Uittreksel uit arrest nr. 6/2021 van 21 januari 2021 Rolnummer 7030 In zake : het beroep tot vernietiging van de artikelen 108 tot 130, 232, 4°, 233, 7°, en 325, 1°

Uittreksel uit arrest nr. 6/2021 van 21 januari 2021

Rolnummer 7030

In zake : het beroep tot vernietiging van de artikelen 108 tot 130, 232, 4°, 233, 7°, en 325, 1°, van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 30 november 2017 « tot hervorming van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening en van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen en tot wijziging van aanverwante wetgevingen », ingesteld door Pierre Goblet.

Het Grondwettelijk Hof,

samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en L. Lavrysen, en de rechters T. Merckx-Van Goey, R. Leysen, M. Pâques, Y. Kherbache en T. Detienne, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter F. Daoût,

wijst na beraad het volgende arrest :

  1. Onderwerp van het beroep en rechtspleging

    Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 19 oktober 2018 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 22 oktober 2018, heeft Pierre Goblet beroep tot vernietiging ingesteld van de artikelen 108 tot 130, 232, 4°, 233, 7°, en 325, 1°, van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 30 november 2017 « tot hervorming van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening en van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen en tot wijziging van aanverwante wetgevingen » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 20 april 2018, tweede editie).

    (...)

  2. In rechte

    (...)

    Ten aanzien van het eerste middel

    B.1.1. Het eerste middel heeft betrekking op artikel 325, 1°, van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 30 november 2017 « tot hervorming van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening en van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen en tot wijziging van aanverwante wetgevingen » (hierna : de ordonnantie van 30 november 2017), dat bepaalt :

    Artikel 80, § 1, van de OMV [ordonnantie van 5 juni 1997 ' betreffende de milieuvergunningen '], wordt als volgt gewijzigd :

    1° het getal ' 67 ' wordt ingevoegd tussen het getal ' 65 ' en het getal ' 68 ';

    .

    Bij die bepaling wordt een beroep bij het Milieucollege ingevoerd tegen de beslissingen, ook al zijn zij stilzwijgend genomen, die voortvloeien uit de toepassing van artikel 67 van dezelfde ordonnantie. Bij dat artikel 67 worden, in paragraaf 1 ervan, de uitbating, de verplaatsing, de heropstarting van de uitbating, de verbouwing of de uitbreiding van inrichtingen van klasse I.C of III toegestaan na ontvangst van het ontvangstbewijs dat akte neemt van de aangifte door de aanvrager en worden, in paragraaf 2 ervan, diezelfde activiteiten verboden bij gebrek aan een ontvangstbewijs.

    B.1.2. Het middel is afgeleid uit de schending van artikel 23, derde lid, 4°, van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 9, leden 2 en 4, van het Verdrag van 25 juni 1998 « betreffende toegang tot informatie, inspraak in besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden » (hierna : het Verdrag van Aarhus), met artikel 11 van de richtlijn 2011/92/EU van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 « betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten » (hierna : de richtlijn 2011/92/EU) en met het evenredigheidsbeginsel.

    B.2.1. Om te voldoen aan de vereisten van artikel 6 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, moeten de middelen van het verzoekschrift te kennen geven welke van de regels waarvan het Hof de naleving waarborgt, zouden zijn geschonden, alsook welke de bepalingen zijn die deze regels zouden schenden, en uiteenzetten in welk opzicht die regels door de bedoelde bepalingen zouden zijn geschonden.

    B.2.2. Uit de uiteenzetting van het middel blijkt niet in welk opzicht de bestreden bepaling artikel 23, derde lid, 4°, van de Grondwet, in samenhang gelezen met de aangevoerde internationaalrechtelijke en Europeesrechtelijke normen, zou schenden. De verzoekende partij vraagt het Hof om « de grondwettigheid te bevestigen van haar interpretatie » van de bestreden bepaling, volgens welke het ontvangstbewijs « geldt als beslissing over de ontvankelijkheid van de werfmelding door de bestuurde ». Het Hof is niet bevoegd om « de grondwettigheid te bevestigen » van een interpretatie die een verzoekende partij geeft aan een ordonnantiebepaling, wanneer door die partij niet wordt uiteengezet in welk opzicht die bepaling, die anders wordt geïnterpreteerd, de aangevoerde referentienormen zou schenden.

    B.2.3. Het eerste middel is onontvankelijk.

    Ten aanzien van het tweede en het derde middel

    B.3.1. Het tweede en het derde middel zijn afgeleid uit de schending van artikel 23, derde lid, 4°, van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met, naar gelang van het geval, artikel 6 van het Verdrag van Aarhus, de artikelen 3 tot 5 van de richtlijn 2011/92/EU en de algemene beginselen van voorzorg en evenredigheid.

    B.3.2. De Brusselse Hoofdstedelijke Regering werpt een exceptie van onontvankelijkheid van die middelen op, in zoverre zij zijn afgeleid uit de schending van artikel 23, derde lid, 4°, in samenhang gelezen met het Verdrag van Aarhus en met de richtlijn 2011/92/EU. Zij doet gelden dat die bepalingen geen « onlosmakelijk geheel » vormen met artikel 23 van de Grondwet, zodat zij geen deel zouden kunnen uitmaken van de referentienormen waarvan de inachtneming enkel door het Hof kan worden getoetst indien zij in samenhang worden gelezen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.

    B.4.1. Artikel 23 van de Grondwet bepaalt :

    Ieder heeft het recht een menswaardig leven te leiden.

    Daartoe waarborgen de wet, het decreet of de in artikel 134 bedoelde regel, rekening houdend met de overeenkomstige plichten, de economische, sociale en culturele rechten, waarvan ze de voorwaarden voor de uitoefening bepalen.

    Die rechten omvatten inzonderheid :

    [...]

    4° het recht op de bescherming van een gezond leefmilieu;

    [...]

    .

    B.4.2. Artikel 23, derde lid, 4°, van de Grondwet bevat, met betrekking tot het recht op de bescherming van een gezond leefmilieu, een standstill-verplichting die eraan in de weg staat dat de bevoegde wetgever het beschermingsniveau dat wordt geboden door de van toepassing zijnde wetgeving, in aanzienlijke mate vermindert zonder dat daarvoor redenen zijn die verband houden met het algemeen belang.

    B.5.1. De in B.3.1 vermelde bepalingen bevatten verplichtingen tot de opmaak van een milieueffectbeoordeling van projecten, dan wel tot inspraak van het publiek.

    De richtlijn 2011/92/EU betreft de milieubeoordeling van plannen en programma's die aanzienlijke effecten op het milieu kunnen hebben. In de artikelen 3 tot 5 van die richtlijn worden de projecten die aan de milieueffectbeoordeling worden onderworpen, de inhoud van die beoordeling en de verplichtingen van de lidstaten in dat verband bepaald.

    Artikel 6 van het Verdrag van Aarhus legt de verplichting op om de besluiten over « specifieke activiteiten » die zijn opgesomd in bijlage I van dat Verdrag of over activiteiten « die een aanzienlijk effect op het milieu kunnen hebben », te onderwerpen aan een inspraakprocedure waarvan het bepaalde modaliteiten vastlegt. Meer bepaald dienen passende praktische of andere voorzieningen voor inspraak van het publiek te worden getroffen, binnen een transparant en eerlijk kader, na het publiek de benodigde informatie te hebben verstrekt.

    B.5.2. Het Hof is met name bevoegd om na te gaan of de ordonnantiegever de standstill-verplichting heeft geschonden die is vervat in artikel 23, derde lid, 4°, van de Grondwet, dat het recht op de bescherming van een gezond leefmilieu erkent. De mogelijkheid tot inspraak van het publiek biedt een waarborg voor de vrijwaring van het recht op de bescherming van een gezond...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT