellen om de afschrijvingslasten voor herconditioneringswerken die in 2012 voor de eerste keer afschrijfbaar zijn, te dekken.

Indien bij de jaarlijkse herziening van het budget van financiële middelen in 2012 blijkt dat de werkelijke afschrijvingslasten voor herconditioneringswerken, die in 2012 voor de eerste keer afschrijfbaar zijn, hoger liggen dan het toegekende forfait, worden de werkelijke lasten in aanmerking genomen. In dat geval worden de afschrijvingslasten voor de betrokken herconditioneringswerken op werkelijke basis gedekt tot het einde van de afschrijving van die herconditioneringswerken.

Indien daarentegen bij de jaarlijkse herziening van het budget van financiële middelen in 2012 blijkt dat de werkelijke afschrijvingslasten voor herconditioneringswerken, die in 2012 voor de eerste keer afschrijfbaar zijn, lager liggen dan het toegekende forfait, wordt het toegekende forfait behouden.

  1. vanaf 1 januari 2013 en tot 31 december 2014 wordt elk jaar aan elk ziekenhuis een forfaitair bedrag, waarvan de modaliteiten door de Koning zullen bepaald worden, toegekend teneinde de afschrijvingslasten voor herconditioneringswerken te dekken die voor de eerste keer afschrijfbaar zijn tijdens elk van de betrokken jaren.

    Indien bij de jaarlijkse herziening van het budget van financiële middelen van de betrokken jaren (2013 of 2014) blijkt dat de werkelijke afschrijvingslasten voor herconditioneringswerken, die voor de eerste keer afschrijfbaar zijn tijdens het herziene jaar, hoger liggen dan het toegekende forfait, worden de werkelijke lasten in aanmerking genomen.

    In dat geval worden de afschrijvingslasten voor de betrokken herconditioneringswerken op werkelijke basis gedekt tot het einde van de afschrijving van die herconditioneringswerken.

    Indien daarentegen bij de jaarlijkse herziening van het budget van financiële middelen van de betrokken jaren, 2013 of 2014, blijkt dat de werkelijke afschrijvingslasten voor herconditioneringswerken, die voor de eerste keer afschrijfbaar zijn tijdens het herziene jaar, lager liggen dan het toegekende forfait, wordt het toegekende forfait behouden.

  2. vanaf 1 januari 2015 worden de afschrijvingslasten voor herconditioneringswerken, die voor de eerste keer afschrijfbaar zijn tijdens het betrokken jaar, gedekt door het in punt 5° bedoelde forfait. "

    Art. 2. Artikel 29, § 2, 1°, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidende :

    " Wanneer er binnen een ziekenhuisgroep één of andere van de hierboven bedoelde activiteiten niet aanwezig is dan wordt het gedeelte van het beschikbare budget dat met die activiteit of activiteiten overeenstemt verdeeld onder de andere activiteiten van dezelfde groep, naar rato van de toegewezen bedragen. "

    Art. 3. In artikel 31, § 3, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :

    1. de bepalingen onder 1° worden aangevuld met een lid, luidende :

      " Op 1 januari 2012 wordt het hierboven genoemde bedrag verlaagd met 3.554,74 euro per gefinancierde apparatuur. ";

    2. de bepalingen onder 2° worden aangevuld met een lid, luidende :

      " Op 1 januari 2012 wordt het hierboven genoemde bedrag van punt c) verlaagd met 2.150,97 euro per gefinancierde apparatuur. ";

      Art. 4. In artikel 46 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  3. in § 2, 2° Aanvullende financiering, a), 2°, tweede lid, worden de woorden " Op 1 juli 2011 " vervangen door de woorden " Vanaf 1 juli 2011 ";

  4. in § 2, 2° Aanvullende financiering, b), 2°, wordt het laatste lid van de Nederlandstalige tekst vervangen als volgt, te rekenen vanaf 1 juli 2011 :

    " Het aldus toegekende puntenaantal wordt met een coëfficiënt aangepast tot het gelijk is aan 30 % van het in het eerste lid bedoelde aantal punten voor het hele land. ";

  5. in § 2, 2° Aanvullende financiering, b), 2°, tweede lid, worden de woorden " Op 1 juli 2011 " vervangen door de woorden " Vanaf 1 juli 2011 ";

  6. in § 2, 2° Aanvullende financiering, c), c.2) tweede berekening, tweede lid, worden de woorden " Op 1 juli 2011 " vervangen door de woorden " Vanaf 1 juli 2011 ";

  7. in § 3, worden de bepalingen onder 1° vervangen als volgt :

    " 1° voor ieder van deze activiteiten wordt, voor alle ziekenhuizen van het land, een aantal punten toegekend dat overeenstemt met een percentage van het totaal aantal punten voor alle ziekenhuizen van het land toegekend overeenkomstig § 2.

    Dit percentage wordt als volgt berekend :

    - personeel van het operatiekwartier : 11,35 %;

    - personeel van de spoedgevallendienst : 6,32 %.

    Vanaf 1 juli 2013 wordt het percentage van 6,32 % verdeeld tussen de eerste berekening en de tweede berekening bedoeld in de bepalingen onder 2°, b), en wel als volgt :

    * 90 % - 10 % 1 juli 2013,

    * 80 % - 20 % op 1 juli 2014,

    * 60 % - 40 % op 1 juli 2015,

    * 30 % - 70 % op 1 juli 2016.

    * deze bijpassing wordt vastgelegd op 100 % voor de 2de berekening op 1 juli 2017.

    - personeel van de centrale sterilisatie : 1,94 %;

    - kosten van de medische producten :

    * voor het operatiekwartier : 6,18 %;

    * voor de spoedgevallendienst : 0,53 %;

    * voor de verzorgeenheden : 7,91 %. ";

  8. in § 3, 2°, b), voor spoedgevallendienst, worden de bepalingen onder b.1), b.2) en b.3) vervangen als volgt :

    " b.1) eerste berekening :

    1. Er wordt een aantal basispunten per 100 verantwoorde bedden toegekend. Deze basispunten per 100 verantwoorde bedden zijn de volgende :

      - voor de ziekenhuizen die voldoen aan de voorwaarden gesteld in nr. 590166 van de nomenclatuur bedoeld in koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen : 3 punten;

      - voor de ziekenhuizen die voldoen aan de voorwaarden gesteld in nr. 590181, 590203 of 590225 van voormelde nomenclatuur : 5 punten.

    2. Het aantal basispunten per ziekenhuis wordt verhoogd in functie van de waarde per bezet bed van de supplementen voor de dringende...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT