Koninklijk besluit betreffende de Pool van de zeelieden ter koopvaardij. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-11-1981 en tekstbijwerking tot 19-04-2002.), de 9 avril 1965

TITEL I. - INRICHTING VAN DE POOL VAN DE ZEELIEDEN TER KOOPVAARDIJ.

HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen.

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

  1. de Minister : de Minister tot wiens bevoegdheid de tewerkstelling behoort;

  2. de Pool : de Pool van de zeelieden ter koopvaardij opgericht bij artikel 1 van de wet van 25 februari 1964 houdende inrichting van een Pool van de zeelieden ter koopvaardij;

  3. het beheerscomité : het beheerscomité van de Pool;

  4. de directeur : de directeur van de Pool;

  5. de zeelieden : zij die, ingevolge hun inschrijving in de Pool, deel kunnen uitmaken van staf of bemanning van schepen van de Belgische koopvaardij;

  6. de shoregangers : de werknemers die aan boord van de schepen van de Belgische koopvaardij worden tewerkgesteld gedurende de aanwezigheid van deze schepen in een Belgische haven;

  7. de reders : de werkgevers die zeelieden en shoregangers tewerkstellen.

    Art. 2. De Pool, met zetel te Antwerpen, heeft tot taak:

    (1° a) de lijst op te maken van hen die kunnen worden aangeworven als lid van het varend personeel op Belgische koopvaardijschepen of om werk aan boord van die schepen te verrichten gedurende de aanwezigheid in een Belgische haven (shoregangers);

    1. de lijst op te maken van de werknemers bedoeld in artikel 3bis van de wet van 25 februari 1964 houdende inrichting van een Pool van de Zeelieden ter Koopvaardij voor de duur van hun arbeidsovereenkomst met één van de vennootschappen die bedrijvig zijn in het maritiem transport (van en naar een lidstaat van de Europese Unie;))

  8. de toekenning te verzekeren van wachtgelden aan de zeelieden en shoregangers die van werk zijn verstoken om van hun wil onafhankelijke redenen of die cursussen voor beroepsopleiding, beroepsvervolmaking, omscholing of herscholing volgen voor zover deze betrekking hebben op de koopvaardij;

  9. het toezicht te verzekeren op de werking van de bureaus voor arbeidsbemiddeling voor zeelieden die ingericht zijn of zouden worden bij toepassing van artikel 11 van de wet van 5 juni 1928 houdende regeling van de arbeidsovereenkomst wegens scheepsdienst.

    Art. 3. De inkomsten van de Pool bestaan inzonderheid uit:

  10. het aandeel in de opbrengst van de werkgevers- en werknemersbijdragen dat aan hem wordt gestort ter uitvoering van artikel 4 van de besluitwet van 7 februari 1945 betreffende de maatschappelijke veiligheid der zeelieden ter koopvaardij, gewijzigd bij de wet van 27 maart 1951;

  11. (Opgeheven)

  12. (de sommen gestort door de vreemde reders die zeelieden ter koopvaardij hebben aangeworven van wie de inschrijving in de Pool werd geschorst om hen een reis te laten maken waarbij geen inhoudingen voor sociale zekerheid moeten worden gedaan voor de betaling van de wachtgelden.).

    Art. 3bis. Elk jaar, bij het afsluiten van de rekeningen van het voorbije dienstjaar van de Pool van de zeelieden ter koopvaardij, zal het eventuele batig saldo overgedragen worden naar de reserve zonder bepaalde aanwending. Het maximumbedrag van deze reserve mag niet hoger zijn dan het bedrag van de uitgaven gedaan tijdens de laatste vier maanden van het voorbije dienstjaar. De bedragen die het maximumbedrag van deze reserve overtreffen worden aan de Thesaurie gestort.

    HOOFDSTUK II. _ Beheer en toezicht.

    Art. 4. De Pool wordt beheerd overeenkomstig de bepalingen van de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg.

    Het beheerscomité is samengesteld uit:

  13. een voorzitter;

  14. drie vertegenwoordigers van de representatieve organisaties van reders;

  15. drie vertegenwoordigers van de representatieve organisaties van zeelieden.

    Art. 5. Het toezicht op de Pool wordt uitgeoefend overeenkomstig de bepalingen van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut.

    De Regeringscommissaris en de revisor, die dit toezicht uitoefenen, hebben recht op een vergoeding waarvan het bedrag door de Minister wordt vastgesteld.

    Deze vergoedingen zijn ten laste van de Pool.

    TITEL II. _ ARBEIDSBEMIDDELING.

    HOOFDSTUK I. _ Inschrijving, schorsing of intrekking van de inschrijving in de Pool.

    AFDELING 1. _ Inschrijving.;

    Art. 6. De personen die wensen dienst te nemen bij de Belgische koopvaardij hetzij als zeelieden, hetzij als shoregangers, moeten een aanvraag tot inschrijving laten geworden bij de Pool.

    Deze aanvraag moet worden gesteld op een document waarvan de tekst en de vorm zullen worden bepaald door het beheerscomité.

    Dit document wordt op aanvraag kosteloos aan de kandidaten verstrekt.

    Een ontvangstbewijs wordt afgeleverd voor elke ingediende aanvraag.

    Art. 7. Om te kunnen worden ingeschreven in de Pool moet de kandidaat aan de volgende voorwaarden voldoen:

  16. onder voorbehoud der bepalingen van internationale verdragen, verblijf hebben in België; (de kandidaten die onderdaan zijn van een Lid-Staat van de Europese Unie zijn vrijgesteld van deze voorwaarde;)

  17. de minimumleeftijd wettelijk gesteld voor aanmonstering aan boord van een Belgisch koopvaardijschip hebben bereikt, en behoudens nijpend tekort aan beschikbaar personeel of uitzonderlijke titels van de kandidaat waarover het beheerscomité oordeelt, de leeftijd van 40 jaar niet hebben overschreden wat de zeelieden betreft en 50 jaar voor wat de shoregangers aangaat;

  18. lichamelijk en geestelijk geschikt voor de dienst als zeeman of shoreganger zijn bevonden bij de geneeskundige onderzoekingen gedaan in toepassing van artikel 8;

  19. wat de zeelieden betreft, een internationaal geldig certificaat bezitten van inentingen die zijn opgelegd om het beroep te mogen uitoefenen;

  20. een getuigschrift van goed gedrag en zeden, of gebeurlijk alle andere dienstige moraliteitsinlichtingen voorleggen;

  21. voldoende onderlegd zijn voor het waarnemen van de gepostuleerde betrekking.

    De kandidaat voor een betrekking, waarvoor het zeevaartinspectiereglement het bezit van een brevet, diploma of getuigschrift eist, moet ofwel het vereiste Belgische brevet, diploma of getuigschrift, ofwel een gelijkwaardigheidsgetuigschrift afgeleverd door de zeevaartinspectiediensten voorleggen.

    Art. 8. Met het oog op de toepassing van artikel 7, eerste lid, 3°, bepaalt de Minister de lichamelijke en geestelijke vereisten die voor de uitoefening van de verschillende beroepen gevergd worden inachtnemend de eisen voor zeelieden gesteld in het zeevaartinspectiereglement. Met het oog op geneeskundige onderzoekingen sluit het beheerscomité een overeenkomst met een of meer geneesheren, die ervaring hebben inzake zeevaart.

    In het kader van de door de Minister gestelde vereisten doet de directeur de lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de kandidaten voor inschrijving en van de reeds ingeschreven zeelieden en shoregangers nagaan door de geneesheer of de geneesheren bedoeld in het eerste lid.

    De kosten van de geneeskundige onderzoekingen zijn ten laste van de Pool.

    Art. 9. Binnen een termijn van 30 dagen beslist het beheerscomité over de aanvraag tot inschrijving.

    Het bepaalt de beroepencategorie en het beroep waarin de kandidaat zal worden ingeschreven.

    De Minister bepaalt de voorwaarden waaronder de ingeschrevenen van beroepscategorie of van beroep kunnen veranderen.

    Art. 10. Bij het treffen van zijn beslissing over de aanvraag om inschrijving in de Pool houdt het beheerscomité rekening met de vakkundige geschiktheid en met de moraliteit van de kandidaat, alsmede met de werkelijke behoefte aan arbeidskrachten.

    Art. 11. Voorrang voor inschrijving in de Pool genieten, in de hierna opgegeven volgorde, de overeenkomstig artikel 7 toelaatbaar bevonden (kandidaten die onderdaan zijn van een Lid-Staat van de Europese Unie):

  22. in de hoedanigheid van zeeman:

    1. de afgestudeerde en in de eindexamens geslaagde leerlingen van de zeevaartscholen, in de eerste drie maanden na het verlaten van de school;

    2. de oud-leerlingen dezer scholen die hun leertijd niet voleindigden of niet slaagden in hun eindexamens, wanneer zij bij het verlaten van de school, een gunstig getuigschrift van de bestuurder van de school voorleggen, in de eerste drie maanden na het verlaten van de school;

    3. in de loop van de eerste zes maanden na hun ontslag uit legerdienst, de bevaren gewezen leden van de Belgische Zeemacht, die een getuigschrift van goede dienst voorleggen;

    4. in de loop van de eerste drie jaren, te rekenen van de datum waarop het diploma behaald werd, de titularis van een Belgisch diploma afgeleverd ten minste door een lagere secundaire technische school (A3) of voor een leergang (B2) _ afdeling scheepsbouw, metaalbewerking, mechanica, elektriciteit of electro-mechanica. Een kandidaat met een diploma van een hogere technische school (A1) heeft voorrang op een kandidaat met een diploma van een hogere secundaire technische school (A2) of leergang (B1) of van een lagere secundaire technische school (A3) of leergang (B2) en deze met een diploma van een hogere secundaire technische school (A2) of leergang (B1) op de kandidaat met diploma van een lagere secundaire technische school (A3) of leergang (B2);

    5. de gewezen koopvaardijzeelieden voor zover hun dienststaat niet getuigt van vroegere onstandvastigheid of wangedrag.

  23. in hoedanigheid van shoreganger:

    de zeelieden, die naar het oordeel van het beheerscomité niet neer geschikt zijn voor zeedienst.

    Art. 12. (Onder voorbehoud van de bepalingen van internationale verdragen worden vreemdelingen die geen onderdaan zijn van een Lid-Staat van de Europese Unie slechts ingeschreven in de Pool bij tekort aan toelaatbare kandidaten die onderdaan zijn van een Lid-Staat van de Europese Unie en voor zover zij voldoen aan de voorwaarden bedoeld in artikel 7. Deze inschrijving is slechts geldig voor een periode van maximum één jaar, te rekenen van datum tot datum, en geldt als arbeidsvergunning voor dienstneming in de Belgische koopvaardij.)

    De termijn van één jaar bedoeld in het eerste lid, kan telkens voor één jaar verlengd worden, op voorwaarde dat de betrokken zeeman ertoe een...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT