9 DECEMBER 2005. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 27 februari 2003 houdende algemene reglementering inzake opvangvoorzieningen en het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 5 mei 2004 betreffende de erkenning van de opleidingen en kwalificaties van het personeel van opvangvoorzieningen

De Regering van de Franse Gemeenschap,

Gelet op het decreet van 17 juli 2002 houdende hervorming van de "Office de la Naissance et de l'Enfance", afgekort "O.N.E.", inzonderheid op de artikelen 3; 5, 4°; 6, § 2 en 25, 5e lid;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 27 februari 2003 houdende algemene reglementering inzake opvangvoorzieningen, zoals later gewijzigd;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 17 december 2003 tot vaststelling van de kwaliteitsopvangcode;

Gelet op het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 5 mei 2004 betreffende de erkenning van de opleidingen en kwalificaties van het personeel van opvangvoorzieningen bepaald bij het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 27 februari 2003 houdende algemene reglementering inzake opvangvoorzieningen;

Gelet op de voorstellen van de Raad van Bestuur van de « Office de la Naissance et de l'Enfance », gedaan op 22 december 2004;

Gelet op de adviezen van de Raad van Bestuur van de « Office de la Naissance et de l'Enfance », gegeven op 22 juni en 22 september 2005;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 14 oktober 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 5 oktober 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken van 20 oktober 2005;

Gelet op het advies van de Raad van State nr. 39.326/4 gegeven op 23 november 2005 bij toepassing van artikel 84, 1ste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister van Kinderwelzijn, Hulpverlening aan de Jeugd en gezondheid;

Na beraadslaging,

Besluit :

HOOFDSTUK I. - Wijzigingen aan het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 27 februari 2003 houdende algemene reglementering inzake opvangvoorzieningen, zoals gewijzigd

Artikel 1. Artikel 2, 7° van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 27 februari 2003 houdende algemene reglementering inzake opvangvoorzieningen, zoals gewijzigd, wordt door de volgende bepaling vervangen :

7° « de kinderopvanger(-ster) » : de natuurlijke persoon die de familiale opvang van kinderen tussen nul en zes jaar verzekert op een daaraan aangepaste plaats en die ofwel een overeenkomst gesloten heeft met een in 6° bedoelde dienst ofwel zelfstandig is. Hoogstens twee opvangers(sters) die een overeenkomst gesloten hebben of hoogstens twee zelfstandige opvangers(sters) kunnen hun activiteit samen op eenzelfde plaats uitoefenen. »

Art. 2. Artikel 12 van hetzelfde besluit wordt als volgt vervangen :

§ 1. De kinderopvanger(ster) heeft een opvangcapaciteit voor één tot vier kinderen, wat overeenstemt met een voltijdse dagtaak. Deze opvangcapaciteit wordt bepaald door, onder andere de kinderen onder de drie jaar van de kinderopvanger(-ster) voor kinderen die aanwezig zijn in de opvangvoorziening, mee te rekenen.

§ 2. Wanneer de kinderopvanger(ster) alleen zijn/haar activiteit uitoefent, mag het aantal kinderen ingeschreven bij eenzelfde kinderopvanger(-ster) in geen geval hoger zijn dan het dubbel van de toegelaten opvangcapaciteit.

Het minimaal aantal tegelijkertijd opgevangen kinderen is vijf.

Bij afwijking van het 3de lid kan dit aantal gebracht worden naar zes als de kinderopvanger(-ster) erkend is voor vier kinderen wat overeenstemt met een voltijdse dagtaak en indien het zesde kind tussen twee jaar en een half en 6 jaar oud is, indien er een verwantschap bestaat met een van de andere ingeschreven kinderen en indien het uitsluitend wordt opgevangen vóór en/of na de schooltijd.

§ 3. Wanneer twee kinderopvangers(ster) hun activiteit samen uitvoeren op eenzelfde plaats, mag het totaal aantal bij hen ingeschreven kinderen niet veertien overschrijden, dit is zeven per opvang(ster).

Het maximaal aantal tegelijkertijd opgevangen kinderen is tien. Zodra meer dan vijf kinderen tegelijkertijd aanwezig zijn, moeten twee opvangers(ster) aanwezig zijn.

Art. 3. Een artikel 18bis wordt ingevoegd, luidend als volgt :

Wanneer twee kinderopvangers(sters) hun activiteit samen uitvoeren op eenzelfde plaats, wordt de binnenruimte voor de opvang van de kinderen vastgelegd op minimaal 3 m2 per opvangplaats voor de speelruimte en op minimaal 2m2 per opvangplaats voor de rustruimte.

Wanneer de opvang gebeurt op de woonplaats van een kinderopvanger(ster) en hij (zij) zijn(haar) activiteit uitoefent met een andere opvanger(ster), worden minstens één speelruimte en minstens één rustruimte onderscheiden van de kamers die gewoonlijk door het gezin van de opvanger(ster) worden bezet

.

Art. 4. In artikel 25 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :

  1. een 3e lid wordt ingevoegd, luidend als volgt :

    Wanneer twee kindopvangers(sters), die een overeenkomst gesloten hebben hun activiteit samen uitvoeren op eenzelfde plaats, bevat de in het 2e lid bedoelde overeenkomst ook de volgende elementen : de modaliteiten van toepassing in geval van geschil, de werkwijze, de nadere regels voor de verdeling van de lokalen en van de lasten, alsmede de wijze van vaststelling van de prestaties van elke opvanger(ster). Die overeenkomst wordt volgens een door de Dienst opgemaakt model opgesteld.

  2. een 4de lid wordt ingevoegd, luidend als volgt :

    Wanneer twee zelfstandige kinderopvangers(sters) hun activiteit samen op eenzelfde plaats uitoefenen, bepalen zij hun samenwerking in de vorm van een overeenkomst, volgens een door de Dienst geleverd model, dat minstens de door de overeenkomst betrokken personen en plaats, de inwerkingtreding, de modaliteiten voor het einde van de overeenkomst, de modaliteiten voor de inschrijving van de kinderen overeenkomstig artikel 12, § 3, de modaliteiten in geval van geschil, de werkingsmodaliteiten waarvan de gezamenlijke redactie van het opvangproject, de modaliteiten voor de verdeling van lokalen en lasten, alsmede de wijze van vaststelling van de prestaties van elke opvanger(ster) bepaalt.

    Art. 5. In artikel 27, 1e lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden « behoudens aan de kinderopvanger(-ster) onder overeenkomst » geschrapt.

    Art. 6. In artikel 34, 1ste lid, van hetzelfde besluit, wordt 1° vervangen door volgend 1° :

    1° een kinderverzorger(-ster) wiens (wier) prestaties overeenstemmen met een voltijdse dagtaak voor zeven kinderen; de hoedanigheid van kinderverzorger(-ster) kan evenwel vervangen worden door een andere hoedanigheid, overeenkomstig artikel 42, § 1, 2e lid, zonder dat de proportie kinderverzorgers(sters) lager is dan de helft van het personeel dat voor de begeleiding van de kinderen zorg;

    .

    Art. 7. In artikel 35, 1ste lid, van hetzelfde besluit, wordt 1° vervangen door de volgende bepaling :

    1° een kinderverzorger(-ster) wiens (wier) prestaties overeenstemmen met een voltijdse dagtaak voor negen kinderen; de hoedanigheid van kinderverzorger(-ster) kan evenwel vervangen worden door een andere hoedanigheid, overeenkomstig artikel 42, § 1, 2e lid, zonder dat de proportie kinderverzorgers(sters) lager is dan de helft van het personeel dat voor de begeleiding van de kinderen zorgt;

    .

    Art. 8. In artikel 36 van hetzelfde besluit wordt het 2de lid vervangen door het volgend lid :

    De kwalificatie van kinderverzorger(ster) bedoeld in het 1ste lid, 1° en 2°, kan evenwel vervangen worden door een andere kwalificatie overeenkomstig artikel 42, § 1, 2e lid, zonder dat de proportie kinderverzorgers(sters) lager is dan de helft van het personeel voor de begeleiding van de kinderen.

    .

    Art. 9. Artikel 37 van hetzelfde besluit wordt door de volgende bepaling vervangen :

    De begeleiding van de kinderen in een oudercrèche wordt verzekerd door minstens volgend gekwalificeerd personeel :

    1° personeel dat overeenstemt met 1,75 volledige dagtaak en dat een opleiding van kinderverzorger(ster) of een andere overeenkomstig artikel 42, § 2, 2de lid erkende kwalificatie gevolgd heeft;

    2° personeel dat overeenstemt met 0,25 volledige dagtaken sociaal of gespecialiseerd gegradueerd verpleger of gegradueerd verpleger gespecialiseerd in de gemeenschapsgezondheid of maatschappelijk assistent of dat een hogere opleiding gevolgd heeft met psychopedagogische finaliteit.

    De minimaal vereiste begeleiding wordt vastgesteld op het equivalent van 3,5 volledige dagtaken, hetzij minstens 2 voltijdse equivalenten gekwalificeerd personeel, overeenkomstig het 1ste lid, 1° en 2° en ten hoogste 1,5 voltijdse equivalenten verzekerd door de ouders.

    .

    Art. 10. Artikel 38 van hetzelfde besluit wordt met de volgende twee leden aangevuld :

    De stagiairs die in het kader van de alternerende opleiding of van de permanente opleiding voor de Middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen een stageovereenkomst op lange termijn gesloten hebben met een kinderhuis en dit voor een stagiair per schijf van 12 plaatsen zonder evenwel de helft van het begeleidingspersoneel van het kinderhuis te overschrijden, kunnen eveneens in aanmerking genomen worden in het minimaal personeel dat voor de begeleiding van kinderen zorgt.

    De in het vorig lid bedoelde opleidingen moeten toegang verlenen tot één van de door de Regering erkende bekwaamheidsbewijzen voor het begeleidingspersoneel van de kinderhuizen bedoeld in artikel 42, § 3, 2e lid.

    .

    Art. 11. In artikel 41 van hetzelfde besluit wordt een tweede lid ingevoegd, luidend als volgt :

    In afwijking van het vorig lid wordt de...

Pour continuer la lecture

SOLLICITEZ VOTRE ESSAI

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT