Rechterlijke Orde Bij koninklijk besluit van 21 januari 2024, waarbij mevr. De Beer A
Rechterlijke Orde
Bij koninklijk besluit van 21 januari 2024, waarbij mevr. De Beer A, secretaris in de klasse A1 met de titel van secretatis-hoofd van dienst bij het parket van het hof van beroep te Gent, op haar verzoek, in ruste wordt gesteld, worden de woorden van artikel 1 van het koninklijk besluit van 19 december 2023, "secretaris benoemd in de klasse A1" vervangen door de woorden "secretatis benoemd in de klasse A2".
Bij koninklijk besluit van 21 januari 2024, wordt het koninklijk besluit van 14 september 2022, waarbij de heer Yildiz G., werd benoemd in de hoedanigheid van stagiair in de graad van secretaris bij het parket voor verkeersveiligheid, als niet-bestaande beschouwd.
Bij koninklijk besluit van 21 februari 2024, in werking tredend op 31 oktober 2024 's avonds, is mevr. Szabo F., griffier bij de rechtbank van eerste aanleg Henegouwen, op haar verzoek in ruste gesteld.
Betrokkene mag haar aanspraak op pensioen laten gelden en het is haar vergund de titel van haar ambt eershalve te voeren.
Bij koninklijk besluit van 17 september 2023, in werking tredend op 30 april 2024 `s avonds, is mevr. Corthout D., griffier bij de rechtbank van eerste aanleg Leuven, op haar verzoek in ruste gesteld.
Betrokkene mag haar aanspraak op pensioen laten gelden en het is haar vergund de titel van haar ambt eershalve te voeren.
Bij koninklijk besluit van 18 februari 2024, met ingang van 30 april 2024 `s avonds, is mevr. Haverlant P., griffier bij de rechtbank van eerste aanleg Luxemburg, op haar verzoek in ruste gesteld.
Betrokkene mag haar aanspraak op pensioen laten gelden en het is haar vergund de titel van haar ambt eershalve te voeren.
Bij koninklijk besluit van 18 februari 2024, met ingang van 30 april 2024 `s avonds, is mevr. Meesters L., griffier bij de ondernemingsrechtbank Antwerpen, op haar verzoek in ruste gesteld.
Betrokkene mag haar aanspraak op pensioen laten gelden en het is haar vergund de titel van haar ambt eershalve te voeren.
Bij koninklijk besluit van 21 februari 2024, in werking tredend op 31 maart 2024 `s avonds, is de heer. Ringoot M, griffier bij de vredegerechten van het arrondissement Antwerpen, op zijn verzoek in ruste gesteld.
Betrokkene mag zijn aanspraak op pensioen laten gelden en het is hem vergund de titel van zijn ambt eershalve te voeren.
Bij koninklijk besluit van 22 februari 2024, met ingang van 30 juni 2024 `s avonds, is mevr. Vanhuffel C., secretaris bij het parket Oost-Vlaanderen, op haar verzoek in ruste...
Pour continuer la lecture
SOLLICITEZ VOTRE ESSAI