Besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie tot bepaling van het reglement inzake de tuchtstraffen voor de leerlingen van het gewoon en bijzonder basis- en secundair onderwijs en het onderwijs voor sociale promotie dat wordt georganiseerd door de Franse Gemeenschapscommissie (VERTALING)., de 27 mai 1999

HOOFDSTUK I. - Algemeen.

Artikel 1. Voor de goede orde en discipline kunnen orde- en tuchtmaatregelen getroffen worden ten aanzien van de leerlingen.

Het tuchtstelsel voor de leerlingen bevat de straffen die kunnen worden uitgesproken, de te volgen procedures, de rechten van de verdediging die moeten worden geÎrbiedigd en de bevoegde overheid (overheden) ter zake.

Art. 2. Ieder tuchtmaatregel moet in verhouding staan tot de ernst van de feiten en de voorgeschiedenis van het individu. Deze mag enkel gebaseerd zijn op precieze feiten.

De feitelijkheid moet schriftelijk worden vastgesteld in nota's, rapporten, berichten in de klasagenda's, notulen van de klasseraad, enz. en dienen als bewijs. Deze schriften moeten door de daders worden gedateerd en ondertekend.

Wanneer de klachten een zekere ernst vertonen of wanneer deze zich herhalen, worden ze steeds ter kennis gebracht van de ouders van de minderjarige leerling of van de meerderjarige leerling zelf, hetzij bij aangetekend schrijven met ontvangstbewijs, hetzij via een ondertekende tekst waarin verklaard wordt dat zij hiervan in kennis zijn gesteld.

De ouder is de persoon die wettelijk verantwoordelijk is voor de minderjarige leerling.

Collectieve verwijderingen zijn niet toegelaten; ieder geval moet apart worden behandeld.

Art. 3. Een tuchtdossier van een leerling mag niet worden verzonden naar een andere instelling.

HOOFDSTUK II. - Ordemaatregelen.

Art. 4. De ordemaatregelen dienen om het hinderlijk gedrag van de leerling te verbeteren zonder hierbij de goede werking van de instelling in het gedrang te brengen. Ze dienen ook opdat de leerling zich zou richten naar de vereisten voor een goede samenwerking met iedereen.

De ordemaatregelen bestaan uit :

  1. de berisping;

  2. het nablijven of een alternatieve straf bestaande uit herstellingswerken ingevolge iedere handeling of nadelige onthouding of uit werken die passen bij de schoolactiviteiten van de leerling;

    de tijdelijke verwijdering uit ÈÈn, meerdere of alle lessen.

    Art. 5. De ordemaatregelen kunnen gepaard gaan met bijkomende taken opgelegd door het personeelslid van wie de ordemaatregel uitgaat.

    Deze taken worden zodanig gekozen dat ze ten goede komen van de intellectuele en morele ontplooiing van de leerling. Deze taken mogen in geen enkel geval bestaan uit materiÎle opdrachten van louter repetitieve aard.

    De bijkomende taken worden voorgelegd en verbeterd door het personeelslid dat deze oplegt.

    Art. 6. Behoudens uitzonderlijke omstandigheden mag geen enkele ordemaatregel toegepast worden zonder dat de leerling voorafgaandelijk gehoord werd door het personeelslid dat de maatregel wil opleggen.

    Het verband tussen de feiten dat aanleiding geeft tot een ordemaatregel wordt vermeld in de klasagenda van de leerling en ondertekend door de ouders van de leerling als deze minderjarig is of door de meerderjarige leerling zelf.

    Art. 7. De berisping wordt opgelegd door de leden van het onderwijzend personeel of door de leden van het onderwijzend hulppersoneel, door het schoolhoofd of zijn afgevaardigde.

    Art. 8. Het nablijven of de alternatieve straf wordt beslist door het schoolhoofd of zijn afgevaardigde, op eigen initiatief of op gemotiveerd voorstel van een personeelslid.

    Deze ordemaatregelen gebeuren onder toezicht van een lid van het onderwijzend hulppersoneel of eventueel onder toezicht van een lid van het onderwijzend personeel.

    De duur ervan bedraagt minstens twee en maximum vier uren.

    Art. 9. De tijdelijke verwijdering uit ÈÈn, meerdere of alle lessen, dewelke meestal maximum drie werkdagen duurt en in ieder geval niet langer mag duren dan vijf werkdagen, wordt beslist door het schoolhoofd of zijn afgevaardigde, op eigen initiatief of op gemotiveerd voorstel van een personeelslid.

    Tijdens de tijdelijke verwijdering moet de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT