3 AUGUSTUS 2012. - Koninklijk besluit betreffende de federale instantie voor onderzoek van scheepvaartongevallen tot nadere regeling van de rapportering en tot vaststelling van de legitimatiekaart

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 2 juni 2012 betreffende de federale instantie voor onderzoek van scheepvaartongevallen, de artikelen 9, § 2, tweede lid, 23, 28, § 1, eerste lid, en 32;

Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 17 oktober 2011;

Gelet op het advies van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht, gegeven op 9 december 2011;

Gelet op advies 51.519/4 van de Raad van State, gegeven op 4 juli 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het voorafgaande onderzoek met betrekking tot de noodzakelijkheid van de uitvoering van een effectbeoordeling waaruit blijkt dat een effectbeoordeling niet vereist is;

Op de voordracht van de Minister van Noordzee,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2009/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 tot vaststelling van de grondbeginselen voor het onderzoek van ongevallen in de zeescheepvaartsector en tot wijziging van de Richtlijn 1999/35/EG van de Raad en Richtlijn 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad.

Art. 2. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. « wet » : de wet van 2 juni 2012 betreffende de federale instantie voor onderzoek van scheepvaartongevallen;

  2. « FOSO » : de federale instantie voor onderzoek van scheepvaartongevallen bedoeld in artikel 7 van de wet;

  3. « de minister » : de Minister bevoegd voor de Maritieme Mobiliteit.

Art. 3. Overeenkomstig artikel 9, § 2, tweede lid, van de wet rapporteert de directeur van de FOSO aan de Voorzitter van de Kamer van volksvertegenwoordigers in het Frans en het Nederlands uiterlijk op 31 juli over de onderzoeken bedoeld in artikel 9, § 2, eerste lid, van de wet, uitgevoerd in het voorafgaande kalenderjaar.

Art. 4. Over een veiligheidsonderzoek dat uit hoofde van de wet wordt verricht, wordt een rapport gepubliceerd overeenkomstig artikel 28, § 1, eerste lid, van de wet waarvan de inhoud bepaald is in bijlage 1.

Art. 5. De FOSO brengt de Europese Commissie op de hoogte van scheepvaartongevallen en incidenten in de in bijlage 2 omschreven vorm.

Art. 6. Iedere onderzoeker van FOSO is houder van een legitimatiekaart waarvan het model vervat is in bijlage 3.

De legitimatiekaart bedoeld in het eerste lid wordt afgegeven door de minister.

Art. 7. De Minister bevoegd voor de Maritieme Mobiliteit is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 3 augustus 2012.

ALBERT

Van Koningswege :

De Vice-Eerste Minister

en Minister van Economie, Consumenten en Noordzee,

J. VANDE LANOTTE

Bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 3 augustus 2012 betreffende de federale instantie voor onderzoek van scheepvaartongevallen tot nadere regeling van de rapportering en tot vaststelling van de legitimatiekaart

Inhoud van het rapport over het veiligheidsonderzoek

Voorwoord

In dit deel dient de exclusieve doelstelling van het veiligheidsonderzoek te worden omschreven. Voorts dient te worden vermeld dat een veiligheidsonderzoek in geen geval een vermoeden van aansprakelijkheid of schuld schept en dat het rapport qua vorm en inhoud niet mag worden gebruikt in...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT