25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juni 1990 houdende vaststelling van de lijst van de technische verpleegkundige verstrekkingen en de lijst van de handelingen die door een arts aan beoefenaars van de verpleegkunde kunnen worden toevertrouwd, alsmede de wijze van uitvoering van die verstrekkingen en handelingen en de kwalificatievereisten waaraan de beoefenaars van de verpleegkunde moeten voldoen

VERSLAG AAN DE KONING

Sire,

Het koninklijk besluit van 18 juni 1990 legt de lijst van de technische verpleegkundige verstrekkingen en handelingen vast die door een arts kunnen worden toevertrouwd aan beoefenaars van de verpleegkunde die daarvoor bevoegd zijn krachtens het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen.

Sinds zijn publicatie in het Belgische Staatsblad van 26 juli 1990, werd het koninklijk besluit van 18 juni 1990 acht keer gewijzigd. Deze wijzigingen hebben toegelaten dit besluit aan te passen aan de ontwikkeling van de praktijk en de bevoegdheden in het domein van de verpleegkunde.

Niettemin is het, ten gevolge van deze verschillende wijzigingen, noodzakelijk gebleken de in het koninklijk besluit van 18 juni 1990 gebruikte terminologie eenvormig te maken alsook enkele formuleringen te verhelderen. Er blijkt inderdaad uit de lezing van dit besluit dat verschillende woorden gebruikt worden om hetzelfde begrip of dezelfde realiteit aan te duiden of, omgekeerd, dat verschillende realiteiten aangeduid worden met dezelfde woorden met als gevolg moeilijkheden van begrip en toepassing.

Anderzijds voorziet het koninklijk besluit van 18 juni 1990 de instelling en het gebruik van standaardverpleegplannen en procedures voor de uitvoering van de verpleegkundige zorgen. Deze moeten als referentie beschouwd worden voor de uitvoering van deze technische verpleegkundige verstrekkingen en de handelingen die door een arts toevertrouwd kunnen worden aan beoefenaars van de verpleegkunde.

Deze standaardverpleegplannen en procedures moeten als referentie dienen die aan de kwaliteit van de zorgen bijdragen.

Het huidig besluit heeft onder andere tot doel de formulering van artikel 7ter van het koninklijk besluit van 18 juni 1990 aan te passen teneinde de referentierol van deze beschikking beter aan te duiden alsook de formulering van de bijlagen van het besluit van 18 juni 1990.

Ik heb de eer te zijn,

Sire,

Van uw majesteit,

De zeer eerbiedige

en zeer getrouwe dienaar,

De Minister van Volksgezondheid,

Mevr. L. ONKELINX

Raad van State

afdeling wetgeving

Advies 55.614/2 van 2 april 2014 van de Raad van State, afdeling wetgeving, over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juni 1990 houdende vaststelling van de lijst van de technische verpleegkundige verstrekkingen en de lijst van de handelingen die door een arts aan beoefenaars van de verpleegkunde kunnen worden toevertrouwd, alsmede de wijze van uitvoering van die verstrekkingen en handelingen en de kwalificatievereisten waaraan de beoefenaars van de verpleegkunde moeten voldoen'

Op 4 maart 2014 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Vice Eerste Minister en Minister van Volksgezondheid verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juni 1990 houdende vaststelling van de lijst van de technische verpleegkundige verstrekkingen en de lijst van de handelingen die door een arts aan beoefenaars van de verpleegkunde kunnen worden toevertrouwd, alsmede de wijze van uitvoering van die verstrekkingen en handelingen en de kwalificatievereisten waaraan de beoefenaars van de verpleegkunde moeten voldoen'.

Het ontwerp is door de tweede kamer onderzocht op 2 april 2014.

De kamer was samengesteld uit Pierre VANDERNOOT, kamervoorzitter, Martine BAGUET en Luc DETROUX, staatsraden, Yves DE CORDT en Christian BEHRENDT, assessoren, en Anne Catherine VAN GEERSDAELE, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Xavier DELGRANGE, eerste auditeur afdelingshoofd.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Pierre LIENARDY, kamervoorzitter.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 2 april 2014.

Aangezien de adviesaanvraag is ingediend op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Onderzoek van de tekst

Aanhef

Artikel 19/1, § 1, van de wet van 5 mei 1997 `betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling' is vervangen bij artikel 9 van de wet van 15 december 2013 `houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging', en de uitvoeringsbesluiten ervan. Het bepaalt thans :

"De effectbeoordeling wordt georganiseerd door titel 2, hoofdstuk 2 van de wet van 15 december 2013 houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging, en haar uitvoeringsbesluiten".

De impactanalyse is echter krachtens artikel 6, § 1, van de voornoemde wet van 15 december 2013 enkel verplicht gemaakt voor de ontwerpbesluiten waarover overleg is gepleegd in de Ministerraad.

Het voorliggende ontwerp past niet in die categorie.

Bijgevolg dienen de vierde en de vijfde aanhefverwijzing te worden weggelaten.

Artikelen 4...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT