Reglement van procesvoering van de Commissie voor de tuchtregeling en klachtenbehandeling van 29 september 2020 TITEL 1. - Algemene bepalingen Definities Artikel 1. Voor de toepassing van dit

Reglement van procesvoering van de Commissie voor de tuchtregeling en klachtenbehandeling van 29 september 2020

TITEL 1. - Algemene bepalingen

Definities

Artikel 1. Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:

- Kennisgeving: de toezending door de Commissie van een akte van rechtspleging in origineel of in afschrift; zij geschiedt langs de postdiensten, of per elektronische post;

- Woonplaats: de plaats waar de persoon in de bevolkingsregisters is ingeschreven als hebbende aldaar zijn hoofdverblijf ;

- Bemiddelaar : de erkend bemiddelaar zoals bedoeld in artikel 1726, § 1/1 van het Gerechtelijk Wetboek ;

- Instelling: een instelling die opleidingen in bemiddeling verschaft in de zin van artikel 1727, § 2, 6°, van het Gerechtelijk Wetboek;

- Commissie: (bevoegd college van de) commissie voor de tuchtregeling en klachtenbehandeling ;

- Raadsman: advocaat of erkend bemiddelaar die de betrokken bemiddelaar of instelling bijstaat;

Secretaris: de secretaris van de Federale bemiddelingscommissie.

Art. 2. De beslissingen van de Commissie worden genomen door toedoen van het Nederlandstalig of Franstalig college.

De colleges zetelen met drie leden.

De beslissingen worden genomen bij meerderheid van stemmen. Eventuele afwijkende meningen worden niet bekend gemaakt en behoren tot het geheim van het beraad.

Art. 3. Wanneer aan de betrokken bemiddelaar of instelling verscheidene tuchtrechtelijke tekortkomingen worden toegerekend, wordt tegen hem of haar een enkele tuchtprocedure gevoerd die slechts aanleiding kan geven tot een enkele tuchtstraf.

Wanneer tijdens de tuchtprocedure een nieuwe tekortkoming wordt vastgesteld, wordt een nieuwe tuchtprocedure ingeleid evenwel zonder dat de reeds lopende procedure wordt onderbroken.

In geval van samenhang wordt deze nieuwe tekortkoming evenwel behandeld tijdens de lopende procedure.

TITEL 2. - Verzendingen, indiening van procedurestukken en bewaring dossiers

Art. 4. § 1. Onverminderd § 4, tweede lid, kan elke kennisgeving, verzending of mededeling van de Commissie langs elektronische weg geschieden op voorwaarde dat de geadresseerde heeft ingestemd met het gebruik van dit communicatiemiddel.

§ 2. De instemming van de geadresseerde kan gegeven worden in gelijk welk stuk afkomstig van de geadresseerde. De bereikbaarheid langs deze weg geldt voor de duur van de behandeling van de zaak, tenzij de geadresseerde meedeelt dat hij zijn instemming intrekt.

§ 3. De Commissie vraagt een ontvangstbewijs bij elke elektronische verzending, mededeling of kennisgeving.

§ 4. De kennisgeving, verzending of mededeling aan de bemiddelaar kan worden gedaan op het laatste elektronisch adres dat hij aan de Federale bemiddelingscommissie heeft medegedeeld. De bemiddelaar kan evenwel een bijzonder verzoek richten aan de Commissie om de tot hem gerichte verzendingen op papier te ontvangen.

De kennisgevingen, verzendingen of mededelingen aan de klager worden gedaan op het adres opgegeven in zijn klacht of bij ontstentenis hiervan op zijn woonplaats of statutaire zetel.

§ 5. Indien de elektronische kennisgevingen, verzendingen of mededelingen om technische redenen of wegens de aard of omvang van het stuk niet mogelijk zijn, geschieden ze zoals bepaald in § 6.

Bij gebrek aan een bericht van ontvangst door of namens de geadresseerde binnen twee en zeventig uur na een elektronische kennisgeving gebeurt die kennisgeving volgens de bepalingen van § 6.

§ 6. Indien een kennisgeving, verzending of mededeling niet per elektronische weg kan gebeuren, geschiedt dit hetzij bij aangetekend schrijven, hetzij door terhandstelling, tegen ontvangstbewijs aan de betrokken persoon of aan zijn vertegenwoordiger.

Art. 5. De vervaldag is in de termijn inbegrepen. Is die dag echter een zaterdag, een zondag of een wettelijke feestdag, dan wordt de vervaldag verplaatst naar de eerstvolgende werkdag.

De kennisgevingen, verzendingen of mededelingen die niet per elektronische weg gebeuren worden geacht plaats te vinden op de vijfde dag na afgifte ter verzending op het postkantoor.

Art. 6. § 1. Er wordt een dossier gehouden van alle klachten en vragen om advies.

§ 2. De gegevens worden elektronisch of op papier bewaard. De oorspronkelijk niet in elektronische vorm ingediende stukken kunnen door het secretariaat omgezet worden in elektronische vorm voor doeleinden van kennisgeving aan de belanghebbenden...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT