Wet tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en het Wetboek diverse rechten en taksen inzake de inkomsten van verzekeringsproducten en houdende een diverse bepaling, de 28 juillet 2011

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992

Art. 2. In artikel 18, derde lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, ingevoegd bij de wet van 20 maart 1996 en gewijzigd bij de wet van 27 december 2005, worden de woorden " bedoeld in artikel 19, § 1, 4° en 19bis. " vervangen door de woorden " bedoeld in artikel 19, § 1, eerste lid, 4°, en 19bis. ".

Art. 3. In artikel 19 van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wetten van 28 juli 1992, 22 juli 1993, 20 maart 1996, 10 maart 1999, 15 december 2004, 27 december 2004 en 27 december 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. paragraaf 1 wordt aangevuld met het volgende lid :

    " De in het eerste lid, 3°, bedoelde afkoopwaarden van levensverzekeringscontracten omvatten eveneens :

  2. de afkoopwaarden bedoeld in artikel 6, derde en vierde lid, van het koninklijk besluit van 14 november 2008 tot uitvoering van de wet van 15 oktober 2008 houdende maatregelen ter bevordering van de financiële stabiliteit en inzonderheid tot instelling van een staatsgarantie voor verstrekte kredieten en andere verrichtingen in het kader van de financiële stabiliteit, voor wat betreft de bescherming van de deposito's en de levensverzekeringen, en tot wijziging van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, die worden uitbetaald door het Bijzonder Beschermingsfonds voor deposito's en levensverzekeringen opgericht door het genoemde koninklijk besluit van 14 november 2008, of door een gelijkwaardig garantiefonds gevestigd in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte;

  3. iedere som die door een vereffenaar of een curator wordt uitbetaald aan de verzekeringnemer wanneer is vastgesteld dat de verzekeringsonderneming in gebreke is gebleven, namelijk :

    1. hetzij wanneer de verzekeringsonderneming failliet is verklaard;

    2. hetzij wanneer de autoriteit die bevoegd is voor het toezicht van prudentiële aard, het Bijzonder Beschermingsfonds voor deposito's en levensverzekeringen of een gelijkwaardig Fonds ter kennis heeft gebracht dat zij vastgesteld heeft dat de financiële toestand van de verzekeringsonderneming haar ertoe geleid heeft de terugbetaling van een opeisbaar tegoed te weigeren en haar niet meer in staat stelt om een dergelijk tegoed onmid-dellijk of binnen afzienbare termijn terug te betalen. ";

  4. in paragraaf 2 worden de woorden " of in § 1, 4°, vermelde aandelen "...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT