7 SEPTEMBER 2007. - Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal

De Vlaamse Regering,

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 20;

Gelet op het decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal, inzonderheid op de artikelen 3, 4, 6 en 7;

Gelet op het advies van de Raad voor Volksontwikkeling en Cultuurspreiding, gegeven op 2 mei 2007;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 6 juni 2007;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 12 juli 2007;

Gelet op advies 43.416/1/V van de Raad van State, gegeven op 2 augustus 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel;

Na beraadslaging,

Besluit :

HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. de administratie : de entiteit die bevoegd is voor het sociaal-cultureel volwassenenwerk;

  2. het decreet : het decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal;

  3. de commissie : de adviescommissie voor de Vlaamse Gebarentaal, vermeld in artikel 3 van het decreet;

  4. de vereniging : de vereniging, vermeld in artikel 6 van het decreet;

  5. de minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor de culturele aangelegenheden.

    HOOFDSTUK II. - De commissie

    Afdeling I. - Algemeen

    Art. 2. De commissie heeft de opdracht adviezen uit te brengen en voorstellen te formuleren in verband met alle aangelegenheden die betrekking hebben op of weerslag kunnen hebben op het gebruik van de Vlaamse Gebarentaal.

    De commissie formuleert die adviezen en voorstellen op eigen initiatief, op verzoek van het Vlaams Parlement, van de Vlaamse Regering of van zijn leden.

    Art. 3. Het huishoudelijke reglement alsook elke latere wijziging ervan, wordt eenparig door de aanwezige leden aangenomen en wordt binnen twee maanden door de minister goedgekeurd.

    Art. 4. De commissie nodigt elk lid van de Vlaamse Regering uit op haar vergaderingen. Elk lid van de Vlaamse Regering kan een vertegenwoordiger aanwijzen.

    Afdeling II. - De samenstelling

    Art. 5. De minister organiseert een openbare oproep tot kandidaatstelling. Die oproep wordt minstens bekendgemaakt via publicatie in het Belgisch Staatsblad en via specifieke kanalen van de Vlaamse Dovengemeenschap.

    In die oproep worden minstens volgende elementen opgenomen :

  6. de samenstelling van de commissie;

  7. de taken van de commissie;

  8. de wijze van kandidaatstelling;

  9. de looptijd van het mandaat;

  10. de onverenigbaarheden;

  11. de uiterste indieningsdatum van de kandidaatstelling.

    Art. 6. § 1. De minister stelt de commissie samen volgens de criteria, vermeld in artikel 3, § 3 tot en met § 5, van het decreet.

    Bij de selectie van de leden houdt de minister rekening met hun beleidsadviserende capaciteit.

    § 2. Bij de samenstelling van de commissie streeft de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT