Uittreksel uit arrest nr. 155/2020 van 26 november 2020 Rolnummer 6708 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 12 van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 23

Uittreksel uit arrest nr. 155/2020 van 26 november 2020

Rolnummer 6708

In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 12 van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 23 december 2016 « betreffende de gewestbelasting op de inrichtingen van toeristisch logies », ingesteld door de vennootschap naar Iers recht « Airbnb Ireland UC, Private Unlimited Company ».

Het Grondwettelijk Hof,

samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en L. Lavrysen, en de rechters T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman, M. Pâques, Y. Kherbache en T. Detienne, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter F. Daoût,

wijst na beraad het volgende arrest :

  1. Onderwerp van het beroep en rechtspleging

    Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 6 juli 2017 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 10 juli 2017, heeft de vennootschap naar Iers recht « Airbnb Ireland UC, Private Unlimited Company », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. D. Van Liedekerke, Mr. A. Laes en Mr. M. Van Lierde, advocaten bij de balie te Brussel, beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 12 van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 23 december 2016 « betreffende de gewestbelasting op de inrichtingen van toeristisch logies » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 6 januari 2017).

    (...)

  2. In rechte

    (...)

    Ten aanzien van de bestreden bepaling en de context ervan

    B.1.1. De vennootschap naar Iers recht « Airbnb Ireland UC », die is gevestigd in Dublin (Ierland), verzoekende partij, vordert de vernietiging van artikel 12 van de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 23 december 2016 « betreffende de gewestbelasting op de inrichtingen van toeristisch logies » (hierna : de ordonnantie van 23 december 2016), dat bepaalt :

    De tussenpersonen moeten voor de inrichtingen van toeristisch logies die gelegen zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest waarvoor ze bemiddelen of promotie maken, op schriftelijk verzoek, de gegevens van de exploitant en de adresgegevens van de inrichtingen van toeristisch logies, alsook het aantal overnachtingen en het aantal tijdens het voorbije jaar geëxploiteerde eenheden van logies, meedelen aan de door de regering aangeduide ambtenaren.

    Een administratieve geldboete van 10.000 euro kan worden opgelegd aan de tussenpersoon die geen gevolg geeft aan het schriftelijke verzoek, vermeld in het vorige lid

    .

    B.1.2. Volgens artikel 2 van de ordonnantie van 23 december 2016 :

    Voor de toepassing van deze ordonnantie wordt verstaan onder :

    1° toerist : elke persoon die in het kader van zijn privé- of beroepsactiviteiten minstens één nacht verblijft in een andere dan zijn gebruikelijke omgeving zonder er zijn woonplaats te vestigen, voor zover hij bij aanvang van zijn verblijf niet de intentie heeft om er meer dan 90 dagen ononderbroken te verblijven;

    2° inrichting van toeristisch logies : elk op regelmatige basis of occasioneel aan toeristen tegen betaling aangeboden logies voor één of meer nachten;

    [...]

    4° logies op het domicilie : de inrichting van toeristisch logies die maximaal 5 eenheden van logies aan toeristen aanbiedt en die wordt geëxploiteerd in het onroerend goed waarin de exploitant gedomicilieerd is;

    5° eenheid van logies :

    - voor alle inrichtingen van toeristisch logies, met uitzondering van kampeerterreinen : een slaapkamer of een ruimte die daartoe werd ingericht;

    [...]

    6° exploitant : elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een inrichting van toeristisch logies exploiteert of voor wiens rekening dergelijke inrichting wordt geëxploiteerd;

    [...]

    8° tussenpersoon : elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die op eender welke wijze tegen betaling bemiddelt bij het aanbieden van een eenheid van logies op de toeristische markt, promotie maakt voor een inrichting van toeristisch logies of diensten aanbiedt via dewelke exploitanten en toeristen rechtstreeks met elkaar in contact kunnen treden

    .

    B.2. In het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest wordt de exploitatie van een toeristisch logies voor wat het materieel recht betreft geregeld bij de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest van 8 mei 2014 « betreffende het toeristische logies » en, op fiscaal vlak, bij de ordonnantie van 23 december 2016.

    Wat betreft de gewestbelasting

    B.3.1. Bij de ordonnantie van 23 december 2016 wordt een gewestbelasting op de inrichtingen van toeristisch logies ingevoerd, teneinde de toeristische sector te laten bijdragen tot de financiële lasten die worden veroorzaakt door het toerisme en teneinde de belastingen op de inrichtingen van toeristisch logies van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest te harmoniseren (Parl. St., Brussels Hoofdstedelijk Parlement, 2016-2017, nr. A-445/1, pp. 1-2). De gewestbelasting is bestemd om « de gemeentebelasting op de hotels of de inrichtingen die hotelactiviteiten uitoefenen [te] vervangen door één gewestbelasting, zonder afbreuk te doen aan de autonomie van de gemeenten » (Parl. St., Brussels Hoofdstedelijk Parlement, 2016-2017, nr. A-445/2, p. 3).

    De « logies op het domicilie » zijn opgenomen onder de inrichtingen van toeristisch logies die aan de gewestbelasting zijn onderworpen (artikelen 2, 4° en 6°, en 4 van de ordonnantie van 23 december 2016) teneinde de fiscale ontvangsten van het Gewest te verhogen en een eerlijke mededinging en een gelijke behandeling van alle spelers uit de toeristische sector te verzekeren (Parl. St., Brussels Hoofdstedelijk Parlement, 2016-2017, nr. A-445/1, p. 5; nr. A-445/2, pp. 3-4; Integraal verslag, nr. 15, p. 8).

    B.3.2. De gewestbelasting is verschuldigd door de exploitant van de inrichting van toeristisch logies of, wanneer die insolvabel of niet bekend is, door de eigenaar van het onroerend goed (artikel 4 van de ordonnantie van 23 december 2016).

    Zij wordt berekend door een basisbedrag per eenheid van logies te vermenigvuldigen met het aantal nachten dat de toeristen erin doorbrachten (artikel 3, § 1). Er wordt in een verminderd basisbedrag voorzien voor kampeerterreinen en voor « logies op het domicilie » (artikel 3, §§ 2 en 3).

    Het betreft een forfaitaire belasting per nacht bezetting. Het aantal toeristen die de eenheid van logies bezetten en de werkelijke bezetting van « meerdere eenheden van logies die een geheel vormen dat bestemd is om in zijn geheel te worden verhuurd », hebben geen weerslag op de berekening van de belasting (artikel 3, § 1, tweede lid, en artikel 3, § 3, derde lid; Parl. St., Brussels Hoofdstedelijk Parlement, 2016-2017, nr. A-445/1, pp. 3-5; nr. A-445/2, pp. 3, 4 en 9).

    B.3.3. De belastingplichtigen moeten, binnen de 31 dagen, de door de Regering aangewezen ambtenaar in kennis stellen van de opening van een nieuwe inrichting van toeristisch logies of van de exploitatie van een dergelijke inrichting op 1 februari 2017 (artikel 6, § § 1 en 2), op straffe van een administratieve boete van 1 000 euro per eenheid van logies (artikel 6, § 3). Zij dienen bovendien een maandelijkse aangifte in te dienen bij de administratie (artikel 7). Die maandelijkse aangifte kan worden rechtgezet door de bevoegde ambtenaren in geval van vergissingen of onvolledigheden (artikel 8). Wanneer de belastingplichtige de maandelijkse aangifte niet binnen de termijnen heeft ingediend, gaan de bevoegde ambtenaren ambtshalve over tot de heffing van de belasting (artikel 9, § 1, 1°). Op basis van de gegevens die in de aangifte zijn vervat, stellen zij de belastingplichtigen een vraag om voorafbetaling ter beschikking (artikel 10, § 1). Bij niet-tijdige betaling wordt de belasting verhoogd met 2 % van het verschuldigde bedrag (artikel 10, § 2).

    B.3.4. Het staat de gemeenten van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest vrij om opcentiemen te heffen op de gewestbelasting (artikel 13, § 1). In dat geval staat de gewestelijke fiscale administratie in voor de heffing, de inkohiering, de inning en de invordering van die opcentiemen, onder bepaalde voorwaarden (artikel 13, § 2).

    Wat betreft de informatieplicht van de tussenpersonen

    B.4. De tussenpersonen zijn noch de gewestbelasting verschuldigd, noch belast met de inning ervan. Krachtens de bestreden bepaling worden zij daarentegen onderworpen aan een informatieplicht, op verzoek van de fiscale administratie.

    Artikel 12, eerste lid, van de ordonnantie van 23 december 2016 bepaalt dat de tussenpersonen voor de inrichtingen van toeristisch logies die gelegen zijn in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest waarvoor zij bemiddelen of promotie maken, de volgende informatie moeten meedelen aan de fiscale administratie, op schriftelijk verzoek van die laatste : (i) de gegevens van de exploitant, (ii) de adresgegevens van de inrichtingen van toeristisch logies en (iii) het aantal overnachtingen en het aantal tijdens het voorbije jaar geëxploiteerde eenheden van logies.

    De tussenpersoon die geen gevolg geeft aan het verzoek om informatie, is strafbaar met een administratieve geldboete van 10 000 euro (artikel 12, tweede lid, van dezelfde ordonnantie).

    De tussenpersoon aan wie een geldboete wordt opgelegd, kan een bezwaar indienen, overeenkomstig artikel 11, § 3, van dezelfde ordonnantie.

    B.5. Luidens artikel 2, 8°, van dezelfde ordonnantie is de tussenpersoon « elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die op eender welke wijze tegen betaling bemiddelt bij het aanbieden van een eenheid van logies op de toeristische markt, promotie maakt voor een inrichting van toeristisch logies of diensten aanbiedt via dewelke exploitanten en toeristen rechtstreeks met elkaar in contact kunnen treden ».

    Uit de parlementaire voorbereiding blijkt dat de door de betwiste informatieplicht beoogde tussenpersonen voornamelijk de elektronische platformen zijn die actief zijn in de sector van het toeristisch logies, zoals de platformen Airbnb en Booking.com (Parl. St., Brussels Hoofdstedelijk Parlement, 2016-2017, nr. A-445/2, pp. 4, 6, 8 tot 11; I.V., nr. 15, pp. 12, 14, 16, 18 en 19).

    B.6. Tijdens de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT