Uittreksel uit arrest nr. 57/2016 van 28 april 2016 Rolnummers : 6131 en 6135 In zake : de beroepen tot gehele of gedeeltelijke vernietiging van het decreet van het Vlaamse Gewest van 9 mei 2014 tot

Uittreksel uit arrest nr. 57/2016 van 28 april 2016

Rolnummers : 6131 en 6135

In zake : de beroepen tot gehele of gedeeltelijke vernietiging van het decreet van het Vlaamse Gewest van 9 mei 2014 tot wijziging van de regelgeving inzake natuur en bos, ingesteld door de lv « Alaerts-Jordens » en anderen en door Eddy Passchyn en de lv « Safacop-Coppin Fabienne ».

Het Grondwettelijk Hof,

samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de rechters A. Alen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot,

wijst na beraad het volgende arrest :

  1. Onderwerp van de beroepen en rechtspleging

    1. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 3 januari 2015 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 5 januari 2015, is beroep tot gehele of gedeeltelijke vernietiging ingesteld van het decreet van het Vlaamse Gewest van 9 mei 2014 tot wijziging van de regelgeving inzake natuur en bos (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 7 juli 2014) door de lv « Alaerts-Jordens », Marc Boonen, Hubertus Breukers, de lv « Casters-Pelssers », de lv « Clijsters », Maarten Deckers, de lv « Geraerts-Casters », André Geerits, Erwin Geerits, de bvba « Hendrigo », de bvba « Hens Pigland », de lv « Hoeken », Michael Janssen, Leon Janssen, de lv « Kesters Dairy DLM », Geert Kesters, de lv « Theuwissen Annick », de bvba « Knaepenhof », Annie Koyen, de bvba « Langens-Hoeve », de bvba « Mevakip », Willy Vangeloven, Julien Pellens, Jozef Pouls, Roger Pouls, de lv « Pouls-Schoemans », de bvba « Quirijnen Dairy Farming », de bvba « Schelfhout Graszoden », André Schelfhout, Karel Schroyen, Jos Segers, Eric Simons, Hugo Steensels, Mathieu Steensels, Marc Theuwissen, Xavier Tombal, Bart Vanaken, Koen Vanaken, Mathieu Vanaken, de lv « Van Den Hout Neeroeteren », Stijn Verheyen, Corneille Willems, de bvba « A. Van Bijsterveldt », de lv « Voermans » en Erik Creemers, bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. K. Van Wynsberge, advocaat bij de balie te Gent.

    2. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 6 januari 2015 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 7 januari 2015, is beroep tot gehele of gedeeltelijke vernietiging ingesteld van het hetzelfde decreet door Eddy Passchyn en de lv « Safacop-Coppin Fabienne », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. J. Opsommer, advocaat bij de balie te Oudenaarde.

    Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6131 en 6135 van de rol van het Hof, werden samengevoegd.

    (...)

  2. In rechte

    (...)

    Ten aanzien van de ontvankelijkheid

    Wat betreft de omvang van de beroepen

    B.1.1. De verzoekende partijen in de zaak nr. 6131 vorderen de vernietiging van het decreet van 9 mei 2014 tot wijziging van de regelgeving inzake natuur en bos (hierna : decreet van 9 mei 2014) of minstens van de artikelen 40, 41, 42, 43, 45, 46, 47, 48, 78 en 94 ervan. De verzoekende partijen in de zaak nr. 6135 vorderen de vernietiging van het decreet van 9 mei 2014 of minstens van de artikelen 79 en 80 ervan.

    B.1.2. Uit de uiteenzetting van de middelen blijkt dat de grieven enkel betrekking hebben op de vermelde artikelen, zodat het Hof zijn onderzoek daartoe beperkt.

    Wat betreft het belang

    B.2. De Grondwet en de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof vereisen dat elke natuurlijke of rechtspersoon die een beroep tot vernietiging instelt, doet blijken van een belang. Van het vereiste belang doen slechts blijken de personen wier situatie door de bestreden norm rechtstreeks en ongunstig zou kunnen worden geraakt.

    B.3.1. De verzoekende partijen en de tussenkomende partijen in de zaak nr. 6131 baten allen, hetzij als natuurlijke persoon, hetzij als rechtspersoon, een landbouwbedrijf uit dat gelegen is in of nabij een zone waarin op grond van het decreet van 9 mei 2014 natuurbeschermende maatregelen van toepassing zouden zijn in het kader van het Vlaamse Natura 2000-programma. Zij menen dat zij doen blijken van het vereiste belang om de vernietiging van de bestreden bepalingen te vorderen omdat ze nadelige gevolgen zouden hebben voor hun bedrijfsvoering en hun eigendomsrecht zouden beperken zonder dat daar een vergoeding tegenover staat.

    B.3.2. De verzoekende partijen in de zaak nr. 6135 baten een landbouwbedrijf uit en voeren aan dat hun situatie door het decreet van 9 mei 2014 negatief dreigt te worden beïnvloed doordat verscheidene van hun gronden op de voorlopige ontwerpkaarten gecatalogeerd staan als historisch permanente graslanden. De bestreden bepalingen die een bescherming invoeren voor dergelijke gebieden zouden eigendomsbelemmeringen met zich meebrengen die hen rechtstreeks en ongunstig raken.

    B.4. De Vlaamse Regering meent dat de verzoekende partijen geen belang hebben bij de vernietiging van de bestreden bepalingen, aangezien het nadeel waarop zij zich beroepen hypothetisch en onrechtstreeks is. De bestreden bepalingen zouden louter de grondslag vormen voor een planmatige omkadering van het Vlaamse Natura 2000-programma. Eventuele eigendomsbelemmeringen zouden niet voortvloeien uit het bestreden decreet maar slechts het gevolg kunnen zijn van concrete maatregelen, genomen ter uitvoering van de bestreden bepalingen.

    B.5. Wanneer een exceptie van niet-ontvankelijkheid die is afgeleid uit de ontstentenis van belang, betrekking heeft op de draagwijdte die dient te worden gegeven aan de bestreden bepalingen, valt het onderzoek van de ontvankelijkheid samen met het onderzoek van de grond van de zaak.

    Ten gronde

    Wat betreft de planmatige omkadering van het instandhoudingsbeleid (zaak nr. 6131)

    B.6.1. De bestreden artikelen 40, 41, 42, 43, 45, 46, 47 en 48 van het decreet van 9 mei 2014 maken deel uit van « Sectie 2. Vlaams Natura 2000-programma » van « Onderafdeling E. Planmatige omkadering van het instandhoudingsbeleid », die door het bestreden decreet wordt toegevoegd aan hoofdstuk V, afdeling 4, van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, het laatst gewijzigd bij het decreet van 1 maart 2013 (hierna : Decreet Natuurbehoud).

    B.6.2. Natura 2000 is een netwerk van beschermde natuurgebieden dat het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie bestrijkt en dat zijn oorsprong vindt in de richtlijn 79/409/EEG van de Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand (hierna : Vogelrichtlijn) en in de richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna (hierna : Habitatrichtlijn). Het doel van het netwerk is het voortbestaan op lange termijn te verzekeren van de meest waardevolle soorten en habitats. Het komt aan de lidstaten toe om binnen de beschermde gebieden bepaalde instandhoudingsdoelstellingen te realiseren ten voordele van de biodiversiteit en de nodige herstelmaatregelen te bepalen.

    B.6.3. Het Vlaamse Gewest heeft ter uitvoering van de vermelde richtlijnen Natura 2000-gebieden aangewezen, met een gedeeltelijke overlapping tussen de speciale beschermingszones ter uitvoering van de Habitatrichtlijn (SBZ-H) en de Vogelrichtlijn (SBZ-V). In 2010 werden de gewestelijke instandhoudingsdoelstellingen vastgelegd door de Vlaamse Regering (G-IHD). Vervolgens werd nagegaan welk deel van die gewestelijke doelen in de speciale beschermingszones kan worden gerealiseerd. Die specifieke instandhoudingsdoelstellingen (S-IHD) werden vastgelegd in aanwijzingsbesluiten (Parl. St., Vlaams Parlement, 2013-2014, nr. 2424/1, p. 44).

    B.6.4. Het Vlaamse Natura 2000-programma heeft een tijdshorizon tot 2050 en doorloopt opeenvolgende cycli van zes jaar, wat aansluit bij de rapporteringsplicht aan de bevoegde Europese instanties die door de voormelde richtlijnen aan de lidstaten is opgelegd. De nieuwe onderafdeling « planmatige omkadering van het instandhoudingsbeleid », die werd ingevoerd door het decreet van 9 mei 2014, bevat daartoe de kaderbepalingen.

    B.6.5. Het instandhoudingsbeleid omvat : (1) op het niveau van het Vlaamse Gewest, een Vlaams Natura 2000-programma; (2) op het niveau van de speciale beschermingszones, managementplannen Natura 2000; (3) op het niveau van de leefgebieden van Europees te beschermen soorten, de soortenbeschermingsprogramma's; (4) buiten de speciale beschermingszones, managementplannen voor het bijdragen tot het bereiken van de instandhoudingsdoelstellingen of van gebiedsgerichte doelstellingen inzake natuurbehoud (artikel 50bis, § 1, van het Decreet Natuurbehoud).

    B.6.6. Uit de uiteenzetting van de middelen blijkt dat het Hof wordt ondervraagd over de volgende planningsinstrumenten van het instandhoudingsbeleid :

    - het Vlaamse Natura 2000-programma en de programmatische aanpak ter vermindering van één of meer milieudrukken (de artikelen 40 tot 43 van het decreet van 9 mei 2014);

    - de managementplannen Natura 2000 (de artikelen 45 tot 48 en 78 van het decreet van 9 mei 2014);

    - de managementplannen voor gebieden buiten de speciale beschermingszones (de artikelen 78 en 94 van het decreet van 9 mei 2014).

    B.7.1. Met betrekking tot het Vlaamse Natura 2000-programma en de programmatische aanpak van één of meer milieudrukken voegen de bestreden artikelen 40 tot 43 van het decreet van 9 mei 2014 in het Decreet Natuurbehoud de artikelen 50ter tot 50sexies in :

    Art. 40. In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 1 maart 2013, wordt in sectie 2, ingevoegd bij artikel 39, een artikel 50ter ingevoegd, dat luidt als volgt :

    ' Art. 50ter. § 1. Voor het hele grondgebied van het Vlaamse Gewest wordt een Vlaams Natura 2000-programma opgesteld.

    Het Vlaams Natura 2000-programma doorloopt opeenvolgende cyclussen van zes jaar en heeft een tijdshorizon tot 2050.

    § 2. Het Vlaams Natura 2000-programma wordt opgesteld met het oog op :

    1° het gradueel realiseren van de gewestelijke instandhoudingsdoelstellingen;

    2° het vermijden of het stoppen van de verslechtering van de natuurkwaliteit en het natuurlijke milieu van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT