Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van Landbouw en Visserij., de 18 juin 2003

HOOFDSTUK 1. - Algemene doelstellingen en toepassingsgebied.

Artikel 1. De in dit akkoord bedoelde aangelegenheden betreffen de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van de Landbouw en de Visserij, zoals die op 1 januari 2002 aan de Gewesten werden overgedragen bij de bijzondere wet van 8 augustus 1980 waarvan sprake in de considerans, alsook van de op federaal vlak daarmee samenhangende bevoegdheden zoals die voortvloeien uit de oprichting van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) en de reorganisatie van de betrokken Federale Overheidsdiensten (FOD), nl. de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie, de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse handel en Ontwikkelingssamenwerking, de FOD Volksgezondheid en Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu, de FOD Sociale Zekerheid en de FOD Binnenlandse Zaken, waarvan eveneens sprake in de considerans.

Dit akkoord strekt ertoe de samenwerking mogelijk te maken tussen de Federale Staat en de Gewesten met het oog op een doeltreffend beheer van de landbouwaangelegenheden en alle daaruit voortvloeiende gevolgen en de daarbij behorende verantwoordelijkheden vast te leggen.

Het daadwerkelijke beheer van bedoelde aangelegenheden op het gewestelijke en het federale vlak houdt immers niet alleen een overeenstemming en een erkenning van de verschillende instanties afkomstige identificatie- en controlegegevens in, maar ook een zekere geharmoniseerde coˆrdinatie in de uitvoering van het landbouwbeleid.

Art. 2. De overeenkomstsluitende partijen treffen, in samenhang met hun respectievelijke bevoegdheden, de maatregelen die vereist zijn om de vastgelegde doelstellingen te bereiken en de gewestelijke en federale maatregelen met elkaar in overeenstemming te brengen.

Elke partij verbindt zich ertoe :

- de andere partijen in kennis te stellen van alle nieuwe uitvoeringsbepalingen betreffende de regelgevingen houdende gemeenschappelijke marktordeningen die een weerslag kunnen hebben op de uitoefening van de bevoegdheden van die andere partijen;

- op blijvende wijze tussen de partijen de uitwisseling van informatie te garanderen die nodig is voor hun respectievelijke opdrachten volgens een onderling overeengekomen wijze en kosteloos;

- elk wat haar betreft, binnen termijnen die de andere partijen in staat stellen hun opdrachten te vervullen, de middelen te verschaffen die nodig zijn om deze informatie te kunnen uitwisselen;

- binnen de door reglementair vastgelegde uiterste data van zowel de gewesten, de federale overheid als de gemeenschappen opgelegde termijnen die specifiek zijn voor elke sector en op volkomen loyale wijze, gevolg te geven aan alle verzoeken van een andere partij.

Art. 3. ß 1. De opvolging van dit akkoord en van de respectievelijke verbintenissen wordt verzekerd binnen de InterministeriÎle Conferentie voor het Landbouwbeleid (ICLB).

De partijen verbinden zich ertoe deze ICLB op te richten en de werking ervan te garanderen.

Er wordt een alarmprocedure ingezet op verzoek van een van de partijen als die meent dat de goede toepassing van dit akkoord in het gedrang komt. In dat geval legt zij het vraagstuk voor aan de ICLB die dan bij hoogdringendheid wordt bijeengeroepen.

Alle gevallen die niet worden geregeld in dit akkoord alsmede de geschillen tussen de partijen bij dit akkoord die voortvloeien uit de interpretatie of de uitvoering van dit akkoord, worden behandeld door een bij de ICLB daartoe opgericht rechtscollege, in overeenstemming met hetgeen bepaald is in de wet van 23 januari 1989 : de Voorzitter en de leden van dit rechtscollege worden door de partijen aangesteld.

ß 2. De partijen verbinden zich er tevens toe het Landbouwbureau op te richten waarvan de werking en de samenstelling vallen onder hetgeen bepaald is in het vademecum betreffende de vertegenwoordiging van BelgiÎ inzake landbouwaangelegenheden in Europese en internationale instanties alsook het overleg tussen de federale overheid en de gewestelijke regeringen inzake het landbouw- en visserijbeleid, hierna genoemd " het vademecum ". De partijen verbinden zich er toe het vademecum af te werken.

HOOFDSTUK 2. - Over het geÔntegreerd beheers- en controlesysteem (GBCS).

Art. 4. ß 1. In samenhang met het beheer van de identificatiegegevens van het GBCS en de uitwisseling van de daarbij behorende gegevens, bundelen de partijen hun inspanningen, met inachtneming van de gemeenschappelijke en aan elk van hen eigen zijnde voorschriften, om een verantwoordelijke samenwerking in stand te houden en de geschikte diensten en middelen uit te bouwen die een operationeel beheer mogelijk maken van de steunmaatregelen en de extra heffing.

Met het oog daarop en om een geÔnformatiseerde opvolging dienaangaande mogelijk te maken alsook met het oog op de toepassing van de aan de betaalorganen toevertrouwde maatregelen, komen de partijen voor de identificatie unieke definities overeen van producent, niet-producent, bedrijf en productie-eenheid en verbinden zij zich ertoe deze te handhaven.

ß 2. Elke wijziging van deze definities wordt ter goedkeuring voorgelegd aan het de ICLB. De nieuwe definities die in gezamenlijk akkoord zijn vastgelegd, worden uiterlijk binnen een termijn van ÈÈn jaar in de gewestelijke regelgevingen overgenomen.

Art. 5. Elk Gewest beheert zijn informaticasysteem autonoom en geldt als authentieke bron voor de gegevens waarvoor het bevoegd is.

De Gewesten verbinden zich ertoe de toezending van de administratieve en grafische gegevens aan de met de toepassing van het GBCS belaste federale cel van de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie te garanderen, rekening houdend met de specifieke behoeften. Zij zien erop toe dat hun grafisch systeem en hun administratieve gegevensbanken compatibel blijven met die van het andere Gewest zodat het op federaal niveau voor het GBCS opgerichte uitwisselingsplatform kan worden gebruikt. De praktische wijze van uitvoering van deze bepaling wordt vastgelegd in een bijzonder protocol tussen de partijen.

Art. 6. De partijen verbinden zich ertoe zich aan te sluiten bij en mede te werken aan elk initiatief dat streeft naar een harmonisering en een vereenvoudiging van de identificatiegegevens. In dit opzicht verbinden de partijen zich ertoe in de toekomst, omwille van de stabiliteit van het systeem en de samenhang van de gegevens, gebruik te maken van het binnen de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie door de kruispuntbank van ondernemingen ingestelde enige ondernemingsnummer.

Art. 7. De betrokken partijen verbinden zich ertoe de bepalingen inzake de overgang van de informatica na te leven die zijn opgenomen in het plan voor de overgang van de informatica dat aanvankelijk werd ontworpen binnen het Bestuur voor het landbouwproductiebeheer (DG3) van het vroegere Ministerie van Middenstand en Landbouw en waarbij ze bij de ontwikkeling betrokken zijn.

Zo verbinden zij zich ertoe, in technisch opzicht, de overgang van de informatica pas als voltooid te beschouwen enerzijds, wanneer de informatiesystemen van de Gewesten en de interfaces tussen die systemen getoetst werden en operationeel zijn en anderzijds, wanneer de ICT-teams van de Gewesten en de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie de vereiste knowhow en expertise hebben opgedaan waardoor de gewestelijke en federale informaticasystemen onafhankelijk van elkaar kunnen werken. Deze overgang zou uiterlijk op 31 december 2004 volledig voltooid moeten zijn.

De Gewesten blijven verder gebruik maken van de bestaande toepassingen die kunnen worden vervangen of waarvan afstand kan worden gedaan naargelang van de specifieke behoeften van de Gewesten en de naleving van het in het eerste lid bedoelde plan voor de overgang van de informatica.

Alle problemen of geschillen die verband houden met de fase betreffende de overgang van de informatica moeten vooraf worden behandeld in een StuurcomitÈ informatica bestaande uit de deskundigen van de betrokken partijen en vervolgens in de ICLB indien geen bevredigende oplossing kon worden gevonden.

HOOFDSTUK 3. - Over de uitwisseling en de mededeling van gegevens.

Art. 8. Het gebruik van gegevens door een partij die niet de authentieke bron ervan is, is toegestaan in de mate waarin het verenigbaar is met het doel van het opgevraagde bestand, overeenkomstig hetgeen bepaald is in de wet van 8 december 1992 betreffende de bescherming van de persoonlijke levenssfeer met betrekking tot de verwerking van persoonlijke gegevens van persoonlijke aard.

In het kader van de opsporing en bestrijding van overtredingen, werken de Gewesten en de federale overheid samen en wisselen zij alle nuttige informatie uit.

Art. 9. ß 1. Wat het GBCS betreft, kunnen alle identificatiegegevens onderling worden opgevraagd door de Gewesten, het FAVV, de FOD Volksgezondheid en Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu en de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie.

De documenten die betrekking hebben op steunaanvragen, die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun bevoegdheden, kunnen onderling door de Gewesten worden opgevraagd. Eenzelfde toegang wordt ook aan de Federale staat verleend met betrekking tot landbouwrampen, extra heffing in de sector melk en zuivelproducten, communautaire steunregeling inzake vervroegde uittreding in de landbouw en traceerbaarheid in de plantaardige sector.

ß 2. Wat de biologische en de geÔntegreerde productie betreft, deelt het FAVV onmiddellijk aan het door de Gewesten aangestelde meldpunt alle informatie mede die voortvloeit uit de vaststellingen die het heeft gedaan of heeft ontvangen via het " RAS "-systeem (Rapid Alert System), die van aard is fraude in deze sectoren aan het licht te brengen. De Gewesten leven de voorschriften inzake vertrouwelijke gegevens na die van toepassing zijn op het " Rapid Alert System ".

ß 3. Wat de kwaliteit en de samenstelling van melk betreft, delen de interprofessionele organismen aan de Gewesten alle informatie mede die vereist is om hun opdrachten in de sector melk te...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT