22 JUNI 2011. - Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 19 december 2006 betreffende de exploitatieveiligheid van de spoorwegen, de artikelen 10 en 11, § 2, tweede lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 januari 2007 tot oprichting van een nationale veiligheidsinstantie van de spoorwegen;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 1 maart 2011;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 2 maart 2011;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 1 april 2011;

Gelet op het protocol van 29 april 2011 van het Sectorcomité VI;

Gelet op advies 49.520/4 van de Raad van State, gegeven op 11 mei 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Eerste Minister en de Staatssecretaris voor Mobiliteit en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2004/49/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake de veiligheid op de communautaire spoorwegen en tot wijziging van Richtlijn 95/18/EG van de Raad betreffende de verlening van vergunningen aan spoorwegondernemingen, en van Richtlijn 2001/14/EG inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede inzake veiligheidscertificering.

Art. 2. Voor de uitvoering en de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  1. « wet » : de wet van 19 december 2006 betreffende de exploitatieveiligheid van de spoorwegen;

  2. « Minister » : de Minister die bevoegd is voor het Spoorwegvervoer;

  3. « instantie » : de veiligheidsinstantie bedoeld in het artikel 10 van de wet;

  4. « leiding » : de leiding van de veiligheidsinstantie bedoeld in het artikel 11, § 2, tweede lid, van de wet.

Art. 3. De instantie is onafhankelijk van elke spoorwegonderneming, infrastructuurbeheerder, certificeringaanvrager of aanbestedende dienst. De instantie noemt de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit van de Spoorwegen.

De leden van de leiding mogen geen enkele band, zij het contractueel of statutair, zelfs voorlopig geschorst, hebben met welke instelling dan ook bedoeld in het eerste lid. Zij mogen niet aangewezen worden indien zij deze voorwaarde niet vervullen.

De leiding staat...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT