26 SEPTEMBER 2002. - Koninklijk besluit betreffende de organisatie van de Koninklijke Militaire School

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 18 maart 1838 houdende organisatie van de Koninklijke Militaire School, inzonderheid op de artikelen 1 en 1bis , vervangen bij de wet van 22 maart 2001, op artikel 1ter , ingevoegd bij de wet van 22 maart 2001, op artikel 2, vervangen bij de wet van 22 maart 2001, op artikel 3, op artikel 7, gewijzigd bij de wetten van 16 maart 1994 en 22 maart 2001, op artikel 18, vervangen bij de wet van 22 maart 2001 en op artikel 20;

Gelet op de wet van 11 september 1933 op de bescherming van de titels van hoger onderwijs, inzonderheid op artikel 1, III, d), ingevoegd bij de wet van 2 oktober 1992;

Gelet op de wet van 30 juli 1938 betreffende het gebruik der talen bij het leger, inzonderheid op artikel 2, gewijzigd bij de wetten van 30 juli 1955, 13 november 1974 en 26 maart 1999, en op artikel 2bis , vervangen bij de wet van 26 maart 1999;

Gelet op de wet van 23 december 1955 betreffende de hulpofficieren van de luchtmacht, piloten en navigatoren, inzonderheid op artikel 3, 2°, gewijzigd bij de wet van 22 maart 2001 en op artikel 16, vervangen bij de wet van 13 juli 1976;

Gelet op de wet van 21 december 1990 houdende statuut van de kandidaat-militairen van het actief kader, inzonderheid op artikel 3, tweede lid, op de artikelen 11 en 15, gewijzigd bij de wet van 20 mei 1994, op artikel 20, eerste lid, gewijzigd bij de wet van 22 maart 2001, op artikel 21, gewijzigd bij de wet van 20 mei 1994, op artikel 24, § 1, vervangen bij de wet van 20 mei 1994, op artikel 24, § 2, vervangen bij de wet van 20 mei 1994 en gewijzigd bij de wet van 22 maart 2001, op artikel 24, § 7, en op artikel 65;

Gelet op de wet van 16 maart 1994 betreffende het statuut en de bezoldiging van het onderwijzend burgerpersoneel van de Koninklijke Militaire School inzonderheid op artikel 3, § 5;

Gelet op de wet van 22 maart 2001 tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de statuten van het militair personeel, inzonderheid op artikel 168;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 april 1963 betreffende de academische raad en de afdelingsraden van de Koninklijke Militaire School;

Gelet op het koninklijk besluit van 14 november 1968 betreffende de organisatie van de Koninklijke Militaire School, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 16 augustus 1971, 20 februari 1975, 10 september 1977, 8 november 1977, 12 juni 1989, 13 november 1992, 8 november 1993, 11 augustus 1994, 19 juni 1996 en 13 juni 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 september 1978 betreffende het statuut van de hulpofficieren en kandidaat-hulpofficieren van de luchtmacht, piloten en navigatoren, inzonderheid op artikel 2, vervangen bij het koninklijk besluit van 14 maart 2002, en op artikel 15, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 13 juni 2001 en 14 maart 2002;

Gelet op het koninklijk besluit van 13 november 1991 tot bepaling van de regels die gelden bij de beoordeling van de karakteriële hoedanigheden van een kandidaat-militair van het actief kader of van een dienstplichtige, kandidaat-reserveofficier of kandidaat-reserveonderofficier, inzonderheid op artikel 7, § 2, eerste lid, 1°, b), vervangen bij het koninklijk besluit van 11 augustus 1994;

Gelet op het koninklijk besluit 11 augustus 1994 betreffende de werving en de vorming van de kandidaat-militairen van het actief kader, inzonderheid op de artikelen 2, 30° en 32°, 10, § 1, 1°, 11, 15, 25, eerste lid, 3°, 27, 28, 1° en 2°, op artikel 29, 1° en 2°, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 5 juli 1995, op de artikelen 31, 47, 60, 65, § 1, derde lid, 79, 2°, a), 80, § 2, 83, § 1, 84, 92, eerste lid, 4°, 100, § 4, 1°, a), 101, § 1, 1°, a) en b), en 136;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 juli 1995 betreffende de beoordelingsprocedure voor de militairen van het actief kader en van het reservekader, inzonderheid op artikel 9, § 2bis , ingevoegd bij het koninklijk besluit van 30 januari 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 31 augustus 1998 tot vaststelling van het statuut van de burgerlijke repetitors bij de Koninklijke Militaire School, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op het koninklijk besluit van 9 juni 1999 betreffende de overgang binnen dezelfde personeelscategorie en de sociale promotie naar een hogere personeelscategorie, inzonderheid op artikel 38, 1°;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 september 2001 tot vaststelling voor het academiejaar 2001-2002 van het reglement houdende de gegevens voor de beoordeling van de hoedanigheden van de kandidaten in de Koninklijke Militaire School en het programma van de cursussen van de polytechnische afdeling en van de afdeling alle wapens;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 april 2002;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 26 juni 2002;

Gelet op het protocol van het Onderhandelingscomité van het militair personeel van de krijgsmacht, afgesloten op 12 juni 2002;

Gelet op het protocol van 3 mei 2002 van het Sectorcomité XIV;

Gelet op het advies 33.778/2/V van de Raad van State, gegeven op 21 augustus 2002;

Op de voordracht van Onze Minister van Landsverdediging,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

  1. de school : de Koninklijke Militaire School;

  2. de minister : de minister van Landsverdediging;

  3. de leerling : de leerling bedoeld in artikel 1 van de wet van 18 maart 1838 houdende organisatie van de Koninklijke Militaire School;

  4. een promotie : de leerlingen van dezelfde faculteit die hetzelfde vormingsjaar volgen;

  5. de directeur van het academisch onderwijs : de leider der studiën.

    Art. 2. De specialiteiten van de polytechnische faculteit, bedoeld in artikel 1ter , tweede lid, van de wet van 18 maart 1838 houdende organisatie van de Koninklijke Militaire School zijn :

  6. wapensystemen;

  7. bouwkunde;

  8. mechanica;

  9. telecommunicaties.

    Art. 3. Onverminderd de toepassing van de reglementaire bepalingen uitgevaardigd ter uitvoering van de wet van 21 december 1990 houdende statuut van de kandidaat-militairen van het actief kader regelen de bepalingen van dit besluit de situatie van :

  10. de kandidaat-beroepsofficieren die een vorming van officier volgen aan de polytechnische faculteit of aan de faculteit sociale en militaire wetenschappen van de school;

  11. de leerlingen bedoeld in artikel 1, 2°, van de wet van 18 maart 1838 houdende organisatie van de Koninklijke Militaire School, die een volledige vorming, een kandidatuur, een licentie of een vormingsjaar volgen aan de polytechnische faculteit of aan de faculteit sociale en militaire wetenschappen, of die een programma volgen voorgesteld door de directeur van het academisch onderwijs;

  12. de kandidaat-beroepsofficieren bedoeld in 1° en 2°, die een vorming volgen in een instelling van hoger onderwijs buiten de school.

    Art. 4. Onverminderd de toepassing van de reglementaire bepalingen uitgevaardigd ter uitvoering van de wet van 21 december 1990 houdende statuut van de kandidaat-militairen van het actief kader, zijn het programma van de cursussen en de af te leggen examens, van de academische, militaire en sportieve vorming aan de polytechnische faculteit of aan de faculteit sociale en militaire wetenschappen opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

    Art. 5. De cijfers van de academische vorming worden toegekend voor elke cursus of cursusgroep onderwezen gedurende het betrokken studiejaar. Zij dienen tot het vormen van een enkel cijfer over het geheel van het studiejaar. Zij vloeien voort uit de cijfers behaald voor het dagelijks werk en voor de examens die de leerling moet afleggen. Het onderling gewicht van de examens en het dagelijks werk en het onderling gewicht van de cursussen is opgenomen in de bijlage bij dit besluit. Het cijfer toegekend voor het geheel van het laatste studiejaar omvat de cijfers toegekend voor de eindscriptie. Voor elke cursus of cursusgroep en voor de eindscriptie wordt een cijfer lager dan 50 % beschouwd als een uitsluitingscijfer.

    De belangrijkheidscoëfficient van elk studiejaar, met het oog op de rangschikking van de kandidaat-officieren, wordt bepaald in een reglement vastgesteld door de minister.

    HOOFDSTUK II. - De opdrachten van de school

    Art. 6. Naast de opdrachten bepaald in de wet van 18 maart 1838 houdende organisatie van de Koninklijke Militaire School is de school ook belast met volgende opdrachten :

  13. het beheer, de administratie en de opvolging van de academische vorming evenals de militaire, sportieve en karakteriële vorming verzekeren van de kandidaat-beroepsofficieren, aangewezen door de minister, die een vorming volgen in een instelling van hoger onderwijs buiten de school;

  14. een voltijdse vorming verstrekken aan de leerlingen van de voorbereidende divisie tot de Koninklijke Militaire School, ter voorbereiding van de studies aan de school;

  15. cursussen organiseren voor het personeel van de krijgsmacht ter voorbereiding van examens met het oog op een overgang of sociale promotie, op verzoek van de chef defensie;

  16. de programma's aan de minister voorstellen en cursussen organiseren voor de leerlingen bedoeld in artikel 3, 2°;

  17. cursussen organiseren ter voorbereiding van de taalexamens bepaald in de wet van 30 juli 1938 betreffende het gebruik der talen bij het leger;

  18. studiedagen, seminaries en colloquia organiseren, op verzoek van de minister of van de chef defensie;

  19. activiteiten ontwikkelen van wetenschappelijk onderzoek in het kader van de onderwijsopdracht van de school of in het kader van een programma van wetenschappelijk onderzoek goedgekeurd door de minister.

    HOOFDSTUK III. - De algemene organisatie van de school

    Afdeling 1. - Bevoegdheden

    Art. 7. De commandant van de school oefent nauwkeurig toezicht uit op alle diensttakken van de school. Hij is ermee belast te waken over de uitvoering van de wetten, besluiten, reglementen en beslissingen betreffende deze instelling.

    De tweede commandant van de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT