Uittreksel uit arrest nr. 114/2020 van 24 september 2020 Rolnummers 6888

Uittreksel uit arrest nr. 114/2020 van 24 september 2020

Rolnummers 6888, 6895 en 6898

In zake : de beroepen tot gedeeltelijke vernietiging van de wet van 18 september 2017 « tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten », ingesteld door de « Ordre des barreaux francophones et germanophone », door de Orde van Vlaamse balies en door het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten en anderen.

Het Grondwettelijk Hof,

samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters J.-P. Moerman, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman, M. Pâques en Y. Kherbache, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter F. Daoût,

wijst na beraad het volgende arrest :

  1. Onderwerp van de beroepen en rechtspleging

    a. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 28 maart 2018 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 29 maart 2018, heeft de « Ordre des barreaux francophones et germanophone », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. F. Krenc, advocaat bij de balie te Brussel, beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 49 van de wet van 18 september 2017 « tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 6 oktober 2017).

    b. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 4 april 2018 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 5 april 2018, heeft de Orde van Vlaamse balies, bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. M. E. Storme, advocaat bij de balie te Gent, beroep tot vernietiging ingesteld van de artikelen 47, § 1, 2°, tweede zin, 49, tweede lid, en 52, eerste lid, van dezelfde wet.

    c. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 3 april 2018 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 6 april 2018, is beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 5 van dezelfde wet door het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten, Benoît Vanderstichelen en Bart Van Coile, bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. F. Judo en Mr. M. Vanderstraeten, advocaten bij de balie te Brussel.

    Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6888, 6895 en 6898 van de rol van het Hof, werden samengevoegd.

    (...)

  2. In rechte

    (...)

    Ten aanzien van de bestreden wet

    B.1. De wet van 18 september 2017 « tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten » (hierna : de wet van 18 september 2017) actualiseert het preventieve arsenaal inzake de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, naar aanleiding van de ontwikkelingen die zich ter zake hebben voorgedaan op Europees en internationaal niveau (Parl. St., Kamer, 2016-2017, DOC 54-2566/001, p. 5).

    De wet van 18 september 2017 strekt ertoe de richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 « inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie » (ook « vierde antiwitwasrichtlijn » genoemd, hierna : de richtlijn (EU) 2015/849) en de internationale normen van de Financiële Actiegroep (FAG) « ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en proliferatie », zoals herzien in februari 2012, in Belgisch recht om te zetten (ibid., pp. 5-24). Zij heft de wet van 11 januari 1993 « tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme » (hierna : de wet van 11 januari 1993) op en vervangt ze.

    De wet van 18 september 2017 vult de repressieve benadering van het witwassen van geld en van de financiering van terrorisme aan met preventieve maatregelen (ibid., pp. 24-25), waaraan administratieve sancties (artikelen 132 tot 135) en strafrechtelijke sancties (artikelen 136 tot 138) zijn gekoppeld.

    De aan de onderworpen entiteiten opgelegde verplichtingen inzake de voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme zijn opgenomen in de artikelen 8 tot 65 van de wet van 18 september 2017, die boek II van de wet vormen :

    De structuur van de ontwerpwet verschilt zowel van die van de wet van 11 januari 1993 als van die van Richtlijn 849/2015. Zo wordt hier voorgesteld om in een specifiek boek van de wet (Boek II) alle verplichtingen samen te brengen die door deze wet worden opgelegd aan de onderworpen entiteiten, om hen een vollediger inzicht te verschaffen in deze verplichtingen. De voorgestelde nieuwe structuur laat de onderlinge samenhang tussen deze verplichtingen bovendien beter uitkomen, alsook de intrinsieke logica van deze samenhang en van het algemeen mechanisme ter voorkoming van WG/FT, waarvan elk van deze verplichtingen een bouwsteen vormt.

    Deze nieuwe structuur onderscheidt zich tevens van die van de wet van 11 januari 1993 en die van Richtlijn 849/2015, in de mate dat zij in de eerste plaats de verplichtingen opsomt inzake organisatie en interne controle vooraleer een opsomming te geven van de operationele verplichtingen waaraan de onderworpen entiteiten moeten voldoen. De hier voorgestelde keuze heeft tot doel om duidelijker te wijzen op het primordiale belang voor de onderworpen entiteiten om te voldoen aan hun verplichtingen inzake organisatie en interne controle (Titel 1), door zich te baseren op hun algemene risicobeoordeling (Titel 2), teneinde te kunnen voldoen aan hun operationele waakzaamheidsverplichtingen met betrekking tot de cliënten en de verrichtingen (Titel 3), wat een essentiële voorwaarde is om aan hun verplichtingen inzake melding van verdachte verrichtingen te kunnen voldoen (Titel 4). Voor dit mechanisme in zijn geheel is het voorts essentieel dat ook de verplichtingen inzake bewaring en bescherming van gegevens en documenten worden nageleefd (Titel 5)

    (Parl. St., Kamer, 2016-2017, DOC 54-2566/001, p. 61).

    De wet van 18 september 2017 is in werking getreden op 16 oktober 2017.

    Ten aanzien van het onderzoek van de middelen

    B.2. Het Hof onderzoekt eerst de grieven die de toepassing betreffen van de bestreden wet op de advocaten (zaken nrs. 6888 en 6895). Het onderzoekt vervolgens de grief die de toepassing betreft van de bestreden wet op de externe accountants en op de externe belastingconsulenten (zaak nr. 6898).

    Ten aanzien van de toepassing van de bestreden wet op de advocaten (zaken nrs. 6888 en 6895)

    Wat het voorwerp van de kritiek betreft

    B.3. De verzoekende partij in de zaak nr. 6888 is van mening dat artikel 49 van de bestreden wet het beroepsgeheim van de advocaat als essentieel onderdeel van het recht op eerbiediging van het privéleven en van het recht op een eerlijk proces schendt. De verzoekende partij in de zaak nr. 6895 formuleert dezelfde grief ten aanzien van, ten eerste, artikel 47, § 1, 2°, tweede zin, van de bestreden wet, ten tweede, artikel 49, tweede lid, van de bestreden wet, in samenhang gelezen met artikel 52, eerste lid, ervan, en, ten derde, artikel 52, tweede lid, tweede zin, van de bestreden wet.

    Wat de bestreden en de daarmee verbonden bepalingen betreft

    B.4.1. Artikel 5, § 1, 28°, van de bestreden wet bepaalt :

    § 1. De bepalingen van deze wet zijn van toepassing op de volgende onderworpen entiteiten, handelend in het kader van hun beroepsactiviteiten :

    [...]

    28° de advocaten :

    a) wanneer zij hun cliënt bijstaan bij het voorbereiden of uitvoeren van verrichtingen in verband met :

    i) de aan- en verkoop van onroerend goed of bedrijven;

    ii) het beheren van diens geld, waardepapieren of andere activa;

    iii) de opening of het beheer van bank-, spaar- of effectenrekeningen;

    iv) het organiseren van de inbreng die nodig is voor de oprichting, de exploitatie of het beheer van vennootschappen;

    v) de oprichting, de exploitatie of het beheer van fiducieën of trusts, vennootschappen, stichtingen of soortgelijke structuren;

    b) of wanneer zij optreden in naam en voor rekening van hun cliënt in enigerlei financiële verrichtingen of verrichtingen in onroerend goed;

    .

    B.4.2. Artikel 9 van dezelfde wet bepaalt :

    § 1. De onderworpen entiteiten die rechtspersonen zijn, wijzen, onder de leden van hun wettelijk bestuursorgaan of, in voorkomend geval, van hun effectieve leiding, de verantwoordelijke persoon aan, op het hoogste niveau, om te waken over de toepassing en de naleving van de bepalingen van deze wet en de besluiten en reglementen genomen ter uitvoering ervan en, in voorkomend geval, van de bestuursrechtelijke beslissingen genomen op grond van deze bepalingen, van de Europese verordening betreffende geldovermakingen en van de beperkende maatregelen bedoeld in artikel 8, § 1, 3°.

    Wanneer de onderworpen entiteit een natuurlijke persoon is, worden de in het eerste lid bedoelde functies door die persoon uitgeoefend.

    § 2. Onverminderd paragraaf 3, wijzen de onderworpen entiteiten daarnaast binnen hun entiteit één of meerdere personen aan die belast zijn met het toezicht op de tenuitvoerlegging van de gedragslijnen, procedures en internecontrolemaatregelen bedoeld in artikel 8, met de analyse van de atypische verrichtingen en met de opstelling van de desbetreffende schriftelijke verslagen overeenkomstig de artikelen 45 en 46 teneinde er zo nodig een passend gevolg aan te geven krachtens artikel 47, en met de mededeling van de informatie bedoeld in artikel 54. Deze personen zorgen bovendien voor de sensibilisering en de opleiding van het personeel en, in voorkomend geval, van de agenten en distributeurs overeenkomstig artikel 11.

    Als de onderworpen entiteit een rechtspersoon is, wordt of worden de in het eerste lid bedoelde persoon of personen aangewezen door haar wettelijk bestuursorgaan of haar effectieve...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT