Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de reglementering betreffende het sociaal huurstelsel en de overdracht van onroerende goederen, de 25 mars 2009

Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 tot reglementering van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. punt 1° wordt vervangen door wat volgt :

    " 1° actueel besteedbaar inkomen : het gemiddelde van het effectief beschikbare inkomen over de periode van zes maanden die aan de referentiedatum voorafgaat, van de kandidaat-huurder, met uitsluiting van de ongehuwde kinderen die vanaf hun meerderjarigheid zonder onderbreking deel uitmaken van het gezin en die minder dan 25 jaar oud zijn op het ogenblik van de referentiedatum. Het inkomen van inwonende ascendenten van de referentiehuurder wordt slechts voor de helft aangerekend. Het wordt niet aangerekend voor de familieleden van de eerste en de tweede graad van de referentiehuurder die erkend zijn als ernstig gehandicapt of die ten minste 65 jaar oud zijn. Het effectief beschikbare inkomen is het verschil tussen enerzijds alle belastbare en niet-belastbare inkomens en anderzijds de vrijgestelde inkomens, de effectief betaalde alimentatievergoeding en de effectief betaalde schuldaflossingen. De minister bepaalt de vrijgestelde inkomens en de effectief betaalde schuldaflossingen en stelt de nadere regels vast voor de berekening van het effectief beschikbare inkomen. De effectief betaalde schuldaflossingen komen alleen in aanmerking voor zover de kandidaat-huurder toegelaten is tot een collectieve schuldenregeling overeenkomstig de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van in beslag genomen onroerende goederen, of in budgetbegeleiding of budgetbeheer is bij een O.C.M.W. of bij een andere door de Vlaamse Gemeenschap erkende instelling voor schuldbemiddeling ";

  2. er wordt een punt 8°bis ingevoegd, dat luidt als volgt :

    " 8°bis : referentiehuurder :

    1. de persoon die zich bij de inschrijving opgeeft als toekomstige referentiehuurder van de sociale huurwoning;

    2. de partner van de persoon, vermeld in punt a) ;

    3. als tijdens de duur van de huurovereenkomst de personen als vermeld in punt a) en b) overlijden of uit de huurovereenkomst worden geschrapt, een huurder als vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 34°, a), b), of c), van de Vlaamse Wooncode, die daartoe aangewezen is door de overblijvende huurders; ";

  3. punt 10° wordt vervangen door wat volgt :

    " 10° huurder : een huurder als vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 34°, van de Vlaamse Wooncode; ";

  4. punt 15° wordt vervangen door wat volgt :

    " 15° inkomen : de som van de aan de personenbelasting onderworpen inkomsten en van de niet-belastbare vervangingsinkomsten van de referentiepersoon, met uitsluiting van de ongehuwde kinderen die vanaf hun meerderjarigheid zonder onderbreking deel uitmaken van het gezin en die minder dan 25 jaar oud zijn op het ogenblik van de referentiedatum. Het inkomen van inwonende ascendenten van de referentiehuurder wordt slechts voor de helft aangerekend. Het wordt niet aangerekend voor de familieleden van de eerste en de tweede graad van de referentiehuurder die erkend zijn als ernstig gehandicapt of die ten minste 65 jaar oud zijn. Ongeacht de periode waarop het inkomen betrekking heeft, wordt dat inkomen steeds geïndexeerd volgens de gezondheidsindex van de maand juni van het jaar dat aan de toepassing ervan voorafgaat en met als basis de maand juni van het jaar waarop het inkomen betrekking heeft. In afwijking daarvan wordt het inkomen niet geïndexeerd als het betrekking heeft op een periode na de maand juni van het jaar dat aan de toepassing ervan voorafgaat. Als het inkomen, in voorkomend geval na indexatie, kleiner is dan het leefloon, rekening houdend met de gezinssamenstelling van de referentiepersoon, zoals het van toepassing is in de maand juni van het jaar dat aan de vaststelling van het inkomen voorafgaat, wordt het inkomen gelijkgesteld met dat leefloon; ";

  5. er wordt een punt 19°bis ingevoegd, dat luidt als volgt :

    " 19°bis mantelzorger : de natuurlijke persoon die vanuit een sociale en emotionele band een of meer personen met een verminderd zelfzorgvermogen, niet beroepshalve maar meer dan occasioneel, helpt en ondersteunt in het dagelijkse leven; ".

    Art. 2. In hetzelfde besluit wordt een artikel 1bis ingevoegd, dat luidt als volgt :

    " Art. 1bis. De huurder die minstens twaalf maanden een huurder als vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 34°, d), van de Vlaamse Wooncode is, en die samenwoont met een huurder als vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 34°, a), van de Vlaamse Wooncode, wordt beschouwd als een huurder als vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 34°, c), van de Vlaamse Wooncode, op voorwaarde dat hij minimaal twaalf maanden op voorhand heeft gemeld aan de verhuurder dat hij de partner is van die persoon en dat hij, mits zijn partner en de verhuurder ermee akkoord gaan, de huurovereenkomst in een bijvoegsel dat bij de huurovereenkomst wordt gevoegd, ondertekent in zijn hoedanigheid van huurder als vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 34°, c), van de Vlaamse Wooncode. "

    Art. 3. In artikel 3, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  6. tussen het tweede en het derde lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt :

    " Als een ongehuwde persoon of een persoon die niet wettelijk samenwoont en die zich wil inschrijven, samenwoont met gezinsleden die de sociale huurwoning duidelijk niet mee zullen betrekken, worden die gezinsleden niet mee in aanmerking genomen voor de aftoetsing van de inschrijvingsvoorwaarden, vermeld in het eerste lid. ";

  7. in het vierde lid, dat nu het vijfde lid is geworden, worden de woorden " derde lid " vervangen door de woorden " vierde lid ".

    Art. 4. In artikel 4bis van hetzelfde besluit, ingevoegd door het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  8. in het eerste lid worden tussen de woorden " de verhuurders " en de woorden " de bevoegdheid " de woorden " of hun gemachtigde " ingevoegd;

  9. in het tweede lid worden tussen de woorden " De verhuurder " en het woord " doet " de woorden " of zijn gemachtigde " ingevoegd;

  10. in het derde lid worden de woorden " aangestelde van een verhuurder " vervangen door de woorden " verhuurder of zijn gemachtigde ";

  11. in het vierde lid worden tussen de woorden " de verhuurder " en de woorden " die persoon " de woorden " of zijn gemachtigde " ingevoegd.

    Art. 5. In artikel 4ter van hetzelfde besluit, ingevoegd door het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2008, wordt vervangen door wat volgt :

    " Art. 4ter. Het Huis van het Nederlands en de minister leggen, na overleg met de verhuurders een afsprakenkader vast voor de nadere regeling van de verlening van de bevoegdheid, vermeld in artikel 4bis, eerste lid.

    Dat afsprakenkader bepaalt minstens :

  12. de opleiding die de verhuurder of zijn gemachtigde moet volgen;

  13. de instrumenten die de verhuurder of zijn gemachtigde moet gebruiken;

  14. de gestandaardiseerde formulieren, die de verhuurder of zijn gemachtigde moet gebruiken.

    De opleiding, de instrumenten en de formulieren, vermeld in het tweede lid, zijn identiek voor alle Huizen van het Nederlands en alle verhuurders. "

    Art. 6. Aan artikel 5, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de punten 6° tot 9° toegevoegd, die luiden als volgt :

    " 6° een attest van uitstel van aanmelding, vermeld in artikel 13, § 6, tweede lid, van het inburgeringsbesluit;

  15. een attest van heraanmelding, vermeld in artikel 2, § 3, van het ministerieel besluit van 22 december 2008 tot vaststelling van de modellen van attest, van inburgeringscontract en van bijlage bij het inburgeringscontract in het kader van het inburgeringsbeleid;

  16. een attest van uitstel van ondertekening van het inburgeringscontract, vermeld in artikel 13, § 6, tweede lid, van het inburgeringsbesluit;

  17. een attest van tijdelijke opschorting van het inburgeringscontract, vermeld in artikel 13, § 6, eerste lid, van het inburgeringsbesluit. "

    Art. 7. In artikel 6, § 1, eerste lid, 2°, van hetzelfde besluit worden de woorden " die het attest, vermeld in artikel 5, eerste lid, 4° of 5° " vervangen door de woorden " die een van de attesten, vermeld in artikel 5, eerste lid, 4° tot 9° ".

    Art. 8. In artikel 8 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen door wat volgt :

    " De inschrijvingsregisters worden minstens in elk oneven jaar geactualiseerd. Daarbij wordt nagegaan of minstens de kandidaat-huurders die het tweede kalenderjaar ervoor al waren ingeschreven, nog voldoen aan de inschrijvingsvoorwaarde, vermeld in artikel 3, § 1, eerste lid, 2°, of in voorkomend geval, vermeld in artikel 29, § 2, behalve als die controle al in het kalenderjaar ervoor werd uitgevoerd. "

    Art. 9. In artikel 10 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  18. het tweede lid wordt vervangen door wat volgt :

    " Met behoud van de toepassing van het eerste lid, mag de voorkeur van de kandidaat-huurder met betrekking tot het type en de ligging van de woningen waarvoor hij zich wil inschrijven, niet leiden tot een te beperkte keuze. De verhuurder weigert die voorkeur als hij van oordeel is dat die voorkeur kennelijk een te beperkt aandeel van het patrimonium betreft of als die voorkeur ertoe leidt dat een toewijzing onmogelijk wordt. ";

  19. tussen het tweede en het derde lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt :

    " In afwijking van het tweede lid, kan de mantelzorger en de persoon die vanwege één of meer aanverwante mantelzorgers zorg en bijstand ontvangt, een meer gerichte keuze maken met betrekking tot de ligging van de woningen waarvoor hij zich wil inschrijven. "

    Art. 10. In artikel 12 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 maart 2008, wordt § 1 vervangen door wat volgt :

    " § 1. De verhuurder...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT