Decreet houdende verschillende maatregelen inzake fiscaliteit van de voertuigen, spelen en weddenschappen en automatische ontspanningstoestellen, de 28 novembre 2013

Titel I. - Wijziging van de wet van 27 december 1994 tot goedkeuring van het Verdrag inzake de heffing van rechten voor het gebruik van bepaalde wegen door zware vrachtwagens, ondertekend te Brussel op 9 februari 1994 door de Regeringen van het Koninkrijk België, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden, en tot invoering van een Eurovignet overeenkomstig Richtlijn 93/89/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 oktober 1993

Artikel 1. In artikel 2, tweede lid, van de wet van 27 december 1994 tot goedkeuring van het Verdrag inzake de heffing van rechten voor het gebruik van bepaalde wegen door zware vrachtwagens, ondertekend te Brussel op 9 februari 1994 door de Regeringen van het Koninkrijk België, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden, en tot invoering van een Eurovignet overeenkomstig Richtlijn 93/89/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 oktober 1993, wordt het woord "Artikelen 2" vervangen door het woord "Artikelen 2ter".

Art. 2. In hoofdstuk II - Eurovignet van dezelfde wet wordt een artikel 2ter ingevoegd, luidend als volgt :

Art. 2ter. De dienst aangewezen door de Regering krijgt de bevoegdheid om de verkregen rechten over het eurovignet, waarvoor een dwangschrift van de federale ontvanger werd uitgevaardigd, te innen en in te vorderen.".

Art. 3. Artikel 5 van dezelfde wet wordt aangevuld met vijf leden, luidend als volgt :

"Voor de vrijstelling bedoeld in het eerste lid, 2°, wordt aan de voorwaarde "af en toe rijden met een voertuig" verondersteld voldaan te zijn als het betrokken voertuig maximum dertig dagen op de openbare weg wordt gebruikt tijdens het belastbare tijdperk.

De begunstigde van de vrijstelling kan de naleving van deze voorwaarde bewijzen via een rittenblad dat hij zal bijhouden en dat zich steeds aan boord van het voertuig zal moeten bevinden.

Het rittenblad moet worden aangevraagd, tijdens het onderschrijven van de aangifte bedoeld in artikel 9, aan de dienst aangewezen door de Regering. Het blad heeft een maximale geldigheidsduur van twaalf opeenvolgende maanden, zonder de duur van het belastbare tijdperk echter te mogen overschrijden.

De begunstigde van de vrijstelling die zijn aangifte binnenbrengt of zijn inschrijving stopzet en vervolgens opnieuw aangifte doet voor hetzelfde voertuig binnen een periode van twaalf maanden na de aanvangsdatum van het laatst geldige rittenblad, zal geen nieuw rittenblad kunnen aanvragen. De begunstigde van de vrijstelling die een rittenblad aanvraagt dat wordt geweigerd wegens laattijdige aanvraag, zal voor de periode van twaalf maanden die volgt op het begin van het lopende belastbare tijdperk waarvoor de aanvraag van een rittenblad werd geweigerd ook geen nieuw rittenblad kunnen aanvragen.

De Waalse Regering bepaalt het model van het rittenblad alsook de indienings- en verzendingsmodaliteiten.".

Art. 4. Artikel 6 van dezelfde wet wordt gewijzigd als volgt :

in het eerste lid worden de woorden "eigenaar van het voertuig" vervangen door de woorden "de natuurlijke of rechtspersoon die in het inschrijvingsbewijs is of moet opgenomen worden";

2) in het tweede lid :

  1. de woorden "de eigenaar" worden telkens vervangen door de woorden "de natuurlijke of rechtspersoon die in het inschrijvingsbewijs is opgenomen of moet opgenomen worden,";

  2. het woord "of" wordt vervangen door het woord "en".

    Art. 5. In artikel 8, § 2, derde lid, van dezelfde wet, gewijzigd door de wet van 10 juni 2001 wordt het woord "Koning" vervangen door de woorden "Waalse Regering".

    Art. 6. Artikel 9, van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 10 juni 2001 wordt gewijzigd als volgt :

    1) het eerste lid wordt vervangen als volgt :

    "Het eurovignet moet uit eigen beweging bij de dienst aangewezen door de Waalse Regering worden betaald vóór het begin van ieder belastbaar tijdperk.";

    2) het laatste lid dat met de woorden "Bij de betaling" begint, wordt opgeheven.

    Art. 7. De artikelen 10 en 11 van dezelfde wet worden opgeheven.

    Art. 8. Artikel 12 van dezelfde wet, respectievelijk gewijzigd bij de wetten van 10 april 1995, 13 maart 2001 en 10 juni 2001 wordt gewijzigd als volgt :

    1) in § 1, eerste en tweede lid, worden de woorden "tegen teruggave van het certificaat" geschrapt

    2) in § 2, 2°, vierde lid, worden de woorden "de bevoegde gewestelijke directeur verantwoordelijk voor de diensten belast met de inning van het eurovignet" vervangen door de woorden "de dienst aangewezen door de Waalse Regering";

    3) in § 2, 2°, laatste lid, wordt het woord "Koning" vervangen door de woorden "Waalse Regering".

    Art. 9. In artikel 13 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 10 juni 2001 wordt het woord "Koning" vervangen door de woorden "Waalse Regering".

    Art. 10. Artikel 14 van dezelfde wet wordt opgeheven.

    Art. 11. In artikel 16 van dezelfde wet, wordt het woord "Koning" vervangen door de woorden

    "Waalse Regering".

    Titel II. - Wijzigingen van het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen

    HOOFDSTUK I. - Gemeenschappelijke bepalingen

    Art. 12. Artikel 2ter, eerste lid van het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen, ingevoegd bij het decreet van 10 december 2009, wordt aangevuld met de punten 3°, 4° en 5°, luidend als volgt :

    "3° de verkeersbelasting op autovoertuigen;

    1. de belasting op de inverkeerstelling;

    2. het eurovignet.".

    HOOFDSTUK II. - De verkeersbelasting op autovoertuigen

    Art. 13. Artikel 5 van hetzelfde Wetboek, respectievelijk gewijzigd bij de wetten van 25 januari 1999, 7 november 2000 en 8 april 2002, wordt gewijzigd als volgt :

    1) in § 1 :

  3. in punt 6°, b), tweede lid, en 7°, tweede lid, worden de woorden "Minister van Financiën" vervangen door de woorden "Waalse Regering";

  4. in het tweede lid wordt het woord "Koning" vervangen door de woorden "Waalse Regering";

    2 er wordt een § 3 ingevoegd, luidend als volgt :

    "Voor de vrijstellingen bedoeld in de §§ 1, 10°, en 2, 2°, wordt aan de voorwaarde "af en toe rijden met een voertuig" verondersteld voldaan te zijn als het betrokken voertuig maximum dertig dagen op de openbare weg wordt gebruikt tijdens het belastbare tijdperk.

    De begunstigde van de vrijstelling kan de naleving van deze voorwaarde bewijzen via een rittenblad dat hij zal bijhouden en dat zich steeds aan boord van het voertuig zal moeten bevinden.

    Het rittenblad moet worden aangevraagd, tijdens de onderschrijving van de aangifte bedoeld in artikel 36ter, § 2, en 36quater, § 2, aan het Operationeel directoraat-generaal Fiscaliteit van de Waalse Overheidsdienst. Het blad heeft een maximale geldigheidsduur van twaalf opeenvolgende maanden, zonder de duur van het belastbare tijdperk echter te mogen overschrijden.

    De begunstigde van de vrijstelling die zijn aangifte binnenbrengt of zijn inschrijving stopzet en vervolgens opnieuw aangifte doet voor hetzelfde voertuig binnen een periode van twaalf maanden na de aanvangsdatum van het laatst geldige rittenblad, zal geen nieuw rittenblad kunnen aanvragen. De begunstigde van de vrijstelling die een rittenblad aanvraagt dat wordt geweigerd wegens laattijdige aanvraag, zal voor de periode van twaalf maanden die volgt op het begin van het lopende belastbare tijdperk waarvoor de aanvraag van een rittenblad werd geweigerd ook geen nieuw rittenblad kunnen aanvragen.

    De Waalse Regering bepaalt het model van het rittenblad alsook de indienings- en verzendingsmodaliteiten.".

    Art. 14. In artikel 7, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT