25 NOVEMBER 2010. - Ordonnantie houdende de eindregeling van de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het jaar 2000 (1)

TITEL I. - Verrichtingen gedaan ter uitvoering van de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

HOOFDSTUK I. - Vastleggingen gedaan in uitvoering van de gewestbegroting

§ 1. Vaststelling van de vastleggingen

Artikel 1. De vastleggingen van uitgaven aangerekend ten laste van de vastleggingskredieten van het begrotingsjaar 2000 bedragen, overeenkomstig de bijgaande tabel A, kolom 7, de som van : 8.505.756.170 BF.

§ 2. Vaststelling van de vastleggingskredieten.

Art. 2. De bij de begrotingsordonnanties geopende vastleggingskredieten en de vastleggingskredieten van het vorige jaar overgedragen door de Brussels Hoofdstedelijke Raad bedragen, overeenkomstig tabel A, kolom 6, voor het begrotingsjaar 2000 : 9.481.700.000 BF.

Dit bedrag omvat :

  1. De vastleggingskredieten die werden geopend bij de begrotingsordonnanties; dit bedrag is als volgt samengesteld :

    1. oorspronkelijke begrotingen : 9.509.100.000 BF

    2. kredietaanpassingen :

    verhogingen : 1.213.900.000 BF

    verminderingen : 1.241.300.000 BF

    (tabel A, kolommen 1, 2, 3 en 4) : 9.481.700.000 BF

  2. De vastleggingskredieten die werden overgedragen van begrotingsjaar 1999 naar begrotingsjaar 2000 bij toepassing van de artikel 18 van de wet van 28 juni 1963 (tabel A, kolom 5) : 0 BF.

    Art. 3. De vastleggingskredieten die werden overgedragen van begrotingsjaar 2000 naar begrotingsjaar 2001 bij toepassing van het artikel 18 van de wet van 28 juni 1963 (tabel A, kolom 10) : 0 BF.

    Art. 4. De bij de begrotingsordonnanties geopende vastleggingskredieten van het begrotingsjaar 2000 en de overgedragen vastleggingskredieten worden verminderd met de aan het eind van het begrotingsjaar beschikbare en definitieve geannuleerde vastleggingskredieten, overeenkomstig tabel A, kolom 11 : 975.943.830 BF

    Art. 5. Ingevolge de bepalingen vervat in de bovenstaande artikelen 2 en 3, worden de definitieve vastleggingskredieten van het begrotingsjaar 2000 vastgesteld op : 8.505.756.170 BF.

    Deze som is gelijk aan de ten laste van de begrotingskredieten van het begrotingsjaar 2000 aangerekende vastleggingen (tabel A, kolommen 7 en 12).

    HOOFDSTUK II. - Ontvangsten en uitgaven gedaan in uitvoering van de gewestbegroting

    § 1. Vaststelling van de ontvangsten.

    Art. 6. De ten behoeve van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vastgestelde rechten voor het begrotingsjaar 2000 bedragen overeenkomstig bijgaande tabel B, kolom 2, de som van : 65.609.142.030 BF.

    Deze som is onderverdeeld als volgt :

    Ontvangsten : 60.566.654.530 BF

    Opbrengst van leningen : 5.042.487.500 BF

    Art. 7. De voor het begrotingsjaar 2000 aangerekende ontvangsten, overeenkomstig tabel B, kolom 3, bedragen in het totaal 65.609.142.030 BF.

    Deze som is als volgt samengesteld :

    Ontvangsten : 60.566.654.530 BF

    Opbrengst van leningen : 5.042.487.500 BF

    Art. 8. De vastgestelde rechten nog te innen bij de afsluiting van het begrotingsjaar bedragen : 0 BF.

    § 2. Vaststelling van de uitgaven.

    Art. 9. De ten laste van het begrotingsjaar 2000 aangerekende verrichtingen worden als volgt vastgesteld (tabel C, kolommen 7, 8 en 9) :

    1. Niet-gesplitste kredieten :

      - samengesteld als volgt :

      1. prestaties van vorige jaren 4.559.937.435 BF

      2. prestaties van het lopende jaar : 57.947.168.084 BF

      62.507.105.519 BF

    2. Ordonnanceringskredieten :

      - samengesteld als volgt :

      1. prestaties van vorige jaren : 3.651.599.009 BF

      2. prestaties van het lopende jaar : 2.647.223.933 BF

      6.298.822.942 BF

      Totaal ordonnanceringen : 68.805.928.461 BF

      Art. 10. De ten laste van het begrotingsjaar 2000 uitgevoerde betalingen, verantwoord of geregulariseerd, bedragen :

      - Niet-gesplitste kredieten : 62.507.105.519 BF

      - Ordonnanceringskredieten : 6.298.822.942 BF

      Totaal (tabel C, kolom 7) : 68.805.928.461 BF

      Art. 11. De ten laste van de begroting aangerekende betalingen waarvan, bij toepassing van artikel 32 van de wet van 28 juni 1963, de verantwoording of de regularisatie naar een volgend begrotingsjaar wordt verwezen, bedragen :

      - Niet-gesplitste kredieten : 0 BF

      - Ordonnanceringskredieten : 0 BF

      Totaal (tabel C, kolom 10) : 0 BF

      § 3. - Vaststelling van de betalingskredieten

      Art. 12. De bij de begrotingsordonnanties geopende betalingskredieten gesteld aan en toegewezen door de Brusselse Hoofdstedelijke Raad bedragen (tabel C, kolom 6) :

      - Niet-gesplitste kredieten : 69.196.592.930 BF

      - Ordonnanceringskredieten : 7.670.800.000 BF

      ...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT