Technisch reglement voor het beheer van het gasdistributienet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en van de toegang ertoe., de 13 juillet 2006

TITEL I. - Algemene bepalingen.

HOOFDSTUK I. - Algemene principes.

Afdeling 1.1. - Toepassingsgebied en definities.

Artikel 1. Onderhavig technisch reglement bevat de voorschriften en regels betreffende het beheer van het distributienet en de toegang ertoe. Het vormt het " netreglement " bedoeld in artikel 9 van de ordonnantie van 1 april 2004 betreffende de organisatie van de gasmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, betreffende wegenisretributies inzake gas en elektriciteit, en houdende wijziging van de ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Het omvat een Planningscode (Titel II), een Aansluitingscode (Titel III), een Toegangscode (Titel IV), een Meetcode (Titel V) en een Samenwerkingscode (Titel VI) en vijf Bijlagen, zoals nader bepaald in hetgeen volgt.

Vanaf zijn inwerkingtreding, heft dit technisch reglement het reglement op dat betrekking heeft op de technische en commerciële voorwaarden van de terbeschikkingstelling van gas, alsook het daarbij complementaire reglement voor de aftakking, de terbeschikkingstelling en de afname van gas in openbare distributie.

Art. 2. § 1. De definities zoals opgegeven in artikel 3 van de ordonnantie van 1 april 2004 zijn op onderhavig Technisch Reglement van toepassing.

§ 2. Verder worden de gebruikte begrippen ter uitvoering van onderhavig Technisch Reglement als volgt gedefinieerd :

  1. toegang : het gebruik van het distributienet, met

    inbegrip van de aansluitingen, waardoor de

    toegangsgerechtigde leverancier gas kan

    leveren en de distributienetgebruiker gas kan

    afnemen;

  2. allocatie : toewijzing op uurbasis van de

    energiehoeveelheden aan de verschillende

    leveranciers en vervoersnetgebruikers die aan

    de markt deelnemen;

  3. koninklijk besluit van het koninklijk besluit van 29 februari 2004

    29 februari 2004 : betreffende de algemene tariefstructuur en de

    basisprincipes en procedures inzake de

    tarieven en de boekhouding van de

    aardgasdistributienetbeheerders actief op het

    Belgisch grondgebied;

  4. volumeherleidings- instrument dat de volumes die de gasmeter onder

    apparaat : bedrijfsomstandigheden meet, omzet naar

    volumes die overeenkomen met normale druk- en

    temperatuuromstandigheden;

  5. KVBG : Koninklijke Vereniging van Belgische

    Gasvaklieden;

  6. collectieve aftakking : leiding die deel uitmaakt van het

    distributienet en die een distributieleiding

    met verschillende individuele aftakkingen

    verbindt;

  7. individuele aftakking : leiding die de distributieleiding of de

    collectieve aftakking verbindt met de

    meetapparatuur van een toegangspunt;

  8. distributieleiding : elke leiding van het distributienet die dient

    voor gasvervoer op dat net en waarop de

    individuele en collectieve aftakkingen

    aangesloten zijn;

  9. aansluitingscapaciteit de maximale capaciteit van gasafname,

    : uitgedrukt in m3 (n)/uur, bepaald in het

    aansluitingsontwerp en, in voorkomend geval,

    in het aansluitingscontract, waarover de

    distributienetgebruiker fysisch kan beschikken

    afhankelijk van de technische eigenschappen

    van de bestanddelen van zijn aansluiting;

  10. Codex over het welzijn de uitvoeringsbesluiten van de wet van 4

    op het werk : augustus 1996 betreffende het welzijn van de

    werknemers bij de uitvoering van hun werk;

  11. meting : de registratie door middel van meetinrichting

    en gedurende een tijdsperiode, van de

    hoeveelheid op het net geinjecteerd of

    afgenomen gas;

  12. lagedrukleiding : leiding waarvan de hoogst toelaatbare

    bedrijfsdruk 98,07 mbar niet overschrijdt;

  13. middendrukleiding leiding waarvan de hoogst toelaatbare

    categorie A : bedrijfsdruk meer bedraagt dan 98,07 mbar

    zonder 490,35 mbar te overschrijden;

  14. middendrukleiding leiding waarvan de hoogst toelaatbare

    categorie B : bedrijfsdruk meer bedraagt dan 490,35 mbar

    zonder 4,90 bar te overschrijden;

  15. middendrukleiding leiding waarvan de hoogst toelaatbare

    categorie C : bedrijfsdruk meer bedraagt dan 4,90 bar zonder

    14,71 bar te overschrijden;

  16. toegangscontract : het contract tussen de distributienetbeheerder

    en een persoon, " toegangsgerechtigde genoemd,

    dat gesloten is overeenkomstig Titel IV van

    onderhavig Technisch Reglement en dat meer

    bepaald de bijzondere voorwaarden voor toegang

    tot het distributienet bevat;

  17. aansluitingscontract : het contract dat gestoten is overeenkomstig

    Titel III van onderhavig Technisch Reglement

    tussen de distributienetbeheerder en de

    eigenaar van een gebouw en dat de wederzijdse

    rechten, verplichtingen en

    verantwoordelijkheden bepaalt, alsook de

    bijzondere technische kenmerken en

    overeenkomsten betreffende de aan het

    betrokken gebouw toegewezen aansluiting;

  18. vervoerscontract : akkoord voor het vervoer van gas op het

    vervoersnet dat gesloten is tussen een

    vervoersnetgebruiker en de

    vervoersnetbeheerder;

  19. CREG : Commissie voor de Regulering van de

    Elektriciteit en het Gas;

  20. toegangsgerechtigde : de partij die een toegangscontract met de

    distributienetbeheerder heeft gestoten;

  21. meetgegeven : via meting verkregen gegeven dat de facturering

    mogelijk maakt van de van het net afgenomen

    hoeveelheden gas;

  22. EAN-GLN : European Article Number/Global location Number

    (uniek numeriek veld met 13 posities voor de

    ondubbelzinnige identificatie van een

    marktpartij);

  23. EAN-GSRN : European Article Number/Global Service Related

    Number (uniek numeriek veld met 18 posities

    voor de ondubbelzinnige identificatie van een

    toegangspunt);

  24. meetinrichting : een verzameling van apparaten bestemd voor het

    meten van de gasstroom op een bepaald

    meetpunt; zij omvat meer bepaald de meters, de

    meettoestellen, de telecommunicatietoestellen

    en de volumeherleidingstoestellen;

  25. vervoersnetbeheerder : de vennootschap Fluxys n.v., met

    maatschappelijke zetel te 1040 Brussel,

    Kunsttaan 31;

  26. Synergrid : de Federatie van de Elektriciteits- en

    Gasnetbeheerders in Belgie, die op 1 mei 2005

    de " netactiviteiten " heeft overgenomen van

    de Beroepsfederatie van de

    Elektriciteitssector (BFE) en van het Verbond

    der Gasnijverheid (FIGAS);

    27' de intercommunale die aangewezen is

    distributienetbeheerder : overeenkomstig de bepalingen van artikel 4 van

    de ordonnantie;

  27. gehabiliteerd de installateur die gehabiliteerd is krachtens

    installateur : het reglement zoals opgesteld door de Raad van

    de Habilitatie, die bestaat uit

    vertegenwoordigers van Synergrid, de

    beroepsverenigingen die de installateurs van

    aardgasapparatuur vertegenwoordigen en

    federale ministers of staatssecretarissen die

    Energie en Consumentenzaken onder hun

    bevoegdheid hebben;

  28. installatie van de elke leiding, elk accessoire en elke machine

    distributienet- voor de aardgastoepassingen die stroomafwaarts

    gebruiker : van het afnamepunt van de

    distributienetgebruiker aangesloten zijn;

  29. werkdag : elke dag van de week, met uitzondering van de

    zaterdagen, zondag en wettelijke feestdagen;

  30. gasdag : een periode van 24 uren die aanvangt om 06u00

    van de overeenstemmende kalenderdag en eindigt

    om 06u00 van de volgende kalenderdag;

  31. wet van 12 april 1965 : de wet van 12 april 1965 betreffende het

    vervoer van gasachtige producten en andere

    door middel van leidingen, zoals gewijzigd

    door de wet van 29 april 1999 betreffende de

    organisatie van de gasmarkt en het fiscaal

    statuut van de elektriciteitsproducenten;

  32. wet van 24 december de wet van 24 december 1970 betreffende de

    1970 : veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en

    bij de exploitatie van installaties voor de

    distributie van aardgas door middel van

    leidingen;

  33. m3(n) : hoeveelheid droog aardgas die, bij een

    temperatuur van 0 ° C en een absolute druk van

    1,01325bar, een volume van een kubieke meter

    inneemt;

  34. in dienst stellen van het onder druk zetten van de installaties van

    een toegangspunt : de distributienetgebruiker;

  35. buiten dienst stellen het afsnijden van de gastoevoer naar de

    van een toegangspunt : installaties van de distributienetgebruiker;

  36. ordonnantie : de ordonnantie van 1 april 2004 betreffende de

    organisatie van de gasmarkt in het Brussels

    Hoofdstedelijk Gewest, betreffende

    wegenisretributies inzake gas en

    elektriciteit, en houdende wijziging van de

    ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de

    organisatie van de elektriciteitsmarkt in het

    Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

  37. erkend controleorganisme dat erkend is krachtens

    controteorganisme : artikel 8 van het koninklijk besluit van 11

    maart 1966 betreffende de te nemen

    veiligheidsmaatregelen bij de oprichting en

    bij de exploitatie van installaties voor

    gasvervoer door middel van leidingen, of die

    na 15 oktober 2003, de BELTEST-accreditatie

    (BELAC) gekregen heeft overeenkomstig het

    koninklijk besluit van 22 december 1992 tot

    oprichting van het BELTEST accreditatiesysteem

    van beproevingslaboratoria en

    keuringsinstellingen en tot vaststelling van

    de procedures en de voorwaarden voor

    accreditatie overeenkomstig de criteria van de

    normen van de reeks NBN-EN 45000;

  38. toegangspunt : een punt waar aardgas van het distributienet

    afgenomen wordt;

  39. actief toegangspunt : een toegangspunt waarvoor een leverancier

    opgenomen is in het toegangsregister;

  40. inactief toegangspunt een toegangspunt waarvoor geen enkele

    : leverancier opgenomen is in het

    toegangsregister;

  41. koppelpunt : het tussen netbeheerders onderling

    overeengekomen fysische punt waar de koppeling

    tussen hun respectievelijke netten is

    gerealiseerd;

  42. meetpunt : de fysische plaats van het punt waar de

    meetinrichting verbonden is met de leiding die

    de gasstroom vervoert;

  43. afnamepunt : de fysische plaats van het punt waar het gas

    vanuit het distributienet afgenomen wordt;

  44. aansluitingspunt : de materiele plaats van het punt waar de

    individuele aftakking verbonden is met de

    distributieleiding of de collectieve

    aftakking, en waar kan aaneen losgekoppeld

    worden;

  45. bevroren periode : periode voor de realisatiedatum van een in

    artikel 109 bedoelde wijziging van gegevens

    waarin annulering van de gevraagde wijziging

    niet meer mogelijk is, behalve in

    uitzonderlijke gevallen, mits betaling van het

    geldende tarief;

  46. reduceerpost : inrichting bestemd voor...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT