Wet houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 09-06-2006 en tekstbijwerking tot 01-02-2007)., de 8 juin 2006

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Deze wet zet richtlijn 91/477/EEG van de Raad van 18 juni 1991 inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens gedeeltelijk om.

Art. 2. Voor de toepassing van deze wet en de uitvoeringsbesluiten ervan wordt verstaan onder :

  1. " wapenhandelaar " : " eenieder die voor eigen rekening en gewoonlijk, als hoofdactiviteit of als nevenactiviteit, tegen een vergoeding of om niet, vuurwapens, onderdelen ervan of munitie ervoor vervaardigt, herstelt, wijzigt, verhandelt of anderszins ter beschikking stelt ";

  2. " tussenpersoon " : " eenieder die, tegen een vergoeding of om niet, de voorwaarden creëert voor het sluiten van een overeenkomst met als onderwerp de vervaardiging, de herstelling, de wijziging, het aanbod, de verwerving, de overdracht of enige andere vorm van terbeschikkingstelling van vuurwapens, onderdelen ervan of munitie ervoor, ongeacht de herkomst en de bestemming ervan en ongeacht of de goederen op het Belgische grondgebied komen, of die een dergelijke overeenkomst sluit wanneer het vervoer door een derde wordt verricht ";

  3. " antipersoonsmijnen, valstrikmijnen en soortgelijke mechanismen " : " ieder tuig dat op of onder enig oppervlak of in de nabijheid daarvan wordt geplaatst, en ontworpen of aangepast is om te ontploffen of uiteen te spatten door de aanwezigheid of nabijheid van of het contact met een persoon, al dan niet voorzien van een anti-hanteermechanisme, dat de mijn beschermt, er onderdeel van is, verbonden is met, bevestigd aan of geplaatst onder de mijn en dat in werking wordt gesteld wanneer een poging wordt gedaan de mijn te manipuleren of opzettelijk te ontregelen ";

  4. " submunitie " : " alle munitie die zich, om haar functie te vervullen, van een moederbom losmaakt. Dat betreft alle munitie of explosieve ladingen die bedoeld zijn om op een bepaald ogenblik te ontploffen nadat zij zijn gelanceerd of uitgestoten uit een moederbom met verspreidingsmunitie, met uitzondering van :

    -verspreidingssystemen die alleen rook- of lichtmunitie bevatten, of munitie die uitsluitend bestemd is om als elektrisch of elektronisch afweermiddel te dienen;

    - systemen met meervoudige munitie die alleen bedoeld is om pantservoertuigen te doorboren en te vernietigen, die uitsluitend met die doelstelling kunnen worden ingezet zonder dat ze gevechtszones kunnen bestrijken zonder enig onderscheid, meer bepaald doordat hun traject en hun doelwit moeten worden gecontroleerd, en die in voorkomend geval uitsluitend kunnen exploderen op het ogenblik dat ze inslaan en in ieder geval niet kunnen exploderen louter door het contact met, de aanwezigheid of de nabijheid van een persoon ";

  5. " blindmakend laserwapen " : " wapen ontworpen of aangepast met als enig doel of onder meer als doel om door middel van lasertechnologie mensen permanent blind te maken ";

  6. " brandwapen " : " elk wapen of elk stuk munitie dat in de eerste plaats is ontworpen om objecten in brand te steken of brandwonden toe te brengen aan personen via de inwerking van vlammen, hitte of een combinatie daarvan, voortgebracht door een chemische reactie van een op het doel gebrachte stof ";

  7. " spring- of valmes met slot " : " mes waarvan het lemmet door een mechanisme of door de zwaartekracht uit het heft wordt gebracht en automatisch wordt geblokkeerd ";

  8. " vlindermes " : " een mes, waarvan het heft in de lengterichting in tweeën is gedeeld en waarvan het lemmet naar buiten wordt gebracht door elk van de delen van het heft in tegenovergestelde richting zijdelings open te vouwen ";

  9. " namaakwapen " : " al dan niet inerte natuurgetrouwe imitatie, replica of kopie van een vuurwapen ";

  10. " lang wapen " : " wapen waarvan de looplengte meer dan 30 cm bedraagt of waarvan de totale lengte meer dan 60 cm bedraagt ";

  11. " vouwgeweer " : " wapen waarvan de loop, door volledig te draaien rond een as, langsheen de kolf komt, zodat de lengte van het wapen is herleid tot de helft ervan, waardoor het aldus gemakkelijk kan worden verborgen onder de kledij ";

  12. " niet-vuurwapen " : " elk wapen dat één of meerdere projectielen afschiet waarvan de voortstuwing niet resulteert door de verbranding van poeder of door een detonator ";

  13. " blank wapen " : " elk wapen voorzien van één of meerdere klingen die één of meerdere sneders hebben ";

  14. " werpmes " : " mes waarvan het bijzonder evenwicht toelaat met precisie te werpen ";

  15. " nunchaku " : " vlegel bestaande uit twee korte onbuigzame stokjes die met elkaar verbonden zijn door een ketting of een ander middel ";

  16. " werpster " : " metalen plaatje in de vorm van een ster en met scherpe punten, dat kan worden verborgen en ook " shuriken " wordt genoemd ";

  17. " jachtverlof " : " een document dat het recht verleent om de jacht te beoefenen en dat is afgeleverd door of namens de gewestelijke overheden bevoegd voor de jacht, of een gelijkwaardig document afgeleverd in een andere lidstaat van de Europese Unie, of een door de minister van Justitie erkend document afgeleverd in een andere staat ";

  18. " sportschutterslicentie " : " een document dat het recht verleent om de schietsport te beoefenen en dat is afgeleverd door of namens de gemeenschapsoverheden bevoegd voor sport, of een gelijkwaardig document afgeleverd in een andere lidstaat van de Europese Unie of een door de minister van Justitie erkend document afgeleverd in een andere staat ";

  19. " schietstand " : " een schietinstallatie voor vuurwapens, al dan niet gelegen in een gesloten lokaal ";

  20. " munitie " : " een geheel bestaande uit een huls, een slaghoekje, een kruitlading en een of meer projectielen ";

  21. " automatisch vuurwapen " : " enig vuurwapen dat, na elk afgevuurd schot, zich automatisch herlaadt en dat met een druk op de trekker, een salvo van meerdere schoten kan afvuren ".

    HOOFDSTUK II. - Indeling van de wapens.

    Art. 3. § 1. Als verboden wapens worden beschouwd :

  22. antipersoonsmijnen, valstrikmijnen en soortgelijke mechanismen, en blindmakende laserwapens;

  23. brandwapens;

  24. wapens ontworpen voor uitsluitend militair gebruik, zoals automatische vuurwapens, lanceertoestellen, artilleriestukken, raketten, wapens die gebruik maken van andere vormen van straling dan die bedoeld onder het 1°, munitie die specifiek is ontworpen voor die wapens, bommen, torpedo's en granaten;

  25. submunitie;

  26. spring- of valmessen met slot, vlindermessen, boksbeugels en blanke wapens die uiterlijk gelijken op een ander voorwerp;

  27. degenstokken en geweerstokken die geen historische sierwapens zijn;

  28. knotsen en wapenstokken;

  29. vuurwapens waarvan de kolf of de loop op zich in verschillende delen kan worden uiteengenomen, vuurwapens die zodanig zijn vervaardigd of gewijzigd dat het dragen ervan niet of minder zichtbaar is dan wel dat hun technische eigenschappen niet meer overeenstemmen met die van het model zoals omschreven in de vergunning tot het voorhanden hebben ervan en vuurwapens die uiterlijk gelijken op een ander voorwerp dan een wapen;

  30. draagbare tuigen waarmee door een elektrische stroomstoot personen weerloos kunnen worden gemaakt of pijn kan worden toegebracht, met uitzondering van medische of diergeneeskundige hulpmiddelen;

  31. voorwerpen bestemd voor het treffen van personen met giftige, verstikkende, traanverwekkende en soortgelijke stoffen, met uitzondering van medische hulpmiddelen;

  32. vouwgeweren boven kaliber 20;

  33. werpmessen;

  34. nunchaku's;

  35. werpsterren;

  36. vuurwapens uitgerust met de volgende onderdelen en hulpstukken, evenals de volgende onderdelen en hulpstukken afzonderlijk :

    - geluiddempers;

    - laders met een grotere capaciteit dan de normale capaciteit zoals bepaald door de minister van Justitie voor een bepaald model vuurwapen;

    - richtapparatuur voor vuurwapens, die een straal projecteert op het doel;

    - mechanismen die toelaten een vuurwapen om te vormen tot een automatisch vuurwapen;

  37. door de ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken aangewezen tuigen, wapens en munitie die een ernstige bedreiging voor de openbare veiligheid kunnen vormen en wapens en munitie die om die reden alleen de diensten bedoeld in artikel 27, § 1, tweede en derde lid, voorhanden mogen hebben;

  38. voorwerpen en stoffen die niet als wapen zijn ontworpen, maar waarvan, gegeven de concrete omstandigheden, duidelijk is dat degene die ze voorhanden heeft, draagt of vervoert, ze wenst te gebruiken voor het toebrengen van lichamelijk letsel aan of het bedreigen van personen.

    § 2. Als vrij verkrijgbare wapens worden beschouwd :

  39. de blanke wapens, de niet-vuurwapens en de namaakwapens waarvoor geen bijzondere regeling geldt;

  40. de vuurwapens met een historische, folkloristische of decoratieve waarde zoals bepaald door de Koning. Indien dergelijke vuurwapens buiten het kader van historische of folkloristische manifestaties voor het schieten worden bestemd, worden zij evenwel beschouwd als vergunningsplichtige vuurwapens;

  41. de vuurwapens die, overeenkomstig de regels vastgesteld door de Koning, definitief voor het schieten onbruikbaar zijn gemaakt;

  42. de vuurwapens die ontworpen zijn voor het geven van alarm of signalen, reddingsactiviteiten, slachten van dieren of visserij met harpoenen, of bestemd zijn voor industriële of technische doeleinden, mits zij alleen voor dat welbepaalde gebruik kunnen worden aangewend, overeenkomstig regels vastgesteld door de Koning. Artikel 5 is niet van toepassing op deze wapens.

    § 3. Als vergunningsplichtige wapens worden beschouwd :

  43. alle overige vuurwapens;

  44. andere wapens die door de Koning bij deze categorie worden ingedeeld.

    HOOFDSTUK III. - Nationaal identificatienummer.

    Art. 4. Alle in België gefabriceerde of ingevoerde vuurwapens dienen ingeschreven te worden in een centraal wapenregister, waar deze wapens een uniek identificatienummer toegewezen krijgen.

    HOOFDSTUK IV. - Erkenning van wapenhandelaars, tussenpersonen, wapenverzamelaars en alle andere personen die een beroep uitoefenen dat het voorhanden...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT