Uittreksel uit arrest nr. 32/2017 van 9 maart 2017 Rolnummer 6389 In zake : het beroep tot vernietiging van de wet van 16 december 2015 tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende

Uittreksel uit arrest nr. 32/2017 van 9 maart 2017

Rolnummer 6389

In zake : het beroep tot vernietiging van de wet van 16 december 2015 tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden, ingesteld door E.M.

Het Grondwettelijk Hof,

samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, F. Daoût en T. Giet, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels,

wijst na beraad het volgende arrest :

  1. Onderwerp van het beroep en rechtspleging

    Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 29 maart 2016 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 31 maart 2016, is beroep tot vernietiging ingesteld van de wet van 16 december 2015 tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 31 december 2015) door E.M.

    Bij hetzelfde verzoekschrift vordert de verzoekende partij eveneens de schorsing van dezelfde wet, alsook de ambtshalve aanstelling van een advocaat, overeenkomstig artikel 75, eerste lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof. Deze vraag tot ambtshalve aanstelling van een advocaat is verworpen door het Hof bij beschikking van 20 april 2016. Bij het arrest nr. 98/2016 van 16 juni 2016, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 12 augustus 2016, heeft het Hof de vordering tot schorsing verworpen.

    (...)

  2. In rechte

    (...)

    B.1. Artikel 2 van de wet van 16 december 2015 tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden bepaalt :

    De wet regelt de verplichtingen van de Belgische financiële instellingen en van de FOD Financiën met betrekking tot de inlichtingen die aan een bevoegde autoriteit van een ander rechtsgebied moeten medegedeeld worden in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen die georganiseerd is overeenkomstig richtlijn 2014/107/EU van de Raad van 9 december 2014 tot wijziging van richtlijn 2011/16/EU betreffende de verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied, de Gezamenlijke overeenkomst tussen de Raad van Europa en de OESO van 25 januari 1988 inzake wederzijdse administratieve bijstand in fiscale aangelegenheden (hierna de multilaterale overeenkomst genoemd), een bilaterale overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen, of een bilateraal verdrag inzake de uitwisseling van fiscale inlichtingen, teneinde de naleving van de internationale fiscale verplichtingen te verbeteren

    .

    De voormelde wet is aangenomen teneinde de Belgische belastingadministratie in staat te stellen de gegevens te verkrijgen die zij aan een buitenlandse belastingadministratie moet meedelen overeenkomstig onder andere de richtlijn 2014/107/EU van de Raad van 9 december 2014 « tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied », de Gezamenlijke overeenkomst tussen de Raad van Europa en de OESO van 25 januari 1988 inzake wederzijdse administratieve bijstand in fiscale aangelegenheden en het bilaterale FATCA-akkoord.

    België heeft inderdaad het « Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika tot verbetering van de internationale naleving van de belastingvoorschriften en tot tenuitvoerlegging van ' FATCA ' » op 23 april 2014 ondertekend en het « Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika, gedaan te Brussel op 29 en 30 september 2015 ter aanvulling van het Akkoord tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Verenigde Staten van Amerika tot verbetering van de internationale naleving van de belastingvoorschriften en tot tenuitvoerlegging van ' FATCA ' » ondertekend. Dat akkoord vermeldt de gegevens die moeten worden verkregen en uitgewisseld, tussen België en de Verenigde Staten alsook het tijdschema en de praktische voorwaarden voor de uitwisseling.

    B.2. Uit de uiteenzetting van de middelen blijkt dat het beroep tot vernietiging alleen betrekking heeft op de artikelen 5, 8, §§ 2 en 4, 12, §§ 1, 3 en 4, 15, 16 en 19, en op punt A van deel I van bijlage II van de voormelde wet.

    Ten aanzien van de ontvankelijkheid van het beroep

    B.3. De Grondwet en de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof vereisen dat elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een beroep tot vernietiging instelt, doet blijken van een belang. Van het vereiste belang doen slechts blijken de personen wier situatie door de bestreden bepalingen rechtstreeks en ongunstig zou kunnen worden geraakt.

    B.4.1. De verzoekende partij, die in België verblijft, heeft de dubbele Belgische en Amerikaanse...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT