3 APRIL 2014. - Ordonnantie betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeersteken

Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Executieve, bekrachtigen, het geen volgt :

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1. Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

Art. 2. Voor de toepassing van deze ordonnantie wordt verstaan onder :

  1. Regering : de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;

  2. Aanvullende reglementen : reglementen die ertoe strekken om de verkeersreglementering aan te passen aan de plaatselijke of bijzondere omstandigheden die een periodiek of permanent karakter hebben.

    HOOFDSTUK 2. - Aanvullende reglementen

    Art. 3. Onder voorbehoud van artikel 5 van deze ordonnantie en van de artikelen 2 en 3 van de wet van 12 juli 1956 tot vaststelling van het statuut der autosnelwegen, stellen de gemeenteraden de aanvullende reglementen betreffende de politie over het wegverkeer vast voor alle openbare wegen gelegen op hun grondgebied.

    Die reglementen worden ter goedkeuring voorgelegd aan de Minister van Vervoer, na advies van de raadgevende commissie, ingesteld met toepassing van artikel 7.

    Heeft de Minister geen uitspraak gedaan binnen vijfenveertig dagen nadat het aanvullend reglement werd ontvangen, dan kan het in werking gesteld worden.

    Art. 4. Om de exploitatiekosten van de maatschappijen voor openbaar vervoer te beheersen en om de doorstroming van het openbaar vervoer te garanderen, kan de Minister bevoegd voor het Vervoer de gemeenteraden verzoeken te beraadslagen over de maatregelen die hij voorstelt om het verkeer van het openbaar vervoer op het grondgebied van de gemeente te vergemakkelijken.

    De aanvullende reglementen die door de gemeenteraden worden vastgesteld op verzoek van de Minister behoeven de goedkeuring van deze laatste, die het advies van de in artikel 7 opgerichte raadgevende commissie inwint. Heeft de raadgevende commissie geen advies gegeven binnen vijfenveertig dagen na de ontvangst van het aanvullend reglement, dan kan de Minister dat reglement goedkeuren.

    Indien de gemeenteraden aan het verzoek van de Minister geen gevolg hebben gegeven binnen de door hem gestelde termijn of indien de Minister niet kan instemmen met het door de gemeenteraden vastgestelde aanvullend reglement, kan hij het aanvullend reglement vaststellen na het advies van de betrokken raadgevende commissie te hebben ingewonnen.

    Indien de raadgevende commissie geen advies heeft gegeven binnen vijfenveertig dagen na de ontvangst van het aanvullend reglement, kan het reglement in werking worden gesteld.

    Art. 5. De Minister van Vervoer stelt de aanvullende reglementen vast die...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT