Uittreksel uit arrest nr. 68/2010 van 10 juni 2010 Rolnummer 4733 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 3, § 4, tweede lid, van de wet van 19 december 2008 inzake het verkrijgen en het g

Uittreksel uit arrest nr. 68/2010 van 10 juni 2010

Rolnummer 4733

In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 3, § 4, tweede lid, van de wet van 19 december 2008 inzake het verkrijgen en het gebruik van menselijk lichaamsmateriaal met het oog op de geneeskundige toepassing op de mens of het wetenschappelijk onderzoek, ingesteld door de vzw « Jurileven » en anderen.

Het Grondwettelijk Hof,

samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en M. Bossuyt, en de rechters R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, J. Spreutels, T. Merckx-Van Goey en P. Nihoul, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior,

wijst na beraad het volgende arrest :

  1. Onderwerp van het beroep en rechtspleging

    Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 25 juni 2009 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 26 juni 2009, is beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 3, § 4, tweede lid, van de wet van 19 december 2008 inzake het verkrijgen en het gebruik van menselijk lichaamsmateriaal met het oog op de geneeskundige toepassing op de mens of het wetenschappelijk onderzoek (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 30 december 2008), door de vzw « Jurileven », met zetel te 1040 Brussel, Louis Hapstraat 198, de vzw « Pro Vita », met zetel te 1081 Brussel, Eugène Simonisplein 15, en de vzw « Jongeren voor het Leven », met zetel te 1050 Brussel, Adolphe Buyllaan 30/40.

    (...)

  2. In rechte

    (...)

    B.1.1. Bij het Hof wordt door de vzw « Jurileven », de vzw « Pro Vita » en de vzw « Jongeren voor het Leven » een beroep ingesteld dat strekt tot de vernietiging van artikel 3, § 4, tweede lid, van de wet van 19 december 2008 « inzake het verkrijgen en het gebruik van menselijk lichaamsmateriaal met het oog op de geneeskundige toepassing op de mens of het wetenschappelijk onderzoek ».

    B.1.2. Het bestreden artikel 3, § 4, tweede lid, bepaalde op het ogenblik dat het beroep werd ingesteld :

    Onverminderd de wet van 6 juli 2007 betreffende de medisch begeleide voortplanting en de bestemming van de overtallige embryo's en de gameten, stelt de Koning, bij in Ministerraad overlegd besluit, de lijst van de artikelen van onderhavige wet vast die van toepassing zijn op de donatie, de wegneming, de handelingen en het gebruik wanneer gameten, gonaden, fragmenten van gonaden, embryo's of foetussen hiervan het voorwerp zijn

    .

    B.2.1. In zijn memorie betwist de Ministerraad het belang van de verzoekende verenigingen om in rechte te treden. Hij is immers van mening dat de wetten die reeds het voorwerp hebben uitgemaakt van beroepen die door dezelfde verenigingen bij het Hof zijn ingesteld en die door het Hof ontvankelijk zijn verklaard, een ander onderwerp hebben en niet vergelijkbaar zouden zijn met de bestreden wet, zodat de motieven van de door de verzoekende verenigingen aangehaalde...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT