21 MAART 2008. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de voorwaarden en de procedure voor de toekenning van afwijkingen inzake leerlingenvervoer

De Waalse Regering,

Gelet op het decreet van 1 april 2004 betreffende het schoolvervoer en de plannen inzake schoolverplaatsingen, inzonderheid op de artikelen 32 en 33;

Gelet op advies 43.015/4 van 29 mei 2007 van de Raad van State;

Overwegende dat het nodig is de modaliteiten voor de indiening en de toekenning van afwijkingen inzake leerlingenvervoer te bepalen in het belang van de leerlingen en de schoolinrichtingen;

Op de voordracht van de Minister van Huisvesting, Vervoer en Ruimtelijke Ontwikkeling,

Besluit :

Artikel 1. In de zin van dit decreet wordt verstaan onder :

  1. "decreet" : het decreet van 1 april 2004 betreffende het schoolvervoer en de plannen inzake schoolverplaatsingen;

  2. "bevoegde commissie" : één van de zes territoriale commissies voor de schoolverplaatsingen bedoeld in artikel 4, § 2, van het decreet van 1 april 2004 betreffende het schoolvervoer en de plannen inzake schoolverplaatsingen;

  3. "openbare vervoermaatschappij" : één van de maatschappijen bedoeld in artikel 18 van het decreet van 21 december 1989 betreffende de diensten voor het openbaar vervoer in het Waalse Gewest;

  4. "bestuur" : de Directie Schoolvervoer van het Waals Ministerie van Uitrusting en Vervoer;

  5. "commissiesecretaris" : de secretaris van de bevoegde territoriale commissie, aangewezen overeenkomstig artikel 17 van het decreet van 1 april 2004 betreffende het schoolvervoer en de plannen inzake schoolverplaatsingen;

  6. "afgevaardigd ambtenaar" : de ambtenaar die de delegatie van handtekening van de Waalse Regering gekregen heeft voor de toekenning van de afwijkingen betreffende het leerlingenvervoer, overeenkomstig het besluit van de Waalse Regering van 3 juni 2004 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 14 oktober 1993 betreffende de bijzondere overdrachten van bevoegdheid van het Waals Ministerie van Uitrusting en Vervoer.

    Art. 2. De aanvraag om afwijking wordt bij het bestuur ingediend door het hoofd van de schoolinrichting waarin de leerling ingeschreven is.

    Art. 3. § 1. Het bestuur maakt de aanvraag om afwijking over aan de secretaris van de bevoegde commissie en voor advies aan de nabijste school en aan de betrokken openbare vervoersmaatschappij uiterlijk op de werkdag na ontvangst van de aanvraag.

    § 2. De meest nabije school brengt een met een redenen omkleed advies uit aan het bestuur binnen vijf werkdagen na ontvangst van de aanvraag.

    Bij gebrek aan antwoord binnen deze termijn wordt het advies van de school gunstig geacht te...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT