Uittreksel uit arrest nr. 151/2006 van 18 oktober 2006 Rolnummers 3819 en 3820 In zake : de beroepen tot vernietiging van de wet van 3 mei 2005 houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 bet

Uittreksel uit arrest nr. 151/2006 van 18 oktober 2006

Rolnummers 3819 en 3820

In zake : de beroepen tot vernietiging van de wet van 3 mei 2005 houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, en van de wet van 3 mei 2005 houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen, ingesteld door de VZW Ligue des droits de l'homme.

Het Arbitragehof,

samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters P. Martens, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke en J. Spreutels, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior,

wijst na beraad het volgende arrest :

  1. Onderwerp van de beroepen en rechtspleging

    Bij verzoekschriften die aan het Hof zijn toegezonden bij op 28 november 2005 ter post aangetekende brieven en ter griffie zijn ingekomen op 29 november 2005, heeft de VZW Ligue des droits de l'homme, met maatschappelijke zetel te 1190 Brussel, Alsembergsesteenweg 303, beroep tot vernietiging ingesteld :

    - van de wet van 3 mei 2005 houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 27 mei 2005, derde editie);

    - van de wet van 3 mei 2005 houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 27 mei 2005, derde editie).

    Die zaken, ingeschreven onder de nummers 3819 en 3820 van de rol van het Hof, werden samengevoegd.

    (...)

  2. In rechte

    (...)

    Ten aanzien van de bestreden bepalingen

    B.1. Onderwerp van de beroepen tot vernietiging zijn twee wetten van dezelfde datum : de wet van 3 mei 2005 houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen (zaak nr. 3819), enerzijds, en de wet van 3 mei 2005 houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 tot oprichting van een beroepsorgaan inzake veiligheidsmachtigingen (zaak nr. 3820), anderzijds.

    De classificatie biedt een bijzondere bescherming aan informatie, documenten of gegevens, materieel, materialen of stoffen, in welke vorm ook, waarvan de oneigenlijke aanwending schade kan toebrengen aan de verdediging van de onschendbaarheid van het nationaal grondgebied en van de militaire defensieplannen, de vervulling van de opdrachten van de strijdkrachten, de inwendige veiligheid van de Staat (met inbegrip van het domein van de kernenergie) en het voortbestaan van de democratische en grondwettelijke orde, de uitwendige veiligheid van de Staat en de internationale betrekkingen van België, het wetenschappelijk en economisch potentieel van het land, elk ander fundamenteel belang van de Staat, de veiligheid van de Belgische onderdanen in het buitenland, de werking van de besluitvormingsorganen van de Staat en de veiligheid van de personen aan wie, krachtens artikel 104, § 2, van het Wetboek van Strafvordering, bijzondere beschermingsmaatregelen worden toegekend (artikel 3 van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen).

    B.2.1. Om toegang te krijgen tot geclassificeerde informatie, documenten of gegevens, materieel, materialen of stoffen, moet men krachtens artikel 8 van de laatstvermelde wet houder zijn van een veiligheidsmachtiging waarvan het niveau overeenstemt met het classificatieniveau van de informatie, afgegeven door de veiligheidsoverheid na onderzoek door een inlichtingen- en veiligheidsdienst.

    De veiligheidsmachtiging is een officieel attest, verstrekt op grond van de gegevens verzameld door een inlichtingen- en veiligheidsdienst, naar luid waarvan, om toegang te krijgen tot gegevens waaraan een zekere graad van vertrouwelijkheid is toegekend, een natuurlijke persoon voldoende garanties biedt inzake geheimhouding, loyauteit en integriteit en een rechtspersoon voldoende garanties biedt inzake de materiële en technische middelen en de methoden, gebruikt om die gegevens te beschermen, en inzake de geheimhouding, de loyauteit en de integriteit van zijn organen en aangestelden die in aanmerking komen om toegang te hebben tot die gegevens (artikel 13, 2°, van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen).

    Met toepassing van voormeld artikel 8 kan de toegang tot lokalen, gebouwen of terreinen die geclassificeerde informatie, documenten, gegevens, materieel, materialen of stoffen bevatten, door de overheden die de Koning aanwijst aan dezelfde voorwaarden worden onderworpen.

    Met toepassing van artikel 12 van dezelfde wet kan de overheid die bevoegd is om de toegang tot een betrekking, een functie of een graad of om het sluiten van een overeenkomst of een overheidsopdracht te regelen, in bepaalde gevallen het bezit van een veiligheidsmachtiging voorschrijven.

    B.2.2.1. De wet van 3 mei 2005 houdende wijziging van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen voert naast de veiligheidsmachtiging twee nieuwe instrumenten van het veiligheidsbeleid in : het veiligheidsattest en het veiligheidsadvies.

    B.2.2.2. Het veiligheidsattest is krachtens het nieuwe artikel 22bis van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen, in twee gevallen vereist.

    De eerste hypothese betreft de toegang, voor een bepaalde duur (artikel 22quater van dezelfde wet) van een persoon tot lokalen, gebouwen of terreinen die geclassificeerde informatie, documenten, gegevens, materieel, materialen of stoffen bevatten. Het betreft in dat geval een vereenvoudigde regeling die de veiligheidsmachtiging vervangt wanneer er gezien de omstandigheden geen reden is om de omslachtige procedure van het veiligheidsonderzoek te volgen.

    De tweede hypothese betreft de toegang, voor een beperkte duur, tot lokalen, gebouwen of terreinen die een band hebben met functies van publieke overheden of de toegang tot een welbepaald nationaal of internationaal, diplomatiek of protocollair evenement. In dat geval wordt de vereiste van het bezit van een veiligheidsattest afhankelijk gesteld van twee voorwaarden : enerzijds, het bestaan van « redenen van openbare orde, veiligheid of de bescherming van de fysieke integriteit van de aanwezige personen »; anderzijds, het bestaan van een mogelijke dreiging in de zin van artikel 8, 1°, van de wet van 30 november 1998 houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdienst, dit wil zeggen : « elke individuele of collectieve activiteit ontplooid in het land of vanuit het buitenland die verband kan houden met spionage, inmenging, terrorisme, extremisme, proliferatie, schadelijke sektarische organisaties, criminele organisaties, daarbij inbegrepen de verspreiding van propaganda, de aanmoediging of de rechtstreekse of onrechtstreekse steun, onder meer door het verstrekken van financiële, technische of logistieke middelen, het verstrekken van inlichtingen over mogelijke doelwitten, de ontwikkeling van structuren en van actiecapaciteit en de verwezenlijking van de nagestreefde doeleinden ».

    Het veiligheidsattest wordt in principe afgegeven en ingetrokken door de veiligheidsoverheid (artikel 22ter, eerste lid, van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen). Overheden die in de wet op limitatieve wijze worden opgesomd, kunnen die bevoegdheid evenwel uitoefenen wanneer het de toegang tot lokalen, gebouwen of terreinen betreft waarvoor zij verantwoordelijk zijn of wanneer het evenementen betreft die zijzelf organiseren (artikel 22ter, tweede lid).

    Het veiligheidsattest wordt afgegeven op basis van een veiligheidsverificatie die wordt uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de veiligheidsoverheid (artikel 22quater van de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de veiligheidsmachtigingen, veiligheidsattesten en veiligheidsadviezen).

    Artikel 22sexies van dezelfde wet bepaalt de inhoud van de veiligheidsverificatie.

    Zij is beperkt tot de raadpleging van bestaande gegevens die alleen betrekking hebben op de betrokken persoon, met uitsluiting van elk proactief « onderzoek ».

    B.2.2.3. Het veiligheidsadvies wordt eveneens afgegeven nadat een veiligheidsverificatie heeft plaatsgevonden.

    Behoudens in die gevallen waarin bijzondere wetten voorzien in de raadpleging van een inlichtingen-, veiligheids- of politiedienst, kan een administratieve overheid beslissen dat voor de toelating tot de uitoefening van een bepaald beroep, functie, opdracht of mandaat, of voor de toelating tot de toegang tot bepaalde lokalen, gebouwen of terreinen, alsmede voor het bezit van een bepaalde vergunning, licentie of toelating voorafgaandelijk een veiligheidsverificatie wordt uitgevoerd door de veiligheidsoverheid. Die beslissing kan slechts genomen worden wanneer de uitoefening van een beroep, een functie, een opdracht of mandaat, of de toegang tot lokalen, gebouwen of terreinen, of het bezit van een vergunning, een licentie of een toelating door een oneigenlijk gebruik schade kan toebrengen aan de verdediging van de onschendbaarheid van het nationaal grondgebied en van de militaire defensieplannen, de vervulling van de opdrachten van de strijdkrachten, de inwendige veiligheid van de Staat, met inbegrip van het domein van de kernenergie, en het voortbestaan van de democratische en grondwettelijke orde, de uitwendige veiligheid van de Staat en de internationale betrekkingen van België, het wetenschappelijk en economisch potentieel van het land, de veiligheid van de Belgische onderdanen in het buitenland of de werking van de besluitvormingsorganen van de Staat (artikel 22quinquies, § 1, eerste en tweede lid, van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT