Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen (VERTALING). (NOTA : raadpleging van vroegere..., de 26 juin 2002

Artikel 1. Dit besluit regelt in toepassing van artikel 138 van de Grondwet een aangelegenheid bedoeld in artikel 128, § 1, ervan.

Art. 2. Artikel 2, 4°, van het besluit van de Waalse Regering van 9 oktober 1997 betreffende de voorwaarden van erkenning en subsidiëring van de voor gehandicapte personen bestemde residentiële diensten, dagonthaaldiensten en diensten voor plaatsing in gezinnen wordt vervangen door volgende bepaling :

" Begunstigde : elke gehandicapte persoon zoals omschreven in artikel 2 van het decreet en voor wie tot de noodzaak tot tenlasteneming door één van de diensten bedoeld in de artikelen 4, 5 en 7 besloten wordt bij beslissing tot tegemoetkoming van het Agentschap. "

Art. 3. Artikel 2, 11°, van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepaling :

" Dienst : de diensten bedoeld in artikel 24, tweede lid, 6°, 7°, 9° en 11°, van het decreet, erkend door het Agentschap, en de diensten bedoeld in artikel 4, § 3 en § 3bis. "

Art. 4. In artikel 2 van hetzelfde besluit wordt er een punt 12° luidend als volgt toegevoegd :

" Dienst voor vroegtijdige hulpverlening : de dienst bedoeld in het decreet van 12 juli 1990 houdende organisatie van de erkenning en de toekenning van toelagen aan de diensten voor vroegtijdige hulpverlening aan gehandicapte kinderen. "

Art. 5. In artikel 2 van hetzelfde besluit wordt een punt 13° luidend als volgt toegevoegd :

" 13° Begeleidingsdienst : de dienst bedoeld in het decreet van 28 juli 1992 betreffende de begeleidingsdiensten voor volwassen gehandicapten. "

Art. 6. In artikel 2 van hetzelfde besluit wordt een punt 14° luidend als volgt ingevoegd :

" 14° Kort verblijf : tenlasteneming in de opvang of in de opvang en huisvesting, tijdens korte periodes die in het totaal per begunstigde niet meer bedragen dan negentig dagen per jaar en tijdens welke laatstbedoelde van een dienst begeleiding krijgt op educatief, psychologisch en sociaal vlak, die aangepast is aan diens behoeften met het oog op het verlenen van tijdelijke steun en occasionele rust aan begunstigde en diens naasten. "

Art. 7. In artikel 2 van hetzelfde besluit wordt een punt 15° luidend als volgt ingevoegd :

" 15° Polygehandicapte persoon : kind of volwassene met verschillende ernstige deficiënties waaronder geestelijke achterstand, gekenmerkt door een intelligentiequotiënt van onder 50, die in belangrijke mate afhankelijk is van menselijke en technische hulp, zonder onderbreking, door naasten en op geïndividualiseerde wijze. "

Art. 8. In artikel 3, § 1, van hetzelfde besluit worden de punten 1° en 2° vervangen door volgende bepalingen :

" 1° wordt tijdens de week opgevangen of gehuisvest door de dienst of is aanwezig op buitenactiviteiten die georganiseerd worden onder de verantwoordelijkheid van de dienst en die geïntegreerd worden in het individuele project van de begunstigde zoals bedoeld in artikel 12, § 2.

Om in overweging te worden genomen, dienen de buitenactiviteiten opgenomen te worden in het register bedoeld in artikel 12, § 7;

  1. wordt opgevangen of gehuisvest door de dienst of is aanwezig bij buitenactiviteiten zoals omschreven onder punt 1° tijdens weekends, feestdagen of vakantieperiodes die door de dienst worden georganiseerd; ".

    Art. 9. In artikel 3, § 3, van hetzelfde besluit wordt punt 1° vervangen door volgende bepaling :

    " 1° de dagen zoals omschreven in § 1, 1° en 2° ".

    Art. 10. Artikel 4, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepalingen :

    " § 1. De dagonthaaldienst vangt tijdens de daguren begunstigden op die een gewone of bijzondere onderwijsinstelling bezoeken.

    Hij kan tijdens de schooltijd jongeren opvangen die wegens hun handicap tijdelijk verwijderd worden van de onderwijsinstellingen die zij bezoeken.

    Dit type tenlasteneming wordt enkel door het Agentschap gesubsidieerd als voor de verwijdering een attest bestaat van de schoolinstelling die opgesteld is op grond van een met redenen omkleed advies van het psycho-medisch-sociaal centrum en waarin de duur van en de reden voor de verwijdering zijn opgenomen, alsmede de concrete wijze waarop samengewerkt wordt tussen de onderwijsinstelling en de dienst, en de in acht genomen procedure voor herintegratie van de jongere in bedoelde instelling. "

    Art. 11. Artikel 4, § 2, van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepalingen :

    " § 2. De dagonthaaldienst voor niet-schoolgaande jongeren vangt tijdens de daguren begunstigden op die wegens hun handicap geen gewone of bijzondere onderwijsinstelling bezoeken.

    Hij zorgt voor een individuele, educatieve, medische, therapeutische, psychologische en sociale tenlasteneming die aangepast is aan hun behoeften.

    Hij beoogt een integratie van de gehandicapte persoon in het school-, maatschappelijk, culturele of beroepsleven.

    De onmogelijkheid om een onderwijsinstelling te bezoeken dient te zijn vastgesteld volgens de vigerende wettelijke en regelgevende procedures. "

    Art. 12. In artikel 4, § 3, van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen door volgende bepalingen :

    " De dienst voor integratiehulp is bestemd voor begunstigden van 6 tot en met 20 jaar. Er kan een afwijking, gegrond op de leeftijd van de begunstigden, worden toegestaan door het Agentschap, ingegeven door individuele projecten.

    In samenwerking met het gezin en andere betrokkenen zorgt de dienst voor :

    1. een educatieve en psychotherapeutische hulpverlening aan de begunstigden en aan hun gezin via individuele acties waarbij beoogd wordt om een optimale integratie in school- en maatschappelijk leven mogelijk te maken;

    2. een informatie-, hulp- en steunverlening aan de begunstigden met het oog op een betere zelfstandigheid, meer bepaald voor wat betreft het beheren en het op zich nemen van de dagelijkse activiteiten, de huisvesting, het werk, de vorming, het inkomen en de vrije tijd. "

    Art. 13. In artikel (lees : artikel 4) van hetzelfde besluit wordt een § 3bis luidend als volgt ingevoegd :

    " § 3bis. De dienst voor integratiehulp is bestemd voor begunstigden van 6 tot en met 20 jaar. Er kan een afwijking, gegrond op de leeftijd van de begunstigden, worden toegestaan door het Agentschap, ingegeven door individuele projecten.

    De dienst verleent de begunstigden een bijzondere hulp die noodzakelijkerwijs gecoördineerd dient te worden met andere actoren die samenwerken met de jongeren en hun gezin met het doel de verschillende ondernomen acties zinvol en coherent te maken :

  2. de dienst voor integratiehulp wordt erkend voor één of verschillende opdrachten zoals volgt die in een gezinsondersteunende context als doel dienen te hebben, de integratie van de jongeren in het school-, maatschappelijk, cultureel en beroepsleven :

    1. educatieve, psychotherapeutische en maatschappelijke hulpverlening aan de jongeren via individuele acties die worden ondernomen buiten de schooluren, met het oog op een betere zelfstandigheid meer bepaald voor wat betreft het beheren en het op zich nemen van de dagelijkse activiteiten, de huisvesting, het werk, de vorming, het inkomen en de vrije tijd;

    2. educatieve, psychotherapeutische en maatschappelijke hulpverlening aan de jongeren via groepsactiviteiten of groepswerk die hoofdzakelijk verwezenlijkt worden buiten de " schooluren ", in samenwerking met het maatschappelijk netwerk;

    3. educatieve, psychotherapeutische en maatschappelijke hulpverlening aan de jongeren via individuele of groepsactiviteiten die hoofdzakelijk tijdens de " schooluren " georganiseerd of verwezenlijkt worden met jongeren die tijdelijk verwijderd worden uit de onderwijsinstelling die zij bezoeken, en in samenwerking met bedoelde instelling;

    4. de oriëntatie van de jongeren zoals omschreven in 2°;

  3. de dienst voor integratiehulp die een oriënteringsopdracht heeft, werkt een diepgaande analyse uit van de behoeften van de gehandicapte persoon waarin de bijzondere observatiemaatregel verantwoord wordt. Voor elke gehandicapte persoon wordt er een analyse gemaakt van de behoeften, alsmede een oriënteringsproject opgesteld waardoor, voor zover mogelijk en als dat niet tegen het belang van de persoon indruist, het behoud van de gehandicapte persoon in diens gezin begunstigd wordt. De dienst verwezenlijkt de opdrachten die hem door het Agentschap worden toevertrouwd, waarbij het verzoek van laatstgenoemde de doelstellingen, de redenen en de duur van de observatie dient aan te geven. In beginsel duurt de observatie drie weken, waarbij de eerste observatieperiode één enkele keer verlengd kan worden voor een maximumduur van drie weken. Bedoelde verlenging moet in een met redenen omkleed verzoek worden aangevraagd, waarmee ingestemd dient te worden door het Agentschap vóór de verlenging ingaat. Binnen een termijn van vijftien dagen te rekenen vanaf het einde van de opdracht richt de dienst een verslag aan het Agentschap waarin een diepgaande analyse wordt gemaakt van de behoeften van de gehandicapte persoon. Daarin worden de conclusies uit de observatie getrokken en wordt een oriëntatie of een nieuwe evaluatie voorgesteld zodat het Agentschap beslissingsondersteunende begeleiding krijgt. "

    Art. 14. In artikel 4, § 4, van hetzelfde besluit worden de woorden " daarin inbegrepen in kort verblijf " ingevoegd tussen de woorden " dagonthaal " en " aan volwassen begunstigden ".

    Art. 15. In artikel 5, § 1, van hetzelfde besluit worden de woorden " daarin inbegrepen in kort verblijf " ingevoegd tussen de woorden " begunstigden " en " die ".

    Art. 16. In artikel 5, § 2, van hetzelfde besluit worden de woorden " daarin inbegrepen in kort verblijf " ingevoegd tussen de woorden " begunstigden " en " waarborgt ".

    Art. 17. In artikel 5, § 3, van hetzelfde besluit worden de woorden " daarin inbegrepen in kort verblijf " ingevoegd tussen de woorden " begunstigden " en " waarborgt ".

    Art. 18. In artikel 5, § 4, derde lid, van hetzelfde besluit wordt het zinsdeel " of met een dienst voor integratiehulp " toegevoegd na de woorden " met de betrokken begeleidingsdienst ".

    Art. 19. In artikel 7 van hetzelfde besluit...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT