14 APRIL 2013. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de onderwijsinstellingen die gesubsidieerd worden door de Vlaamse Gemeenschap en die onder het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs ressorteren (PC 152) (1)

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, artikel 61, § 1, genummerd bij de wet van 20 juli 1991;

Gelet op het voorstel van het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs, gegeven op 15 juni 2012;

Gelet op advies 52.737/1 van de Raad van State, gegeven op 14 februari 2013 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de onderwijsinstellingen die gesubsidieerd worden door de Vlaamse Gemeenschap en die onder het Paritair Comité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs ressorteren, zowel voor de arbeidsovereenkomsten waarvan de uitvoering vóór 1 januari 2012 is aangevangen als diegene waarop artikel 65/1 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten van toepassing is.

Art. 2. § 1. In afwijking van de bepalingen van artikel 59, tweede en derde lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, worden de na te leven opzeggingstermijnen vastgesteld op :

- zeven dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en drie dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat, wat de werklieden betreft die minder dan zes maanden ononderbroken anciënniteit bij dezelfde werkgever tellen;

- veertig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat, wat de werklieden betreft die tussen zes maanden en minder dan vijf jaren ononderbroken anciënniteit bij dezelfde werkgever tellen;

- achtenveertig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat, wat de werklieden betreft die tussen vijf en minder dan tien jaren ononderbroken anciënniteit bij dezelfde werkgever tellen;

- vierenzestig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat, wat de werklieden betreft die tussen tien en minder dan vijftien jaren ononderbroken anciënniteit bij dezelfde werkgever...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT